Kabinet stimuleert innovatie bij mkb

Het kabinet investeert behoorlijk in de kenniseconomie. Zo gaat voortaan een hoger percentage van de aardgasmeevallers naar innovatie, kennis en onderwijs. Ook gaat een deel van de extra gelden naar het stimuleren van innovatie op sleutelgebieden.

Onzekerheid over C2000 Het is nog niet zeker hoe het vanaf 1 januari a.s. verder gaat met het beheer van de landelijke communicatievoorzieningen voor de zwaailichtensector. De bestuurlijke afspraken hierover zijn nog niet afgerond. Momenteel is de projectdirectie C2000 belast met het beheer van dit radio- en datacommunicatiesysteem. Ruim 80.000 hulpverleners van brandweer, ambulance, politie en marechaussee werken ermee. Het was de bedoeling dat de projectdirectie ITO begin dit jaar zou worden opgeheven. De Organisatie Informatie- en Communicatietechnologie OOV (ITO) zou het beheer overnemen. Dit is echter nog niet geregeld. In de begroting van Binnenlandse Zaken is ook geen rekening gehouden met de overdracht naar ITO.

Het kabinet stelt fors meer geld beschikbaar voor innovatie, zo blijkt uit de nieuwe begroting. In de komende drie jaar wordt 60 miljoen euro extra uitgetrokken voor ondernemers in het midden- en kleinbedrijf die willen ‘ruiken’ aan innovatie. Met innovatievouchers kunnen kleinere bedrijven op eenvoudige wijze kennis inkopen bij onder meer universiteiten en hogescholen. Volgend jaar moeten zeker drieduizend van dergelijke kennisbonnen worden uitgereikt. Dit instrument waarmee momenteel wordt geëxperimenteerd, pakt zó goed uit dat besloten is tot definitieve invoering. Een bedrijf kan daarmee voor 7500 euro iets laten uitzoeken bij een publieke kennisinstelling.
Daarnaast kunnen nieuwe producten en diensten worden ontwikkeld via de zogeheten innovatie-prestatiecontracten. Meerdere ondernemers in het midden- en kleinbedrijf krijgen een impuls om in groepsverband te komen tot uitvoering van hun individuele innovatieplan. Daar waar dat zinvol is, zullen activiteiten gezamenlijk worden uitgevoerd. Te denken valt aan collectief onderzoek, al dan niet in regionaal verband.
Ook komt er 25 miljoen euro extra voor de bevordering van speur- en ontwikkelingswerk. Dit moet met name in het midden- en kleinbedrijf de procesinnovatie stimuleren. De zogenoemde WBSO-regeling wordt hiertoe uitgebreid.

Europese gedachte

Een andere verruiming betreft de plaats waar de R&D-activiteiten worden verricht. Tot nog toe moest het werk echt in Nederland worden gedaan. Maar deze beperking strookt niet helemaal met de Europese gedachte. Daarom mogen de R&D-activiteiten nu ook in andere EU-lidstaten worden verricht, zolang de betrokken werknemers maar in Nederland hun woonplaats hebben.
Minister Brinkhorst (Economische Zaken) kondigde ook aan 40 miljoen euro beschikbaar te stellen voor het Holst Center. Dit nieuwe Europese topinstituut op het gebied van elektronica, microsystemen en functionele materialen krijgt geld uit de extra aardgasbaten. Doel is het in Nederland aanwezige potentieel aan kennis en bedrijvigheid een nieuwe impuls te geven door R&D-programma’s gezamenlijk uit te voeren. Het Holst Center is een initiatief van Philips Research, TNO en de Technische Universiteit Eindhoven.
Voor fondsen die in technostarters investeren, is 12 miljoen euro extra beschikbaar. Naar Amerikaans voorbeeld vormen particuliere geldschieters daartoe ‘Small Business Investment Companies’.
Bovendien is 20 miljoen euro extra uitgetrokken voor de Smart Mix regeling, waarmee toponderzoek wordt versterkt. In 2006 zullen innovatieprogramma’s van start gaan, onder meer op gebied van hightech systemen en materialen.