Het Limburgse bedrijfsleven vreest verder oplopende tekorten aan IT’ers. De situatie op de arbeidsmarkt is al nijpend, en een verdere verslechtering wordt gevreesd. Bedrijven, overheid en onderwijs werken op verschillende niveaus samen om het tij te keren. Daarbij kijken ze ook over de landsgrenzen heen.
Volgens secretaris J. Hessels van de Limburgse Werkgeversvereniging (LWV) kan momenteel iedere ‘direct inzetbare’ werkzoekende kiezen uit drie banen. De economische groei in Limburg ligt ruim 0,5 procent hoger dan in heel Nederland. Limburg telt ongeveer 2500 mensen werkzaam in de IT-sector, zo blijkt uit onderzoek van de instituten ROA (Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt) en Etil (Economisch Technisch Instituut Limburg). Dat aantal groeit sinds enige tijd ongeveer 6 procent per jaar.
ROA en Etil constateren dat de problemen met het vinden van IT’ers in Limburg niet zo groot zijn als in de Randstad. In de Randstad wordt het verloop geschat op 20 procent, tegenover 5 tot 10 procent in Limburg. Een verklaring kan zijn dat ‘de Limburger graag in de eigen streek blijft wonen en werken’. Bovendien zou de loyaliteit jegens de werkgever groter zijn. "Voor het plaatsen van jonge trainees en leidinggevenden lijkt Limburg juist een nadeel te hebben ten opzichte van de Randstad. De provincie ligt perifeer en wordt als ’te provinciaals’ gezien", stellen de onderzoekers.
ROA en Etil constateren dat dit jaar de vraag naar zowel programmeurs als technisch-systeemanalisten en informatici zeer hoog is. Knellen doet het niet zozeer onder informatici; daarvan komen er genoeg van de opleidingen. In de andere disciplines zijn de knelpunten echter groot. ROA en Etil voorzien een afnemende werkgelegenheidsontwikkeling. Nu is deze nog ‘zeer hoog’, en in 2002 ‘hoog’ of zelfs ‘gemiddeld’ voor technisch systeemanalisten. Maar over drie jaar zijn de knelpunten volgens de onderzoekers in alle vier de beroepen ‘zeer hoog’, waar dat nu als ‘hoog’ betiteld wordt. Volgens Frank Boss, directeur van het Expertisecentrum ICT in Sittard, zijn er met name ‘enorme tekorten’ aan netwerkontwikkelaars en zelfs netwerkbeheerders. De grootste problemen zijn volgens hem echter te verwachten in de industriële software-ontwikkeling, de ingebedde software.
Scholing is volgens Hessels het belangrijkste middel dat rest. Daarbij moet men ook kijken naar bijvoorbeeld gedeeltelijk arbeidsongeschikten, ouderen en vrouwen. Ook het inschakelen van Duitsers en Belgen kan volgens hem mogelijk soelaas bieden. De Regionale Arbeidsvoorziening wil dit jaar komen tot een ‘sluitende’ aanpak. Stille reserves aan arbeidskrachten moeten daarbij worden aangeboord. Deze kunnen volgens woordvoerder Ger Moonen ook in België en met name Duitsland liggen. In Venlo en Heerlen werden banenmarkten georganiseerd, waar van de zevenduizend bezoekers iets minder dan de helft Duits was. Voor Belgen en Duitsers bestaan geen belemmeringen om voor een Nederlands IT-bedrijf te werken.