Bedrijven die door Indiase programmeurs het millennium-probleem uit hun software laten verwijderen, zijn tot 30 procent goedkoper uit dan in Europa. Ze moeten dan wel snel zijn: binnen een paar maanden zullen softwarebedrijven wellicht een stop op millennium-projecten bij nieuwe klanten zetten.
Dat valt op te maken uit de woorden van drs Frans Le Fèvre, directeur van de millennium- en euro-operaties van Philipsdochter Origin. "Wij zijn voorzichtig geworden met het aannemen van nieuwe klanten. In een aantal landen valt wellicht half juni al te verwachten dat de verkoop van projecten aan nieuwe klanten wordt gestaakt. De kans is groot dat Nederland daar ook bij is. En ik houd er rekening mee dat naast Origin ook andere softwarebedrijven zo gaan denken."
Origin is begin dit jaar in Mumbai (Bombay) van start gegaan met een Business Continuity Center, bedoeld om de problemen rond de euro en het Jaar 2000 aan te pakken. Le Fèvre karakteriseert ze beiden als ‘op zich weinig opwindende’ problemen van management en van interne en externe hulpbronnen. Hij waarschuwt ervoor de projecten niet met elkaar te vermengen. "Je hebt er weliswaar dezelfde applicaties bij nodig, maar bij het millennium gaat het om het opwaarderen van bestaande software en bij de euro toch veel meer om re-engineering van de programmatuur." In volume gemeten zou de euro wel eens een omvangrijker operatie kunnen worden dan die van het Jaar 2000, denkt hij.
Onderhoud
Origin tracht de klanten tegemoet te komen door de millennium-inspanningen onder te brengen in een onderhoudscontract met een looptijd van een aantal jaren. "Ze kunnen zo de kosten over een aantal jaren uitsmeren. Ons voordeel is dat we onze klanten voor een langere periode aan ons binden", aldus Le Fèvre. Origin is overigens heel selectief in het binnenhalen van nieuwe opdrachten. "We voelen ons verplicht eerst de bestaande klanten te bedienen. En nieuwe opdrachten zoeken we het liefst onder ondernemingen die op wereldschaal actief zijn."
Le Fèvre weet dat India thans 20 procent van het update-werk aan de software (millennium) voor zijn rekening neemt. Een percentage dat nog tot 40 procent kan stijgen. "Maar we zijn al bijna zo ver dat we geen onderzoeken meer aanpakken naar de omvang van het probleem. Ook de updates zullen in aantal afnemen. Het testen van de aangepaste programmatuur zal de komende tijd een steeds groter deel van ons werk worden." Testen neemt ongeveer 40 procent van de inspanningen die gemoeid zijn met het millennium-probleem, voor zijn rekening. Daar zit volgens Le Fèvre de echte schaarste. "Het is werk met een lage reputatie; goede testers zijn dan ook moeilijk te vinden."
Origin is trots op het hoge technische niveau van de onderneming in Mumbai. De kwaliteit van het programmeerwerk bij Origin India wordt regelmatig beoordeeld volgens de CMM-methode (het capability maturity model). "We zitten nu al op niveau drie, en de kwalificatie voor het vierde niveau ligt binnen handbereik", aldus Uday Gharpure, managing director van Origin India.
Schroom
Ondanks de hoge kwaliteit bemerkt Le Fèvre een zekere schroom bij ondernemingen om hun millennium-updates in India te laten verrichten. Veiligheid is daarbij het meest gehanteerde argument. Industriële bedrijven zijn het meest bevreesd voor de ‘recepten’ van hun producten; banken en andere financiële instellingen voor de integriteit en veiligheid van hun kernsystemen. "Desondanks doen we bij Origin India werk voor alle Nederlandse banken", aldus Le Fèvre.
Millennium-projecten zijn in India 10 tot 30 procent goedkoper uit te voeren dan in Europa, zegt Le Fèvre. Door ’transparante offertes’ aan te bieden en de financiële voordelen zichtbaar te maken, tracht Origin de klanten over de streep richting India te trekken. "India is van alle vestigingen mijn beste software-fabriek. De uurkosten voor hooggeschoold personeel in Mumbai liggen lager dan bij ons, maar de kosten gemoeid met communicatie en projectmanagement knabbelen van dat voordeel weer het een en ander af."
Directeur Gharpure schetst de programmeurs in India een mooie toekomst. "We kunnen hier veel betere carrièremogelijkheden bieden en de koopkracht van de dollarlonen in India is veel groter, hoewel ze in absolute zin lager zijn dan in de VS", aldus de directeur van Origin India. De vraag waarom de programmeurs dan toch vaak naar Amerika gaan beantwoordt hij lacherig met "Soms willen mensen gewoon heel hard met een BMW door de Nevada-woestijn scheuren."