De problemen rond Global Crossing vertraagt de definitieve toekenning van een 450 miljoen dollar-project voor het Amerikaanse ministerie van Defensie.
Het project, waarbij het ministerie zal worden voorzien van snelle internetdiensten tussen laboratoria en onderzoekslocaties verspreid over het hele land, zou eigenlijk eind januari worden gegund aan één van de bedrijven die erop hebben ingeschreven. Behalve Global Crossing zijn dat onder meer AT&T, Qwest, Sprint en Worldcom. Het ministerie heeft het project echter uitgesteld, vanwege het dreigende faillissement van Global Crossing. Daardoor is de kans groot geworden dat het bedrijf in buitenlandse handen komt en dat kan voor Defensie een legitieme reden zijn om een ander, Amerikaans, bedrijf te kiezen.
Oorspronkelijk had Global Crossing het contract met Defensie al in juli vorig jaar ‘binnengehaald’, maar het ministerie stelde de ondertekening uit toen de concurrenten van Global Crossing fel protesteerden. Volgens die bedrijven zou Global Crossing niet beschikken over de benodigde technische kennis en kunde om het project uit te voeren. Bovendien zou het nooit een Defensiecontract mogen krijgen, aangezien het hoofdkantoor van het bedrijf in Bermuda staat. Dat laatste leek voor Defensie niet echt een probleem. De onderneming wordt feitelijk gerund vanuit Los Angeles en New Jersey en wordt door het Pentagon beschouwd als een Amerikaans bedrijf.
Sinds juli is de zaak er voor Global Crossing steeds slechter uit gaan zien. De financiële problemen stapelden zich op en er zijn berichten dat het bedrijf zal worden overgenomen door Hutchinson Whampoa uit Hongkong of door Singapore Technologies. Als dat het geval is, lijkt de onderneming voor de aanbesteding van het Defensiecontract achter het net te vissen.