De grid werd tot voor kort vooral ingezet voor rekenintensieve toepassingen. Daar komen nu toepassingen bij voor data-intensieve verwerking bij financiële instellingen de telecombedrijven. De grid wordt volwassen, de grid wordt commercieel, aldus Stefan van der Zijden.
Ik wil graag reageren op het artikel Diensten uit de muur van Bert Dekkers (Computable, 7 februari 2003). Ik ben het eens met zijn verhaal, maar zijn stuk laat een belangrijk aspect van het onderwerp onbesproken: de praktische toepassing van grid-technologie in commerciële organisaties.
Laat ik eerst een onderscheid aanbrengen tussen ‘de grid’ en ‘grid-technologie’. Met de term grid wordt het op wereldwijde schaal samenvoegen bedoeld van verwerkingscapaciteit middels computers. Daarmee komt computercapaciteit als een soort nutsvoorziening beschikbaar voor iedereen. Toekomstmuziek die in het artikel van Dekkers wordt gespeeld. Voor het zover is moet nog een aantal fundamentele kwesties opgelost worden, bijvoorbeeld rond ‘vertrouwen’ en het bepalen van authenticiteit.
Op kleinere schaal
Maar er is meer. Het onderscheid tussen de grid en grid-technologie valt het best te vergelijken met het verschil tussen ‘internet’ en ‘internettechnologie’. Het eerste begrip duidt op de implementatie van het concept op mondiale schaal, het tweede slaat op de technologie die ook toepasbaar is op kleinere schaal: binnen een afdeling, locatie of bedrijf of tussen bedrijven onderling.
Grid-technologie wordt al jaren op kleinere schaal toegepast. De technologie brengt de capaciteit van verschillende autonome computers samen tot één virtueel systeem, waardoor vraag en aanbod van computercapaciteit optimaal op elkaar afgestemd kunnen worden. Er zijn tal van toepassingen op afdelings- of bedrijfsniveau waar bedrijven efficiënter kunnen werken door hun computercapaciteit te consolideren. Maar ook een computercluster voorzien van software voor het beheer van de systeembelasting is een toepassing op kleine schaal van grid-technologie.
Beheer van de systeembelasting is de afgelopen jaren veelal gebruikt voor rekenintensieve toepassingen. Negen van de tien autofabrikanten gebruikt dergelijke tools om rekenintensieve dataverwerking te distribueren over de beschikbare infrastructuur. Het gaat daarbij om computerondersteund ontwerpen, testen en simulaties. Belangrijke drijfveer achter deze toepassing is het verkorten van de cyclus van productontwikkeling cyclus of het maximaal benutten van de beschikbare infrastructuur. Voorbeelden daarvan vinden we dan ook terug in andere rekenintensieve bedrijfstakken als de computerindustrie, industriële productie en de gezondheidswetenschap. Het meest tot de verbeelding sprekende voorbeeld in die wetenschap is nog steeds het in kaart brengen van de menselijke genen door Celera Genomics. Deze tijdrovende ontdekkingstocht kon met jaren worden verkort door de gegevensverwerking te verdelen over een grid van vele computers.
Wereldwijde infrastructuur
De laatste tijd raakt de grid-technologie steeds meer in gebruik bij data-intensieve verwerking bij financiële instellingen of telecombedrijven. De Amerikaanse bank JP Morgan Chase is een mooi voorbeeld. Die heeft de traditionele koppeling tussen applicatie en infrastructuur losgelaten. De infrastructuur opereert als één virtueel systeem en de verwerking van transacties vindt ‘ergens’ in hun wereldwijde infrastructuur plaats al naar gelang het beschikbaar zijn van capaciteit.
In Nederland gebruiken bedrijven als Philips, ASML, Shell, Océ en DSM software voor het beheer van de systeembelasting. Die software wordt ook in de grootste supercomputer van Nederland gebruikt, de SGI Origin cluster Teras bij het rekencentrum Sara in Amsterdam om de grid van 1024 cpu’s optimaal te benutten.
In de academische wereld wordt hard gewerkt aan de technologie om een mondiale toepassing van de grid mogelijk te maken. Grid-technologie wordt toegepast op afdelings- en bedrijfsniveau (enterprise grids). Er zijn ook voorbeelden waar bedrijven hun infrastructuur koppelen om zo elkaars verwerkingscapaciteit te kunnen benutten (partner grids). Die ‘ontwikkeling van binnenuit’ zal uiteindelijk resulteren in een koppeling op mondiale schaal. Is ‘het Internet’ ook niet op deze manier ontstaan?
Stefan van der Zijden, managing director Engage Technology