Het aantal vacatures in de IT-branche is in het derde kwartaal verder afgenomen. In september 1998 stonden ongeveer zevenduizend arbeidsplaatsen open. In juni van dat jaar waren dit er nog 7700 en in maart 9400. Dit blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
De daling van het aantal vacatures in de automatiseringssector is overigens niet uniek. In vrijwel alle bedrijfstakken was sprake van een teruggang, zo blijkt uit het onderzoek. Landelijk daalde het aantal vacatures met 22 duizend tot 117 duizend. Dit is desondanks een hoog aantal. Een daling in het derde kwartaal is volgens het CBS normaal, maar niet in deze mate. De cijfers wijzen dan ook op een minder onstuimige groei van de vraag naar arbeid.
Het aantal vacatures aan het eind van een kwartaal is het resultaat van twee ontwikkelingen: er ontstaan nieuwe vacatures en bestaande vacatures worden vervuld. Aangezien in het derde kwartaal veel schoolverlaters de arbeidsmarkt betreden, is de daling van het aantal vacatures verklaarbaar. De cijfers van het CBS hoeven dus geen kentering op de arbeidsmarkt voor IT-personeel te betekenen.
Het bureau wijt de teruggang zelf aan het enorme aantal vacatures dat in het eerste kwartaal van vorig jaar ontstond. In deze periode kwamen er twaalfduizend nieuwe banen bij. Dat houdt verband met de 2000-problematiek. Veel van deze vacatures bleven enige tijd onvervuld. In de daaropvolgende kwartalen is een groot deel van die vacatures vervuld. Daardoor daalt het totale aantal openstaande banen. Dit betekent niet dat de krapte op de arbeidsmarkt voor IT’ers afneemt. Uit recente cijfers van de Fenit en de Europese Commissie blijkt het tegendeel.