Softwareproducent Intermind heeft vorige week het patent verkregen op push-technologie, bedoeld om via een netwerk gericht data te versturen naar bepaalde gebruikers. De firma wil met dit patent bedrijven als Microsoft, Netscape en Pointcast dwingen royalty’s te betalen.
Intermind bezit een eigen push-product, Intermind Communicator, maar heeft de ontwikkeling hiervan gestaakt. Het gaat zich nu concentreren op het in licentie geven van de gepatenteerde technologie.
Het Amerikaanse bureau voor patenten en merknamen heeft alle 26 claims in de patentaanvraag van Intermind goedgekeurd. De technologie is te gebruiken voor Internet, bedrijfsnetwerken en diverse andere systemen, zoals digitale telefoons, pagers en televisies. "In het begin van de jaren negentig werkten wij hier al aan. Onze patenten zijn dus valide", aldus Intermind-president Gordie Gardiner.
Gardiner noemt geen namen van mogelijke patentschenners, maar zegt: "Er is een brede categorie van toekomstige licentiehouders. Hieronder vallen niet alleen de makers van push-producten, maar ook de gebruikers en zelfs de distributeurs".
De potentiële doelwitten van Interminds licentie-strategie, bedrijven als Microsoft, Pointcast en Marimba, onthouden zich van commentaar totdat ze het patent hebben bestudeerd. "Wij zijn niet van mening dat wij enig patent van Intermind schenden", aldus een woordvoerder van Netscape.
Intermind kan nog niet zeker zijn van betaling voor de gepatenteerde technologie, zelfs al zou het patent van toepassing zijn op de producten van andere bedrijven. "Als Intermind probeert Microsoft aan te klagen, kan die ze makkelijk om de oren slaan met vijf patenten waar zij weer inbreuk op maken", meent Jay Verkler, president van Incommon, een leverancier van push-programmatuur.