De beurs Software Automation moet zich richten op wat de gemoederen van software-ontwikkelaars en systeembeheerders op dit moment bezighoudt, aldus Rick van der Lans, voorzitter van de stuurgroep die de beursthema’s heeft vastgesteld. Naast zijn specialisatie, gegevenspakhuizen en Olap, staan intranet, het ‘jaar 2000’-probleem en object-oriëntatie centraal.
Veel bemoeienis met de commerciële aspecten van de beurs Software Automation heeft Rick van der Lans, managing director van R20/Consultancy, niet gehad. Wel heeft hij zich intensief bezig gehouden met het selecteren van de thema’s van de beurs en het bijbehorende congresprogramma: object-oriëntatie, datawarehouses en Olap (online analytical processing), intranet en het millennium-probleem. Thema’s die volgens de stuurgroep, waarvan Van der Lans voorzitter is, zonder enige twijfel bijzonder leven bij de doelgroep van Software Automation.
Het evenement, waarvoor zich 75 exposanten hebben ingeschreven, wordt op 30 en 31 oktober in de Utrechtse Jaarbeurs gehouden. Naar verwachting van de organisatoren zal het 3000 à 4000 bezoekers trekken. Software Automation wordt al zeven jaar in het Belgische Kortrijk gehouden.
"Het is een beurs die meer de nadruk wil leggen op de kwaliteit van de bezoekers en de exposanten dan op de kwantiteit. Men is dan ook selectief geweest in het benaderen van de leveranciers. Er is van alles te zien op het gebied van het ontwikkelen en beheren van applicaties, zoals ontwikkeltools, databases, middleware en tools voor systeemmanagement. Er staan dus geen hardware- en applicatieleveranciers, tenzij ze nadrukkelijk een produkt op de markt brengen dat te maken heeft met het ontwikkel- of het beheertraject", aldus Van der Lans.
Vrij sportief
Van der Lans is gevraagd om het voorzitterschap op zich te nemen van de stuurgroep die de thema’s van de beurs heeft vastgesteld en zich gebogen heeft over de vraag welke sprekers over deze onderwerpen op het symposium uitgenodigd zouden kunnen worden. De stuurgroep fungeert ook als een soort ballotagecommissie: zij bepaalt welke leveranciers voor de beursdeelname worden uitgenodigd. Dat zou conflicten kunnen opleveren, aangezien de stuurgroep wordt bevolkt door afgevaardigden van leveranciers. Om enige objectiviteit in het selectietraject te krijgen, is Van der Lans als onafhankelijke consultant gevraagd om de vergaderingen van de stuurgroep te leiden en desgewenst als scheidsrechter op te treden.
De functie als scheidsrechter heeft Van der Lans naar eigen zeggen niet hoeven uit te oefenen. Er was vrij snel consensus over de vraag welke thema’s volgens de leveranciers de markt het meest zouden aanspreken. "In feite is het er allemaal vrij sportief aan toegegaan", zegt Van der Lans. "Wel pleit ik ervoor om bij een volgende gelegenheid de basis van de stuurgroep te verbreden, door ook mensen uit de universitaire wereld en uit de gebruikershoek te laten participeren."
Ontwikkeling en systeembeheer
Uiteindelijk zijn als thema’s gekozen: object-oriëntatie, datawarehouses en Olap, intranet en de ‘jaar 2000’-problematiek. Stuk voor stuk onderwerpen die bij software-ontwikkelaars bijzonder leven, zo meent Van der Lans, die op het symposium een verhandeling houdt over gegevenspakhuizen en Olap. De Belgische hoogleraar Van den Bulcke uit Leuven spreekt over object-oriëntatie, terwijl Martin Healey de toehoorders zal prikkelen met zijn uitspraken over het millennium-probleem. Jan Jacobs behandelt het fenomeen intranet.
"Het is de bedoeling dat in lezingen van een uur wordt uiteengezet wat er zoal op deze gebieden speelt in relatie tot het werk van ontwikkelaars en systeembeheerders", vertelt Van der Lans. "Zonder dat een kwaliteitsoordeel wordt uitgesproken, worden de produkten die op de beurs te zien zijn in de presentaties wel gepositioneerd."
Intranet
De thema’s zijn volgens de stuurgroep-voorzitter goed gekozen, omdat ze vandaag de dag sterk in de belangstelling staan. Van der Lans: "Neem een onderwerp als client/server. Twee jaar geleden was dat zonder twijfel als thema genomen. Nu niet meer, omdat het de gemoederen van software-ontwikkelaars niet echt meer bezighoudt. Een onderwerp als intranet of Internet zou twee jaar geleden niet im Frage zijn gekomen, omdat die omgeving, met voornamelijk statische Html-pagina’s, nog geen echte uitdaging voor software-ontwikkelaars was. Dat is nu anders, omdat steeds meer bedrijven in het fenomeen zijn geïnteresseerd en de ontwikkelingen op dit gebied ongelofelijk snel gaan. Het is mogelijk om met nieuwe programmeertalen, zoals Java, complete applicaties te bouwen voor Internet. Daarvoor moeten databases geschikt worden gemaakt en vervolgens worden gekoppeld aan Web-servers."
