IT veroorzaakt geen drastische veranderingen in de manier waarop werknemers hun arbeid verrichten en indelen. Dit is de hoofdconclusie van de studie ICT en Arbeid in het dagelijks leven van Valerie Frissen in opdracht van het Rathenau Instituut.
Uit het rapport blijkt dat de kern van het werk ondanks de technologische ontwikkelingen gelijk is gebleven. Mensen vergaderen nog steeds veel, grijpen in eerste instantie toch naar de telefoon en zitten voornamelijk vast in het ‘negen-tot-vijf-stramien’. Email wordt wel gebruikt, maar verandert het reguliere proces nauwelijks.
Opmerkelijk is dat werknemers de relevantie van IT-innovaties afmeten aan de potentie die de technologie heeft om zich aan te passen aan de dagelijkse werkzaamheden en niet aan de mogelijkheid om die routines te veranderen. Ze vinden dat IT moet passen in de dagelijkse beslommeringen en niet dat ze zelf hun werkzaamheden moeten aanpassen aan IT. Ze zien technologie vaak als een wild en onaangepast wezen dat getemd moet worden. Pas daarna gebruiken ze men IT in het werk.
Telecommunicatiemiddelen – telefoon, fax en de mobiele telefoon – hebben dit proces al doorlopen en maken deel uit van de arbeid. Ook email krijgt langzamerhand een plek in de dagelijkse werkzaamheden, maar is nog niet vanzelfsprekend. Verder is IT nog niet getemd en kan het werk dus niet grondig veranderen.
IT-gebruik in het dagelijkse werk levert enkele paradoxen op, zo meent Frissen. Het biedt bijvoorbeeld de werknemers meer vrijheid, omdat het werkzaamheden efficiënter maakt, maar dit gaat samen met meer druk. Verder is er binnen organisaties een communicatieparadox: email krijgt een gevestigde plaats en versnelt communicatie, maar geeft tevens berichten een anoniem en zakelijk karakter. Ook de bereikbaarheid van mensen kent tegenstellingen. Mobiele telefoons en netwerken vergroten de bereikbaarheid, maar mensen kunnen ook selectief daarmee omgaan en zelf bepalen wanneer ze bereikbaar zijn. Tot slot is er de tijdsparadox. IT zorgt voor tijdwinst, omdat het leidt tot meer efficiëntie. Mensen zijn geneigd deze extra tijd op te vullen met andere werkzaamheden, door bijvoorbeeld als zij thuis werken ook aandacht te besteden aan de afwas.