Infrastructuur-aanbieder PSInet heeft op 1 juni in de Verenigde Staten en Canada uitstel van betaling aangevraagd. Dit heeft echter geen invloed op de werkmaatschappijen in Europa, benadrukt de Nederlandse directeur Ron Happel. Hij beweert zelfs dat PSInet Europa begin 2002 winstgevend zal zijn.
Wat is de feitelijke situatie?
PSInet heeft in de Verenigde Staten een beroep gedaan op Chapter 11 van de US Bankruptcy Code en in Canada op een soortgelijke regeling. Dit is een milde vorm van surseance die we in Nederland niet kennen: het zittende management staat niet onder curatele. Het krijgt ruim de tijd om een reorganisatie door te voeren, terwijl de activiteiten gewoon kunnen doorlopen. De werkmaatschappijen in Europa, Latijns-Amerika en Azië zijn hierbij echter niet betrokken omdat het aparte juridische entiteiten zijn.
PSInet kraakt bijna onder de zware schuldenlast van rond de drie miljard dollar. Hoe is dit toch zover gekomen?
In 1999 is om de ambitieuze groeiplannen te realiseren heel veel vreemd vermogen aangetrokken in de vorm van obligatie- en bankleningen. Die werden toen grif gegeven. De bedoeling was om daarna voldoende eigen vermogen aan te trekken. Maar door het negatieve marktsentiment dat in 2000 ontstond, is de kapitaalmarkt zich anders gaan gedragen, bleef PSInet met de schulden zitten en moet er veel rente worden betaald. PSInet is eigenlijk overgefinancierd door vreemd vermogen. De situatie is vergelijkbaar met die van bijvoorbeeld KPN.
De kritiek achteraf luidde dat de in april weggestuurde oprichter William Schrader te veel heeft geïnvesteerd in de uitbreiding van de dienstverlening, onder meer door de overname van het bedrijf Metamor. Bent u het hier mee eens?
PSInet bestaat al dertien jaar en bood reeds infrastructuurdiensten aan. Het is een valide strategie om dit dienstenpakket te willen uitbreiden en meer voor je klanten te kunnen betekenen. Die hebben daar behoefte aan. Ik was erg blij met de aankoop van Metamor. Alle problemen die zijn ontstaan zijn terug te voeren op het financieringsvraagstuk.
PSInet heeft in Europa de beschikking over een eigen glasvezelnetwerk, vijf webhosting-centers en 770 medewerkers. Hoe loopt het?
In Europa zijn we in tien landen actief. Onze omzet is gegroeid van negentig miljoen dollar in 1999 naar 196 miljoen in 2000. Wij hebben in Europa een goede reputatie en een trouwe klantenbasis. Er is niemand weggelopen. Hoewel we vanwege de strenge Amerikaanse beursregels niet met de pers mochten praten, hebben we natuurlijk wel onze klanten ingelicht over de stand van zaken en hun bezorgdheid weggenomen. Wij zijn financieel onafhankelijk van PSInet in de VS en hebben niets van doen met de schuldeisers daar.
Het voordeel in Europa is dat wij geen externe schulden hebben, doordat we geen beroep hoefden te doen op de kapitaalmarkt. Alle investeringen zijn reeds gepleegd vanuit de Verenigde Staten. PSInet Europa heeft op dit moment een positieve kasstroom: er komt meer geld binnen dan er uit gaat. Onze volgende stap is om winst te maken. Dat willen we begin volgend jaar realiseren.
Hoe moet die winstgevendheid worden bereikt?
Ondanks het negatieve marktsentiment bestaat er bij bedrijven nog steeds de behoefte om internet te gebruiken en het beheer ervan uit te besteden. Ik verwacht zelfs dat organisaties vanuit kostenoverwegingen juist vaker internet-gerelateerde applicaties uit handen zullen geven. Bovendien starten we dit jaar met telehousing. Hierbij stellen we klanten grote goed geoutilleerde bedrijfsruimtes ter beschikking die ze volledig zelf inrichten, bijvoorbeeld voor het draaien van backups. We richten ons op systeemintegrators, internetaanbieders en telecommunicatiebedrijven.
Tot nu toe bood PSInet managed hosting aan, waarbij we de gehele internetomgeving van klanten overnemen, en colocation, waarbij klanten apparatuur huren en zelf het beheer regelen.
Het in oktober vorig jaar geopende internet-datacenter in Amsterdam is 10.000 m2 groot. Is het al gevuld?
Op dit moment is de benedenvloer voor de helft gevuld: dat is ruim 20 procent van de capaciteit. Ons datacenter wordt overigens ook gebruikt door klanten uit België, Duitsland, Frankrijk en zelfs Engeland, waar ook een groot datacenter staat. Sommige Amerikaanse PSInet-vestigingen draaien zelfs bij ons hun backup.