Rambus heeft een gedeeltelijke overwinning geboekt door onder gunstige voorwaarden te schikken met Infineon. De twee, respectievelijk geheugenontwerper en geheugenproducent, hebben al hun juridische claims laten varen en geven elkaar licentierechten op de eigen technologieën.
Het Duitse Infineon betaalt Rambus een vast bedrag van 5,85 miljoen dollar per kwartaal, te beginnen in november dit jaar en lopend tot november 2007. Daarna moet de chipfabrikant nog betalen tot een maximaal totaalbedrag van honderd miljoen dollar, mits aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan. Dat omvat onder meer de medewerking van andere geheugenfabrikanten aan Rambus’ licentieprogramma. De andere geheugenfabrikanten die Rambus nog in het vizier heeft, zijn Micron, Hynix, Nanya Technology en Inotera Memory.
Woordvoerders van Infineon benadrukken dat de licentiebetaling een vast bedrag is wat niet meegroeit met de chipproductie. “Het is niet gerelateerd aan volume, wat van groot belang is bij massagoederen als geheugenchips”, verklaart Christoph Liedtke namens de geheugenproducent. Geheugenchipmakers hebben zich vooral tegen Rambus verzet vanwege de relatief hoge licentiekosten die het wil rekenen.
Infineon heeft vaste betaling weten af te dwingen dankzij de afwijzing vorige maand van Rambus’ patentenclaims in een federale rechtbank in Virginia. Die afwijzing is gebaseerd op het feit dat de geheugenontwerper cruciale interne documenten heeft vernietigd in de aanloop naar die rechtszaak. Rambus gaat nog in beroep tegen de afwijzing.
Voorkeursbehandeling
In het kader van de schikking verleent Rambus op zijn beurt Infineon rechten op zijn – deels gepatenteerde – geheugentechnologie. Die patenten zijn van toepassing op niet alleen het eigen Rdram (Rambus dynamic random access memory), maar ook sdram (synchronous dram) en ddr sdram (double data rate), aldus de juridische kruisvaarder. Daarnaast geniet Infineon voortaan de status van voorkeursklant bij Rambus.
Rambus-ceo Harold Hughes is tevreden over de schikking. “Wij menen dat dit het beste is in het belang van onze aandeelhouders.” Die aandeelhouders zagen rond 2000 een verwachte marktdominantie in rook opgaan, toen de pc-industrie niet naar het relatief dure Rdram overging, maar naar het snellere sdram en vervolgens ddr sdram. Dit was mede te danken aan processorproducent AMD en chipsetfabrikant Via, die niet wilden meegaan met Intels voorkeur voor Rambus-geheugen.