In Nederland wordt veel gebruik gemaakt van virtuele aanbieders van mobiele telefonie, aanbieders die geen eigen netwerk hebben. Ons land kent meer dan 50 virtuele aanbieders.
Uit cijfers van Telecompaper blijkt dat meer dan 3 miljoen Nederlanders bellen via een virtuele aanbieder, een Mobile Virtual Network Operator. Deze aanbieders gebruiken het netwerk van een van de vier netwerkbeheerders in Nederland (KPN, Vodafone, T-Mobile en Orange).
Telecompaper denkt dat het aantal virtuele aanbieders het komende jaar zal stabiliseren. Het onderzoeksbureau verwacht dat er net zoveel aanbieders de markt zullen betreden als er zullen verdwijnen. Ook zullen er enkele in elkaar overgaan, denkt Telecompaper.
De grootste virtuele aanbieders zijn debitel en Tele2 met respectievelijk één miljoen en 535.000 klanten. Beide aanbieders verloren het afgelopen jaar marktaandeel. Een aantal nieuwkomers doet het daarentegen erg goed, zoals Lebara Mobile, Ortel Mobile en Lycamobile. Deze aanbieders bieden voornamelijk goedkope tarieven naar het buitenland.
Virtuele aanbieders richten zich op een specifieke doelgroep, zoals allochtonen, gereformeerden of mensen die graag goede doelen steunen. De meeste bellers gebruiken een virtuele aanbieder die rechtstreeks contact heeft met een netwerkbeheerder.