Dacht u dat een rekenmachine voor op school alleen maar moet optellen, aftrekken, vermenigvuldigen, delen en een beetje sinus- en cosinus-berekeningen moet doen? Voor het eindexamen middelbare school is tegenwoordig een grafisch rekenwonder van meer dan 100 euro nodig waar menig ingenieur jaloers op zal zijn. Vooral Texas Instruments spint er garen bij. De Tweede Kamer vraagt zich af of dit allemaal wel nodig is.
De verplichte aanschaf van rekenmachines in het onderwijs staat ter discussie. Er gaat bijna geen jaar voorbij of hier worden hogere eisen aan gesteld.
Gevolg is dat leerlingen uit gezinnen met meerdere kinderen het rekentuig niet langer kunnen doorgeven aan jongere broertjes of zusjes. Ouders zijn verplicht nieuwe dure machientjes te kopen als de oude modellen niet meer voor de examens worden toegestaan.
De vraag dringt zich op of die snelle vervanging noodzakelijk is en de fabrikanten niet teveel in kaart speelt. Vooral marktleider Texas Instruments heeft er een handje van telkens weer nieuwe functies toe te voegen. In de dagelijkse praktijk worden die features zelden gebruikt.
Een Tweede Kamer-meerderheid van VVD, D66, CDA, SP en GroenLinks vindt dat minister Arie Slob (basis- en voortgezet onderwijs) hier kritisch naar moet kijken. Ze verzoeken de bewindsman deze kwestie mee te nemen in de evaluatie van de wet Gratis schoolboeken.
Brief
Aanleiding tot de kwestie is een brief van een ouder. Arjen van Gijssel beschrijft daarin hoe ouders worden gedwongen steeds weer de portemonnee te trekken. Texas Instruments weet steeds weer gedaan te krijgen dat de landelijke onderwijscommissies de oude modellen niet meer toestaan. Deze lobby richt zich ook op de lesboekenmakers. Ze worden overgehaald de nieuwe apparaten in hun lesmethoden te integreren.
Volgens Van Gijssel heeft Texas Instruments 80 procent van de wereldmarkt in handen. Zijn winstmarge zou liefst 50 procent bedragen. En dat terwijl slechts 40 procent van wat zo’n apparaat kan werkelijk wordt gebruikt. In de basis zijn de apparaatjes nagenoeg identiek. De extra functionaliteiten van ieder nieuw model zouden overbodig zijn, zo stelt Van Gijssel die zich gesteund weet door een wiskundeleraar.
De onderwijsambtenaren van de examencommissie CvTE schrijven de scholen de nieuwste modellen voor. De wiskundedocenten moeten het beleid van de school uitvoeren. Per kind komt dat al gauw op 110 euro te staan. Van Gijssel noemt ieder nieuw model ‘complete humbug’. Aan minister Slob de taak te oordelen of hier sprake is van geldklopperij.
