Volgens de geruchtenmachine voert de onfortuinlijke softwareontwikkelaar Baan gesprekken met diverse overnamekandidaten vooral uit de VS. Waarom? Omdat het aandeel Baan sinds begin dit jaar in duikvlucht verkeert en met een huidige beurskoers van 2,46 euro (-0,28) reeds te koop is voor ‘slechts’ zeshonderd miljoen dollar.
Koopje! En omdat Baan zelf een paar van zijn dochterondernemingen heeft afgestoten en verkocht.
Achtereenvolgens meldden zich de afgelopen week het Britse Invensys, dat samenwerkt met Microsoft, en het Canadese Oracle. Andere geruchtenmakers zijn notoire opkoper van noodlijdende softwarebedrijven Computer Associates, Geac Computer en I2 Technologies. Ook het Amerikaanse Siebel heeft van zich doen spreken, een geduchte concurrent van Baan en tot even grote hoogte gestegen, behalve de beurswaarde, die inmiddels ruim twintig miljard dollar bedraagt. Ook de Vanenburg groep van de gebroeders Baan begaf zich op het overnamepad.
Baan zelf doet ondertussen alsof er niets aan de hand is en bracht de afgelopen week een nieuw E-sales softwarepakket, Baan Frontoffice Interaction, op de markt. Bestaande klanten als Boeing zijn hierover zeer tevreden en enthousiast. Het bedrijf zou zelfs een hele grote rol kunnen spelen in de B2B e-handel!
Of Baan nu wel of niet wordt overgenomen – en door wie – is eigenlijk niet zo belangrijk. Belangrijker is een hogere beurskoers voor ‘onze’ Baan, waardoor het bedrijf weer in een positief daglicht komt te staan. Succes trekt weer succes aan. Dit moet ook de strategie zijn van Baans laatste strohalm, de zakenbank Bear Stearns. Deze bank houdt de aandelen van het bedrijf vast ook al zou het volgens de put-overeenkomst de aandelen kunnen dumpen als de koers onder een bepaald niveau zakt.