Woordenboek

Zeer grote computers, meestal van IBM, gekenmerkt door optimalisatie van I/O-operaties en betrouwbaarheid, waar honderden tot duizenden gebruikers gelijktijdig op kunnen werken.

Verzamelnaam voor kwaadaardige en/of schadelijke software (samenvoeging van malicious software).

Het overhevelen van enkele bedrijfsprocessen naar een externe partij met als doel hogere efficiëntie of lagere kosten.

Webpagina of -applicatie waar gegevens uit meerdere bronnen gecombineerd en gezamenlijk gepresenteerd worden.

Set procedures voor het definiëren en onderhouden van master data (uniform gedefinieerde en gepresenteerde referentiedata die op consistente wijze gedeeld wordt door diverse applicaties).

Gegevens die de karakteristieken van bepaalde andere gegevens beschrijven.

Laag software die zich bevindt tussen de toepassingslaag en de communicatie- en besturingssoftware.

Technische voorziening om de weinig wendbare, verkokerde backoffice-afdelingen en -systemen van gemeenten te kunnen koppelen aan een moderne, geintegreerde frontoffice waarin de burger centraal staat.

Het gebruik van mobiele computer apparatuur voor het uitvoeren van werk gerelateerde taken via draadloze netwerken.

Het gebruikmaken van meerdere leveranciers bij het inhuren en/of uitbesteden (outsourcen) van automatiseringstaken en ict-diensten.

Vorm van ondernemen volgens de de triple-P-benadering, waarbij economisch rendement (profit) gecombineerd wordt met een sociaal personeelsbeleid (people) en een verantwoord milieubeleid (planet) vanuit een maatschappelijke betrokkenheid en een toekomstgerichte visie.

Open source relationeel databasemanagementsysteem, dat gebruik maakt van SQL.