De Technische Universiteit Eindhoven (TUE) praat met Pecoma Informatica over een verregaande samenwerking op IT-gebied. In tegenstelling tot de Universiteit Utrecht gaat dat met weinig gekrakeel gepaard.
Het College van Bestuur van de TUE splitste uit efficiëntie-oogpunt het rekencentrum begin dit jaar op in een nutsbedrijf en een systeemhuis. Het nutsbedrijf beheert de TUE-infrastructuur. Het systeemhuis is verantwoordelijk voor implementatie, beheer en aanpassing van de universiteitsbrede informatiesystemen.
Nog nauwelijks losgekoppeld onderzoekt het systeemhuis nu de mogelijkheden tot verzelfstandiging. De universiteit overlegt daarover met Pecoma Informatica. Het idee van het systeemhuis een BV te maken met TUE en Pecoma als aandeelhouders.
Volgens manager Cees du Bois van het systeemhuis is de huidige groep van vijftien medewerkers te klein om alle activiteiten op tijd en met genoeg specialistische kennis te kunnen aanpakken. Door gebruik te maken van het Pecoma’s personeel verwacht hij capaciteitspieken en complexere opdrachten aan te kunnen.
Pecoma werkt al langer voor de universiteit. Het verhuurt programmeurs en systeembouwers en heeft beheersystemen geleverd. De middelgrote omvang van het Diemense bedrijf is voor de TUE een pre, omdat dat meer past bij de bedrijfscultuur dan grote IT-bedrijven. Du Bois zette begin dit jaar vaart achter het project. "Maar mijn mensen lieten weten dat dat te hard ging. Daarom zal de rest van 1998 worden uitgetrokken voor een verdere uitwerking van de plannen, waarna een geleidelijke overgang zal plaatsvinden." Hij verwacht niet dat onder het personeel nog veel onrust ontstaat, zoals bij het Academisch Computercentrum van de Universiteit Utrecht dat door Cap Gemini dreigt te worden overgenomen. "Volledig uitbesteden is bij ons niet aan de orde. De bedrijfssystemen van de TUE zijn zo essentieel dat de universiteit altijd een deel van de zeggenschap wil behouden. Daarnaast hebben wij de angel uit beginnende onrustgevoelens getrokken door medewerkers straks de keuze te bieden bij de universiteit in dienst te blijven of over te stappen naar het IT-bedrijf."
Volgens vakbondsvertegenwoordiger M. van Gessel is het laatste woord echter nog niet gezegd. Hij beaamt dat er van meet af aan goed overleg is gevoerd met de betrokken werknemers, maar meldt dat veel details nog niet besproken zijn. "Er is gekozen voor een detacheringsconstructie: de IT-medewerkers kunnen hun aanstelling bij de universiteit behouden, maar worden wat betreft functie en werk ondergebracht bij de automatiseerder. Het is echter volstrekt onduidelijk hoe zoiets op de lange termijn uitpakt. Dit terwijl de meeste medewerkers uit zekerheidsoverwegingen willens en wetens gekozen hebben voor een universitaire werkkring.