Gisteren heeft de Eerste Kamer het omstreden wetsvoorstel Bevoegdheden Vorderen Gegevens aangenomen. Twee partijen, Groen-Links en SP, lieten een aantekening maken: zij steunen de wet niet.
VVD-senator Broekers-Knol: “Er tekende zich een duidelijke meerderheid af, het was dus niet nodig een algemene stemming te organiseren.” Zij vindt dat Minister Donner in het begeleidende debat ‘adequaat antwoord heeft gegeven’. “We hebben in ieder geval afgesproken dat er over drie jaar een hele grondige evaluatie van de wet komt.”
Uit die evaluatie zal onder meer moeten blijken hoe hoog de onkosten voor het bedrijfsleven zullen zijn. Broekers-Knol: “De minister zegt nu: ‘Het is geen bewaarplicht.’” Dit zou betekenen dat bedrijven geen extra investeringen hoeven te doen of bijzondere voorzieningen hoeven te treffen.
“Wij kijken daar toch anders tegenaan,” zegt Broekers-Knol. “Wat als in de praktijk blijft dat een bedrijf zo vaak een vordering krijgt dat een [infrastructurele] investering toch noodzakelijk blijkt? Uit de evaluatie zal moeten blijken hoe dit in de praktijk uitpakt.”
Een ander, oud punt van zorg van haar fractie was de afwezigheid van een notificatieplicht bij de vordering van de zogenoemde ‘identificerende gegevens’. “Daar denkt men toch te gemakkelijk over. Het vertrouwen van de burger in de wet zal enorm worden vergroot als men geïnformeerd wordt over individuele belangstelling van de overheid.”
Dat die notificatieplicht geen deel uitmaakt van deze wet was echter geen reden af te zien van instemming door de VVD-fractie. “Wij hebben tegen de minister gezegd dat we hier in de toekomst graag extra aandacht voor zien,” zegt Broekers-Knol.