De computer heeft zijn ergerlijke kanten. Op de meest ongelegen momenten weigert hij dienst. Waarom krijgen we nieuwe software terwijl ik net goed uit de voeten kan met de oude? Moet ik nu weer op cursus? Ik krijg dat bestand niet geopend! Waarom heb ik daar de bevoegdheid niet voor?De belofte dat het beter wordt, wordt maar niet ingelost. Gelukkig straft kwaad zichzelf en gaat er op computergebied van alles mis. Producten mislukken, zieners hebben het mis, captains of industry krijgen taarten in het gezicht.
De grootste flops van de laatste 25 jaar.
Flop 1. MS-Dos
In 1980 ontwikkelde de markt voor ‘microcomputers’ zich explosief. IBM, op dat moment al decennia actief in computers, had zich tot dan toe bewust afzijdig gehouden. Nu bleek dat er miljoenen te verdienen waren, moest er snel een IBM-microcomputer komen. ‘Big Blue’ had geen tijd om ontwikkelingswerk te doen en ging voor de meeste onderdelen de markt op. Ook voor een besturingssysteem. De auteur van het op dat moment populaire CP/M, Gary Kildall, gaf niet thuis. IBM vroeg Bill Gates of hij een besturingssysteem in de aanbieding had. Ja hoor, loog Gates, en kocht van iemand anders voor een habbekrats een besturingssysteem genaamd QDos: Quick and Dirty Operating System. De grootste flop van Dos (Disk Operating System) is zijn succes: in alle opvolgers, tot en met Windows 98, moesten Dos-programma’s bruikbaar blijven. Mede daardoor zijn alle versies van Windows nodeloos ingewikkeld en instabiel.
Flop 2. Videowriter
Bij Philips had iemand rond 1985 een briljant idee: de meest gebruikte toepassing is de tekstverwerker, dus we maken een computer die alleen kan tekstverwerken. De Videowriter was geboren. Met ingebouw beeldscherm en printer. Maar niemand wenste zo’n uitgeklede pc. Bovendien bleek dat gewone computers niet overweg konden met de Videowriter-diskettes. Einde. Het is meestal een slecht idee iets moderns een ouderwetse vorm te geven. Een recent voorbeeld is Web tv: Internet via het televisietoestel. Veel makkelijker inderdaad, maar teveel een compromis om interessant te zijn.
Flop 3. Virussen
De eerste virussen doken op medio jaren tachtig. De programmaatjes zorgen ervoor dat bonafide programma’s hun werk niet meer goed of helemaal niet meer kunnen doen. Er bestaat inmiddels een heel scale aan destructieve software. Schijven kunnen besmet zijn, programma’s, documenten, Internetpagina’s� Computergebruikers besteden onmetelijke hoeveelheden tijd en geld om zich tegen virusgevaar te beschermen, of om schade te herstellen. Zonde.
Flop 4. Computerexpert
Bestaat in vele ondersoorten. Alleen de mannelijke vorm is bekend; wijfjes zijn nog nooit waargenomen. De voortplanting is een mysterie. De Computerexpert kan gedijen door het minderwaardigheidscomplex van gewone pc-slaven. Weet niet zoveel als hij voorgeeft, maar meer dan u. De roep verschilt per ondersoort. De afdeling automatisering als u een probleem meldt: "Dat kan niet." Als u hulp nodig hebt: "We proberen vandaag te komen." De verkoper: "Deze is wat goedkoper, maar eigenlijk al verouderd." De overbuurman: "Als je de IRQ handmatig instelt, twee jumpertjes op het moederbord verzet, en het IPX/SPX protocol vervangt door NetBEUI, gaat-ie weer als een tierelier." Het handige jongetje: "Laat mij eens even." De goeroe: "Alles wordt digitaal."
De Computerexpert komt voor in iedere habitat behalve in de politiek.
Flop 5. Microsoft
Beheerst de markt voor besturingssystemen en die voor kantoorsoftware, maar het is nooit genoeg. Op jacht naar de dominantie op Internet maakt Microsoft veel kapot. Het initiatief in 1995 voor een alternatief Internet, het Microsoft Network (MSN) mislukte gelukkig nog. Sindsdien probeert Microsoft binnen Internet verdeeldheid te zaaien. Standaarden als HTML (de opmaaktaal waarin webpagina’s worden ontworpen) en Java (taal om webpagina’s eigen programmaatjes mee te geven) worden door Microsoft eerst omarmd en dan veranderd. Weg standaard. Gevolg is dat niet elke webpagina goed te bekijken is met elke browser. De leidt tot veel frustratie bij makers en bekijkers van websites.
