SAP staat in de softwarewereld nog altijd bekend als erp-leverancier. De vertrouwde R3-omgeving was een geïsoleerd, gesloten systeem. De enige manieren om de programmatuur te benaderen vanuit andere omgevingen, waren via de business connector en its (internet transaction server). Dat moest anders, besloot SAP in 2002.
In januari 2003 zag het concept Enterprise Service Architecture, SAP’s omschrijving van een service oriented architecture, het licht, gevolgd door het platform Netweaver. Dit product is gebaseerd op een open architectuur op basis van webdiensten. SAP heeft zichzelf ten doel gesteld om eind 2006 zijn hele productportfolio in een repository (database voor webdiensten) te hebben.
Applistructure
De door Meta Group gelanceerde term applistructure (samenvoeging van applicatie en infrastructuur) lijkt SAP op het lijf geschreven. Netweaver combineert de functionele systemen met een platform. Het is één geheel, dat meerdere modules bevat, zoals een portaal, bedrijfsintelligentie en ‘enterprise application integration’. Aangezien het geheel onder één licentie valt, is het niet mogelijk om aparte modules te kopen, wel om alleen bepaalde modules uit het product te gebruiken.
Toch spreekt SAP niet van een ‘vendor lock-in’. “Klanten kopen een platform. Voor iedere module is de vraag te stellen of die van SAP beter is dan die van een ander. Het is gebaseerd op open standaarden, dus het is ook goed mogelijk om het te integreren met producten van een andere leverancier. We snappen dat niet de hele wereld alleen maar SAP is”, aldus André Willems, marketing en alliances manager bij SAP.
Koelkast
De opbouw van SAP’s soa-product wordt vergeleken met een koelkast. De onderste laag is de webdienst applicatie server. Openheid speelt bij deze laag een grote rol. “De werelden van SAP, IBM en Microsoft smelten samen. We zijn vorig jaar gezamenlijke ontwikkeltrajecten gestart, waarin integraties worden gebouwd tussen de verschillende platformen op basis van open standaarden. .Net- en Java-ontwikkelaars kunnen op deze manier aan SAP sleutelen en vice versa.”
De volgende laag is een nieuwe wereld voor SAP, namelijk enterprise application integration (eai). Vorig jaar lanceerde het bedrijf hiervoor het product Exchange Infrastructure (Xi). Deze procesintegratielaag heeft alle applicaties onder zich en kent koppelingen met industriestandaarden en niet-SAP-systemen. Vooral voor bestaande klanten is Xi een veilige keuze.
Vervolgens komt de informatie integratielaag. Een belangrijk onderdeel daarvan is bedrijfsintelligentie, door SAP ‘business warehouse’ genoemd. In deze laag zit ook de zogeheten module ‘master data management’. Dit is vooral bedoeld voor grote ondernemingen die het overzicht zijn verloren op hun data. Een klant kan in systeem A een ander klantnummer hebben dan in systeem B. In de ‘master data management’-module zitten scenario’s om dit op te lossen, bijvoorbeeld een synchronisatieslag.
De bovenste laag is de ‘enterprise portal’, het paradepaardje van SAP. Het is de bedoeling dat dit de grafische gebruikersinterface (gui) wordt voor alle toekomstige SAP-producten. “Het is ons doel om nog maar één icoontje bij de eindgebruiker op de desktop te krijgen. Het portaal is een persoonlijke omgeving waarin je alles vindt dat je nodig hebt om je werk te doen.”
Samenwerking
Om dit alles te bewerkstelligen heeft SAP hulp nodig van buitenaf. Het bouwt daarom hard aan een partnernetwerk. Integrated software vendors kunnen eigen producten gaan voeren op basis van SAP’s Netweaver. Ook de samenwerkingen met grote bedrijven als IBM, Microsoft en bepaalde niche-spelers dragen hieraan bij. Dit past ook in de visie van het bedrijf: optimalisatie en integratie. “Niet de hele wereld heeft SAP, maar de hele wereld moet wel met SAP samen kunnen werken.” In het verleden was er sprake van een vervangingsmarkt, nu worden bedrijfsprocessen geïntegreerd op basis van wat bij een bedrijf al aanwezig is. De stap van concurrenten in een vervangingsmarkt naar collega’s in een integratiemarkt is ook nieuw voor SAP.
De wereld gaat volgens Willems toe naar een omgeving met bouwstenen (onder meer composite applications). Systemen worden uit deze bouwstenen samengesteld, of dat nou SAP is of niet. De strategie die SAP daarbij aanhangt is verdere integratie van bedrijfsprocessen in een bedrijf en bedrijfsketen implementeren op basis van SAP. “Integratie is het sleutelwoord.”
Toekomst soa
Alle leveranciers van applicatiesoftware gaan de kant van service oriented architecture op. Kostenbeheersing, flexibiliteit en innovatie zijn de redenen waarom webdiensten als concept bestaansrecht heeft. Op basis van webdiensten is het mogelijk om snelle en flexibele applicaties samen te stellen.
Wat in de hardwarewereld bekend staat als ‘adaptive computing’, is soa voor de softwarewereld. De gedachte dat de inzet van informatie technologie binnen een bedrijf meebeweegt met de behoefte binnen dat bedrijf. Dit wordt mogelijk door webdiensten. “En SAP gaat daar ook in mee”, aldus Willems.< BR>
