De Amerikaanse bedrijven Versata en Bea praten over koppeling van de programmatuur voor elektronische handel van de eerste, met de applicatieserver van de laatste.
Bea afficheert zichzelf als een software-ontwikkelaar voor elektronische handel; Versata richt zich naar eigen zeggen vooral op ontwikkelaars die bedrijfsprocessen koppelen. Versata mikt daarbij vooral op het marktsegment boven de serververkopers; ontwikkelaars verschaft het bedrijf de mogelijkheid software van ondernemingen als Bea te gebruiken als een platform voor zijn eigen producten.
Bestuursvoorzitter Jack Hewitt van Versata gaat ervan uit dat de overeenkomst binnen drie maanden rond komt.
Versata, gevestigd in het Californische Oakland, werkt al nauw samen met IBM, de belangrijkste concurrent van Bea in de markt voor applicatieservers. Beide concurrenten hebben volgens de marktonderzoekers van Giga ieder bijna de helft van de markt,
Versata zou met de samenwerking ook toegang krijgen tot middleware in de vorm van Elink en Ecollaborate van Bea.
Versata zit naar verluidt goed in de financiële middelen. Het bedrijf kreeg in maart een notering op de schermenbeurs Nasdaq. Aan het eind van die maand had het bedrijf 100 miljoen dollar in kas. Het bedrijf zal dat geld volgens Hewitt zonodig ‘op agressieve wijze’ aanwenden. Boven aan zijn boodschappenlijstje staat workflow-technologie. Versata krijgt graag XML-programmatuur in handen, om de bedrijfsprocessen van klanten via Internet snel te kunnen koppelen.