Flop 6. Channels
Het World Wide Web hangt van modegrillen aan elkaar. De voorlaatste was push, oftewel channels: het automatisch binnenhalen van een site of een gedeelte daarvan, meestal met een krant-achtig karakter. Het leek of het nieuws naar je toe werd geduwd, vandaar ‘push’. Er waren verschillende bronnen, de ‘channels’. Het werkte slecht, het kostte veel tijd bij het downloaden, en het meeste las je niet.
Dit fenomeen heeft zijn stempel gedrukt op een complete generatie browsers (versies 4 van Netscape en Internet Explorer) én op Windows 98. Wie najaar 1998 of later een pc heeft gekocht en niet weet hoe hij de ‘kanalenkiezer’ moet verwijderen, ziet elke dag dit symbool van de vergankelijkheid der digitale dingen.
De jongste rage heet portals – veel bedrijven maken in hun streven naar klantenbinding van hun site een soort faciliteitencentrum waar bezoekers post, nieuws, winkels en dergelijke kunnen vinden. Dat gaat ook wel weer over.
Flop 7. E-commerce
Soms staat in de krant een succesverhaal over iemand die met een goed idee Internet is opgegaan en daar nu flink aan verdient. Veel talrijker zijn de personen en bedrijven die een site zijn begonnen omdat Maurice de Hond zei dat in cyberspace ‘kansen liggen’.
De eenvoudige waarheid is dat het idee er éérst moet zijn. Dan volgt eventueel de vaststelling dat het geschikt is om op Internet te worden uitgevoerd, en daarna misschien het succes. Wie het woord van een profeet nodig heeft om zich op Internet te wagen, heeft per definitie te weinig kennis van zaken om zich daar te handhaven.
En dan nog: als een goed idee succes heeft, wordt het geïmiteerd, want bescherming van ideeën bestaat niet. En onmiddellijk dalen dan de marges naar bijna nul, omdat de klanten op Internet een goedkopere zaak meteen in de gaten hebben. E-commerce is een contradictie.
Flop 8. Millenniumprobleem
Hoewel de prijs van geheugen in de jaren zeventig een goede reden was om jaartallen in twee cijfers weer te geven, is dit beslist de computerflater van de eeuw. Al in 1983 waren er programmeurs die het probleem voorzagen en er rekening mee hielden. Toch zijn er nog altijd bedrijven en overheden die er niets aan gedaan hebben.
De ellende wordt vergroot doordat niemand precies weet wat er mis kan gaan. Daardoor worden er nu heel wat maatregelen genomen die straks misschien onnodig blijken te zijn geweest. Waar is eigenlijk het spaarbankboekje met het geld dat 25 jaar geleden aan geheugen is uitgespaard?
Flop 9. Computerparadox
Dat is het raadselachtige verschijnsel dat nu al 25 jaar lang geld wordt gepompt in automatisering, zonder dat er een gunstig effect is op winsten of productiviteit. Een deel van de verklaring wordt geleverd door de kosten van automatisering: een estafette van apparatuur, software, cursussen, en reorganisaties plus de kosten van consultants en een complete afdeling voor onderhoud van het computerpark en hulp aan de pc-werkers. Een ander deel van de verklaring is het feit dat voor zover er goedkoper wordt geproduceerd, de concurrentie dat uiteraard ook doet. Zo leidt automatisering tot lagere prijzen en niet tot hogere winstmarges. Het is dan: automatiseren of failliet gaan – als er iemand profiteert is het de klant.
Flop 10. De menselijke computer
Volgens de zieners gaat de computer spreken, luisteren, ons begripvol tegemoet treden ("Je bent van streek. Zal ik je afspraken afzeggen?"), met ons leefpatroon rekening houden ("Twéé slavinken? Op zondag komen de kinderen toch langs?") en meer van die menselijke dingen.
Het is een mallotig idee dat de computer zich niet zou mogen gedragen als een machine. We dossen een auto toch ook niet uit als paard? Een computer moet rekenen, ordenen, opslaan. God verhoede dat de computer datgene gaat doen waar de mens zelf goed in is. Anders gaan na de feitenkennis en het hoofdrekenen ook de sociale vaardigheden voorgoed teloor.