Millennium-problematiek
Het ‘jaar-2000′-probleem is nog zo’n onderwerp dat de komende jaren hoog op de prioriteitenlijst van veel software-afdelingen zal staan. "We hebben hier te maken met een probleem dat twintig jaar geleden door onze collega’s is gecreëerd", stelt Van der Lans. "Zij moesten worstelen om programma’s in het beperkte geheugen van de toenmalige mainframes te krijgen. Veel van die applicaties draaien nog steeds. Niemand durft daar meer aan te komen, omdat de consequenties voor het functioneren van de systemen volstrekt niet te overzien zijn. Het is ongelofelijk eigenlijk welke vragen het toevoegen van twee cijfertjes in de programmatuur teweeg brengt. Kunnen de oude applicaties blijven draaien of is het beter om nieuwe systemen aan te schaffen? Welke kosten zijn met deze keuzes gemoeid?"
"Sommigen beweren dat het grootste deel van de IT-investeringen in 1999 zal worden besteed aan het oplossen van het millenniumprobleem. Het ontbreken van twee getalletjes heeft enorme implicaties. Degenen die met een gerust hart het jaar 2000 afwachten, omdat 31 december 1999 op een vrijdag valt, zullen bedrogen uitkomen. Het probleem is niet in een weekend op te lossen."
Object-oriëntatie
"Object-georiënteerd ontwikkelen is een onderwerp dat natuurlijk al vele jaren sterk in de belangstelling staat", aldus Van der Lans. "De OO-concepten zitten al in tal van gereedschappen die software-ontwikkelaars gebruiken. Het bouwen van programmatuur waarbij de onderdelen in objecten worden opgedeeld, is al een paar jaar in zwang. Het interessante is dat deze bouwwijze niet eens zozeer een uitvloeisel vormt van een doordachte implementatie van de ‘echte’ OO-concepten, maar in de praktijk is ontstaan. Ik doel op de opkomst van de zogeheten componentware-markt op basis van VBX-files uit Visual Basic. Dat zijn kleine bouwblokjes, die kunnen worden uitgebreid en samengevoegd tot echte applicaties. Er zijn momenteel honderden van de bouwblokjes te koop. Daarnaast neemt ook de markt van OCX-files, gebaseerd op Microsofts Ole-standaard, grote vormen aan."
"Aan de andere kant zie je ook OO-ontwikkelingen op het gebied van middleware. Denk maar aan de Corba-standaardisatie (Common Object Request Broker Architecture). Het interessante is dat deze twee werelden elkaar aan het ontmoeten zijn. Steeds meer leveranciers zeggen dat zij hun applicaties op object-oriëntatie baseren, waarbij mogelijkheden voor Ole/Corba-communicatie voorhanden zijn. Zo zie je dat de theorie van OO en de praktische componentenbouw-methodiek bij elkaar komen."
Datawarehousing en Olap
Als database-specialist geeft Van der Lans zelf een overzicht van de stand van zaken op het gebied van gegevenspakhuizen en Olap. "De keuze van dit thema was tijdens de vergaderingen van de stuurgroep geen punt van discussie. Het was voor iedereen vanzelfsprekend dat hieraan aandacht wordt besteed. Het is waar dat het fenomeen niet nieuw is. Al vele jaren zijn er dergelijke databases. Alleen werden ze anders genoemd: query- of read only– databases, managementinformatie- of beslissingsondersteunende-systemen."
"Het spannendste van de nieuwe ontwikkelingen is zowel de schaalgrootte als de opkomst van de bijbehorende exploratietools. Het concept is redelijk eenvoudig: het vergaren van data uit verschillende produktiesystemen en externe bronnen, en het loslaten van queries op deze gegevens. In de praktijk kost het ontwikkelaars echter heel wat hoofdbrekens. Niet alleen moeten voor dit doel soms de produktiedatabases worden aangepast, maar ook moet het datawarehouse op een slimme manier worden ontworpen."
Van der Lans is van oordeel dat in de discussies over gegevenspakhuizen bij tijd en wijle te veel de nadruk wordt gelegd op het kopiemanagement. In zijn ogen zijn het uitdenken van goede concepten voor het databasemodel en de wijze waarop de exploratietools kunnen worden ingezet minstens even belangrijk.
"Olap-tools bieden een dynamische manier om informatie uit een datawarehouse te genereren, zonder dat je als eindgebruiker SQL hoeft te kennen en te begrijpen. Datamining-tools gaan nog een stap verder. Datasurveyor en Solomon van respectievelijk Data Distilleries en Syllogic, twee Nederlandse bedrijven notabene, genieten veel waardering, omdat het produkten zijn waarmee via slimme algoritmen informatie uit een datawarehouse kan worden gehaald, zonder dat de gebruiker expliciete vragen hoeft te formuleren. Dit onderwerp is daarom niet alleen interessant voor software-ontwikkelaars, vanwege de technische aspecten, maar ook voor de gebruikers, vanwege de uitgebreide toepassingsmogelijkheden."
Cok de Zwart, freelance medewerker Computable