Intel komt naar verluidt in december al met zijn 32-bit processorreeks Willamette, die een kloksnelheid van 1100 MHz moet halen. Het vervroegen van de lanceringsdatum met maar liefst negen maanden is een reactie op de MHz-voorsprong die concurrent AMD momenteel heeft met zijn Athlon-processor (K7).
Volgens berichten in Amerikaanse media zou Intel Willamette in december al aankondigen, om de processor twee maanden later in PC’s te hebben. Die tussenperiode moet dienen om computerfabrikanten de tijd te geven hun voorraad systemen met Coppermine-processoren weg te werken. De Coppermine wordt volgende week officieel onthuld, maar gebruikt dezelfde P6-kern die in de Pentium Pro-chip al zijn debuut maakte.
Willamette maakt gebruik van een nieuwe processorkern, maar stond oorspronkelijk pas op stapel voor het derde kwartaal van volgend jaar. De chip moet geproduceerd worden op basis van 0,18 micron-technologie, die Intel al bijna een half jaar gebruikt voor zijn processoren voor mobiele computers.
Verder staat de chipreus ook klaar om op 25 oktober zijn 840-chipset te lanceren. Dit is een zware twee-processor uitvoering van de geflopte 820-chipset (Camino). Het bijbehorende moederbord, codenaam Outrigger, ondersteunt maar liefst vier banken met Rambus-geheugen op snelheden van 600 of 800 MHz. Elke bank kan een geheugenmodule met een maximum-capaciteit van 512 MB bevatten. Die ‘grootte’ is nu echter nog niet verkrijgbaar.