Oracle kiest voor ‘100 procent puur Java’ voor de verdere ontwikkeling van zowel Designer/2000 als Developer/2000. De ontwikkeling zal ongeveer anderhalf jaar duren. Brokstukken van het ambitieuze Sedona-project maken deel uit van de nieuwe strategie.
state-of-the-art ontwikkelomgeving op de markt zetten, maar faalde in juni jammerlijk. Oracle richt zich nu op verdere invulling van het NCA-concept (Network Computing Architecture). Het streven is dat Java voor de gehele IT-infrastructuur te gebruiken valt. Volgens die nieuwe filosofie vindt Java ingang in alle lagen van NCA: de databaseserver, de applicatieserver en de gebruikerskant.
In oktober zoudenJava-cartridges beschikbaar zijn. Met Developer/2000 zijn de schermen van de gebruikersinterface in Java te scheiden van de applicatie die op een server draait. De Java-applets worden naar PC of NC gestuurd. Medio 1998 krijgt de volgende fase zijn beslag. Naast PL/SQL en Visual Basic (VB) kunnen gebruikers met de bestaande ontwikkelomgeving Java-code genereren, aldus Oracle. Hiermee kunnen software-ontwikkelaars voor het eerst bedrijfsapplicaties in Java bouwen met een Oracle-werkomgeving. Deze optie wordt niet in een bundel geleverd, maar net als bij VB apart verkocht.
De laatste fase ondersteunt Java Business Objects (JBO). Deze componenten zijn bedrijfsspecifiek en niet industriespecifiek, zoals de raamwerken en componenten uit IBM’s San Francisco-project. De JBO’s zijn compatibel met Java-beans en gebaseerd op de Corba-standaard (Common Object Request Broker Architecture). Het geheel van modelleren, ontwikkelen, onderhouden en gebruiken van componenten en applicaties wordt beheerd vanuit éénrepository. De technologie voor deze systeemencyclopedie is afkomstig uit Sedona. De bedrijfsobjecten en de repository moeten eind volgend jaar beschikbaar zijn. Verder staan Web Application Server 4.0 en Oracle 8.1 (met directe ondersteuning van Java) op het programma.