Hunebedden, schaapskooien, ‘Drenthenierende’ fietsers en wandelaars: helemaal van deze tijd is het imago van hun provincie niet, beseffen Drentse bestuurders zelf maar al te goed. Maar hoe buig je dat bij? Het ritselt van de bijzondere plannen en initiatieven, daar niet van. Met moderne technologie hebben die echter niet zoveel van doen. Met uitzondering dan van de bouw van een mega-radiotelescoop. Het Drentse bedrijfsleven wordt erbij betrokken en houdt er als het allemaal meezit een astronomisch snelle ICT-infrastructuur aan over. Welkom in digitaal Drenthe.
Het idee lijkt onuitroeibaar. Oud-commissaris van de koningin ir. A. Oele wierp het balletje al eens op. En nu is het gedeputeerde Joh. Dijks die er weer over begint. "Heel veel te koop staande Drentse boerderijen zijn prima geschikt voor jonge ICT-bedrijven", poneerde hij op een recente forumdiscussie over het belang van, jawel — ICT voor het Noorden. "Totaal niet belastend voor de omgeving en goed voor de werkgelegenheid." Wat de VVD-bestuurder betreft, zou er ook niet moeilijk moeten worden gedaan om een bestemmingsplan te wijzigen voor dit soort bedrijfsvestigingen — ICT op de hei, zeg maar — mogelijk te maken.
Zo voorkom je in elk geval dat het platteland het exclusieve domein wordt van bedaard fietsende pensionado’s uit het Westen. Welkom in digitaal Drenthe, heet een beleidsnota van de provinciale overheid, die daarin overigens slechts belooft het internet-gebruik zoveel mogelijk te zullen stimuleren. Vervelend, en tegelijk niet onbelangrijk, is evenwel dat het in de provincie, buiten de belangrijkste steden dan, ontbreekt aan digitale infrastructuur. Zelfs de gewone RTV-kabel is allerminst gemeengoed. Die houdt doorgaans op aan de dorpsrand. Meestal bij het huis van een gemeenteraadslid, zo gaat althans het verhaal.
Kritische denktank
Een knelpunt van formaat. Niet alleen in Drenthe, maar ook in de andere noordelijke provincies, die bij elkaar toch een derde deel van Nederland beslaan. De hoofdaders, de in glasvezel uitgevoerde backbones zijn weliswaar in orde, ruimschoots voldoende zelfs om een snelle groei van ICT-activiteiten te ondersteunen. Maar daar houdt het mee op. "Er bestaat een ernstig tekort aan fijnmazige aansluitingsmogelijkheden op het hoofdnetwerk", luidt de vernietigende conclusie van de Digitale Denktank Noord-Nederland. De situatie laat zich vergelijken met een snelweg zonder op- en afritten, verduidelijkt dit platform van bedrijven en organisaties die zich actief bezighouden met ICT.
In het net verschenen rapport Noord-Nederland in de informatiemaatschappij halen de samenstellers fors uit naar de rijksoverheid. Door het beleid van liberalisering in de telecommunicatie wordt het Noorden opnieuw economisch op achterstand gezet, vinden ze. Bouwers en exploitanten van ICT-infrastructuur willen hun investeringen snel terugverdienen, en kiezen daarom primair voor dichtbevolkte gebieden en sterke economische centra. Plattelandsgebieden moeten het allemaal maar afwachten. Gevolg: meer dan 70 procent van de bedrijventerreinen in de drie noordelijke provincies is niet ontsloten via breedbandverbindingen. En de meeste bedrijven op dergelijke terreinen, zo heeft de Digitale Denktank bovendien vastgesteld, hebben geen idee of ze in de toekomst op betere aansluitingen kunnen rekenen.
Dringende actie is gewenst, concludeert het platform. Op bedrijventerreinen zou een minimaal niveau van ICT-voorzieningen aanwezig moeten zijn. "Dit haalt de ICT-ontsluiting uit de sfeer van een competitief extraatje, en maakt van digitale infrastructuur een basisvoorziening zoals riolering, straatverlichting en ontsluitingswegen."
