De Amsterdamse effectenbeurs kent sinds 2 januari een hightech-index. De nieuwe Mit-index geeft het koersverloop weer van de aandelenfondsen op gebied van informatietechnologie. Zowel hardware-ondernemingen als software- en dienstverlenende ondernemingen maken er deel van uit.
Initiatiefnemer achter deze nieuwe indicator is de Effectenbank Wesselius. Dit effectenhuis heeft de index ontwikkeld samen met het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Doel is op deze wijze meer belangstelling te wekken voor Nederlandse IT-ondernemingen. Op basis van deze graadmeter voor het Nederlandse IT-bedrijfsleven zullen ook derivaten worden ontwikkeld. Dit zijn financiële waarden die zijn afgeleid van op de Effectenbeurs verhandelde produkten. Voorbeelden zijn opties, warrants en futures.
De Mit staat voor Micro-electronics, Information services en Telecommunication. Het gaat hierbij om een gewogen index, waarbij KPN en Philips voor respectievelijk 40,3 en 31,7 procent het koersverloop bepalen.
KPN en Philips domineren
Omdat deze twee concerns wel heel erg sterk domineren is nog een tweede index zonder KPN en Philips bedacht, de Mits (Mit-Smallcap). Baan Company is bij deze index het grootste fonds met 25,4 procent.
Als basis (=100) voor de Mit zijn de koersen van ultimo 1993 genomen. De eerste index van 2 januari jl. begon daardoor op 191,3 punt. De Mits ving aan op 304,3 punt. Vergelijking van beide indices leert dat de kleinere fondsen de afgelopen drie jaar sterker zijn gestegen dan de grote fondsen.
In de index worden alleen fondsen meegenomen die een officiële notering op de Amsterdamse effectenbeurs hebben. ASM International zit er dus nog niet bij. De index wordt vooralsnog dagelijks berekend. Maar in principe is het ook mogelijk dat meerdere keren per dag te doen. Behalve de eerdergenoemde fondsen doen ook mee: ASM Lithography, Besi, De Drie Electronics, Cap Gemini, CMG, Getronics, LCI, Management Share, Multihouse, Neways, Océ van der Grinten, Ordina, Rood Testhouse, Simac en Tulip.