Computerfabrikanten en Intel lopen elkaar voor de voeten om zo snel mogelijk zware servers met de standaard Intel-processoren uit te brengen. Analisten twijfelen echter nog aan de omvang en daarmee lucrativiteit van de markt voor acht-weg Intel-systemen.
De techniek die het mogelijk maakt meerdere processoren met elkaar te verbinden, is van oudsher een ontwerptaak van systeemfabrikanten. Intel houdt zich echter sterk bezig met deze kwestie en laat – in het geval van de Profusion-chipset voor acht-weg servers – de andere fabrikanten wachten. Sommige van die bedrijven komen dus met eigen technologieën op de proppen.
Daarnaast voelen andere serverleveranciers zich niet op hun gemak met Intels massa-benadering (‘one size fits all’), ondanks de recente productdiversificatie van de chipproducent. Dit ongemak duikt op in het geschil tussen Intel en PC-fabrikanten over de toekomstige architectuur voor systeem-I/O (input/output). De computerproducenten zoeken naarstig naar manieren en technieken om zich te onderscheiden van hun concurrenten.
Analisten menen echter dat dit voorlopig voornamelijk vergeefse moeite is. Dataquest-onderzoeker Kim Brown zegt dat het Intel-platform nog niet toe is aan zware datacenter-toepassingen, zoals bedrijfsdatabanken. Deze analist is met name sceptisch over de kwalificaties van Windows NT. "De software loopt enorm achter op de hardware. En dan komt de geschiktheid neer op het besturingssysteem. NT schaalt niet echt ver en waarom zou je een bestands/print-server uitrusten met acht processoren?".