Soms is een stelsel van nas-systemen (network attached storage) gewoon niet snel of flexibel genoeg. Dan kan een san (storage area network) uitkomst bieden. Dot Hill biedt met de SANnet II SATA-SE een san met interessante kenmerken.
Een san (storage area network) pakt de zaken dichter bij de bron (de harde schijven) aan dan een nas-systeem. Het nadeel van nas is immers dat de prestaties ervan bepaald worden door de netwerkinterface. Dat is niet zo best als prestaties van ettelijke honderden MB per seconde gewenst zijn. Een san gebruikt daarom een snellere SCSI- of glasvezelbus om alle toestellen op elkaar aan te sluiten. Dit is dus geen netwerkaansluiting in de zin van Ethernet of Token Ring, maar een SCSI- of FC-netwerk (Fibre Channel of glasvezelbus).
We kunnen een SCSI- of FC-systeem immers als een netwerk beschouwen tussen de SCSI/FC-adapter en de daarop aangesloten toestellen. Een san is echter uitgebreider dan dat en bestaat uit meerdere servers en opslagapparaten, aan elkaar gekoppeld via een SCSI- of FC-switch.
Een san werkt dan ook niet met bestanden en mappen, maar als een harde schijf met logische blokken en de adressen daarvan. Dit zorgt voor een veel ingewikkelder configuratie dan bij een SCSI-systeem binnen één server. Overigens bestaan er tegenwoordig ook al SCSI- en FC-switches met ingebouwde beheermodules die via het netwerk en meer bepaald de webbrowser aanspreekbaar zijn.
Dot Hill
Het Amerikaanse bedrijf Dot Hill bestaat sinds 1983, al heette het toen nog Artecon. In 1999 kwam er een fusie met Box Hill, dat tot dan vooral actief was in de financieel-economische sector. Het fusiebedrijf kreeg de naam Dot Hill en houdt zich exclusief bezig met producten die met dataopslag te maken hebben. San’s zijn typisch producten voor grote tot zeer grote bedrijven. Dot Hill besloot zich echter met zijn SANnet II serie te richten op de markt van de grotere bedrijven uit het mkb. We praten hier immers over oplossingen die terabytes aan opslagruimte bieden.
De hier geteste SANnet II SATA Special Edition is een compacte doos van twee eenheden hoog die zonder FC-switch gebruikt kan worden (maar het mag uiteraard wel) voor Linux- en Windows-servers. Hij bevat tot 12 SATA (Serial ATA)-schijven. Ons testmodel had er van 250 GB, maar schijven tot 300 GB worden ondersteund. Daarmee is een capaciteit van 4,8 TB haalbaar. Via glasvezel kunnen tot 12 servers worden aangesloten en als switches worden gebruikt tot 64 servers. Meerdere van die servers kunnen rechtstreeks van het san starten: ze laden hun besturingssysteem bij de systeemstart dus van het san.
Dot Hill levert de opslagbeheersoftware SANscape waarmee het san redelijk gebruiksvriendelijk wordt beheerd, inclusief prestatieanalyse, systeembewaking en toegang op afstand. Vrijwel alles is dubbel en dus redundant uitgevoerd: er zijn twee voedingen en meerdere ingebouwde controllers en de gebruiker kan een kapot exemplaar verwisselen terwijl het san in werking blijft. Ook de harde schijven zijn ‘hot’ uitwisselbaar.
Aansluiting en beheer
Het basisbeheer gebeurt via een CLI (command line interface). Deze roept men op via een seriële aansluiting, al kan het ook via telnet – daartoe heeft de appliance een netwerkaansluiting. De meest eenvoudige aansluiting is die waarbij maar één server wordt aangesloten. Voor onze test deden wij dat: een Windows 2003 Server SP1 in een Pentium IV 2,4 GHz met 1 GiB dual channel DDR266 RAM. Deze server heeft als interne opslagruimte een Quantum IV Atlas V Ultra 160 SCSI schijf van 18 GB met 4 MiB cache en 7200 rpm. De gebruikte controller is van Adaptec. Daaraan hebben we een QLogic QLA2340 glasvezeladapter toegevoegd en deze via een dubbele glasvezelverbinding aangesloten op de SANnet II SATA ES.
De eerste stap is dan de seriële kabel aan te sluiten op een pc en met een terminalprogramma de initiële configuratie uit te voeren. Als men liever via telnet werkt, moet een ip-adres toegekend worden aan de Ethernet-poort van het san. Wij kozen voor de seriële aansluiting.
Het getoonde menu is tekstueel, maar de gebruiker kan wel kiezen voor een kleurige ANSI-interface. Het makkelijkst is om te beginnen met de configuratie van de harde schijven. Wij kozen voor alle twaalf schijven in één RAID-5 array. Daarna werden in dat array vier partities aangemaakt en elke partitie kreeg een eigen LUN (Logical Unit Number). Daarna moesten die LUN’s ook nog aan de QLogic-glasvezeladapter gekoppeld worden. Dat kon met een grafisch configuratieprogramma onder Windows: QLogic SANsurfer FC HBA Manager.
| Productinfo Product: SANnet II SATA-SE Producent & Leverancier: Dot Hill Systems, Enschede, tel. 053-4284890, http://www.dothill.com Adviesprijs (excl. BTW): vanaf USD 7.452, getest systeem USD 14.730 (3 TB Solution, Redundant Controller, AC, 12x 250, 7K) Systeemvereisten: server(s) onder Windows of Red Hat Linux AS 2.1 of 3.0 met glasvezeladapter(s) |
Prestaties
Zoals u mag verwachten, is dit systeem met een 2 Gbit/s glasvezelverbinding flink wat sneller dan de ingebouwde SCSI-schijf van onze testserver. Een eenvoudige test met een speciale versie van ons eigen testprogramma dRATE dat enkele gigabytes aan testdata schrijft en leest (sweepread) leverde een 27 procent hogere werksnelheid op dan onze interne SCSI-schijf (73,77 MiB/s versus 58,06 MiB/s). Als we alleen sequentieel lezen en schrijven met dRATE is het verschil met ruim 20 procent iets kleiner, ook al ligt de meetwaarde een flink stuk hoger (122,40 versus 101,37 MiB/s). We hebben dan ook even gegrepen naar het DiskIO programma (freeware van de Duitser Kai Uwe Rommel) en dat meldde ons een cache/bus-werksnelheid van 59,5 MiB/s, een gemiddelde datadoorvoersnelheid van 51,14 MiB/s, een CPU-belasting van 5 procent, een gemiddelde toegangstijd van 6,4 ms en een 4-threaded verwerkingssnelheid van 19,7 MiB/s. De gelijktijdige 4-threaded doorvoersnelheid van onze SCSI-schijf met de san bedroeg 75,4 MB/s met een CPU-belasting van 7 procent. Dat is zonder meer indrukwekkend en laat de prestaties van ons SCSI-systeem mijlenver achter zich.
Conclusie
Dot Hill biedt met de SANnet II SATA-SE een san die in verhouding goedkoop is en vrij eenvoudig te beheren, zeker als u ooit een SCSI RAID hebt beheerd. De prestaties stelden ons zeker niet teleur.