Draadloos alternatief
Heldere taal, maar wat gebeurt ermee? De Digitale Denktank heeft het rapport uitgebracht op verzoek van het Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN): het overkoepelende orgaan van de drie noordelijke provincies. Die moeten zo snel mogelijk een ‘ICT-visie’ neerleggen, maar daarnaast ook zelf initiatieven nemen, stelt de Denktank. Dat past in het moderne Europa, waarin steeds meer betekenis (en macht) wordt toegekend aan regio’s.
Ideeën genoeg. De Denktank maakt z’n naam ruimschoots waar door niet minder dan 37aanbevelingen te doen.Lang niet allemaal hebben ze een directe link met de gesignaleerde aansluitingsproblematiek, maar andere des te meer. Zo is er het advies om verder te kijken dan de ondergrondse infrastructuur. "Ook de wireless local loop verdient aandacht."
Een suggestie die met instemming begroet zal worden in het Drentse Ruinen, alwaar gevestigd is het bedrijf BySky. Het biedt internetverbindingen per satelliet aan. Ideaal voor ondernemers in kleine dorpen. De schotel die ervoor nodig is, kan overal geinstalleerd worden, zelfs midden op de hei. Hij is slechts 90 centimeter in doorsnee, problemen met vergunningen zullen zich dus niet gauw voordoen. Zo’n satelliet-verbinding is volgens BySky supersnel en de bandbreedte is bovendien, anders dan bij een kabelaansluiting, gegarandeerd.
Meeliften met telescoop
De Denktank wijst verder op de mogelijkheden van de toekomstige LOFAR-software radiotelescoop. Een bijna overbodige aanbeveling, want de noordelijke provincies hebben eerder dit jaar al besloten dit innovatieve project van het kennisinstituut Astron in Dwingelo met 15 miljoen gulden te steunen. Juist met het oog op de ultramoderne ICT-infrastructuur die in het kader van het project wordt aangelegd. Infrastructuur, en dat is het mooie, die Astron ook toegankelijk wil maken voor het noordelijk dataverkeer. Technologiebedrijven in de regio krijgen bovendien alle kans mee te doen in het ontwikkelingsproces. Een toonbeeld van goede interactie tussen wetenschap en bedrijfsleven dus.
LOFAR (Low Frequency Array), zo stelt Astron zelf, luidt een nieuwe fase in van de radiosterrenkunde. Het wordt mogelijk gevoelige en nauwkeurige waarnemingen te doen in het laagste deel van het radiospectrum, het frequentiegebied van 10 – 250 megaherz. Het gaat om verbeteringen met maar liefst een factor honderd. Nieuwe buitenaardse ontdekkingen zijn daardoor niet ondenkbaar, belooft Astron.
LOFAR bestaat uit een netwerk van een groot aantal zeer breedbandige kleine antennes, zo’n 13.000 in totaal, niet veel groter dan een huis-, tuin- en keukenschotel. De antennes staan verdeeld opgesteld op stations, elk van een paar hectare. De meeste van die stations komen in Noord-Nederland te liggen. Ze verstoren het landschap niet. Door kleur en omvang vallen ze in bijvoorbeeld grasland nauwelijks op.
De stations worden aan elkaar gekoppeld door een geavanceerd glasvezelnetwerk, waar data met een snelheid van 20 terabit (1012 bit) per seconde doorheen razen. De ontwikkeling van dit netwerk en technieken van digitale-gegevensverwerking hebben volgens Astron een uiterst innovatief karakter en zijn van direct belang voor de ICT-sector.
Grensverleggende technologie
Precies het soort grensverleggende technologie dat Drenthe nodig heeft om het oubollige heide/huifkarren/schaapskooi-imago wat bij te kleuren. Te meer omdat smaakmakende projecten die momenteel in de pijplijn zitten, toch eigenlijk weer voortborduren op de beproefde thema’s. Neem het spektakel Gathering Stones. Volgend jaar zomer gaan 700 jongeren uit heel Europa in de buurt van Borger aan de slag om, voor het eerst na 5000 jaar, een hunebed te bouwen. Zonder machines, wel te verstaan. Met dezelfde, uiterst beperkte hulpmiddelen die de oorspronkelijke bouwers van het Trechterbekervolk ter beschikking stonden.
Fun verzekerd. En bovendien een mooi opstapje naar een groots opgezet hunebedmuseum dat in deze omgeving moet verrijzen. In dezelfde sfeer ligt de aanleg van een reeks natuurtransferia: aantrekkelijke parkeerplaatsen her en der in de provincie, vanwaar toeristen met milieuvriendelijk vervoer (een halfopen bus bijvoorbeeld) de natuur ingaan en attracties bezoeken. Rond die parkeerplaatsen kunnen zich recreatieondernemers vestigen. Op die manier worden het attracties op zichzelf, denken de plannenmakers.
HEMA-kwartet
Zelfbewuste Drenten zoals statenlid H. Engels, die erop gebrand zijn ‘het faseverschil met de rest van Nederland’ weg te werken, gruwen ervan. Honderd keer liever blikken ze op de provinciekaart om te constateren dat Drenthe zich met enige inspanning kan ontwikkelen tot een Europees centrum van bedrijvigheid. Een doorvoerplaats voor het goederentransport van en naar Midden- en Oost-Europa. Kwamen onlangs niet delegaties uit het verre Letland en Litouwen om eens terdege rond te kijken in Coevorden? Een oude vestingplaats, maar tegelijk een knooppunt van transport over de weg en per spoor in oostelijke richting.
Coevorden, het maakt niet eens deel uit van wat in bestuurlijke kringen graag wordt aangeduid als HEMA, het kwartet van Drentse steden: Hoogeveen, Emmen, Meppel en Assen. Vooral de eerste twee verwachten booming business als straks, in 2005, eindelijk de vierbaans-snelweg A37 helemaal gereed is. Doorgetrokken tot aan de Duitse grens, waar hij aansluit op een nieuw stuk Autobahn in Duitsland dat mede-gefinancierd is door onze drie noordelijke provincies en het regionale bedrijfsleven. Grensoverschrijdend investeren heet dat. Niet zo gebruikelijk, maar het resultaat is wel dat Drenthe over een paar jaar een eigen, snelle en filevrije verbinding heeft met Duitsland, Scandinavië, Polen, de Baltische staten en ga zo maar door.
Callcenter-city
Een enorme impuls, vooral voor de zuidoost-flank van de provincie.
In Emmen wordt al nagedacht over een promotiecampagne waarin naast alle andere vestigingsvoordelen de sterk verbeterde bereikbaarheid via de A37 prominent onder de aandacht wordt gebracht. De grootste industriekern van het Noorden voelt zich ernstig ondergewaardeerd in het Westen. Een enquête van de Commerciële Club Emmen onder Randstedelijke ondernemers wees nog niet zo lang geleden uit dat de stad nauwelijks bekendheid geniet. Alleen het Noorderdierenpark en het vele groen zit de zakenwereld enigszins tussen de oren.
Positieve uitzondering vormen de callcenters. Vijf telt de stad er inmiddels, samen goed voor honderden arbeidsplaatsen, en daar zal het zeker niet bij blijven, verwacht het gemeentebestuur. Zeker nu Emmen, als laatste grotere stad in het Noorden, sinds kort is aangesloten op de CityRing, een digitaal netwerk voor bedrijfszekere dataverbindingen dat 24 uur per dag beheerd en bewaakt wordt.
Na Groningen ontwikkelt Emmen zich op die manier als tweede callcenter-city in Noord-Nederland. Beide steden ontlenen hun aantrekkingskracht aan hetzelfde pluspunt: de gunstige arbeidsmarkt. Anders dan in de Randstad, lukt het callcenters hier nog redelijk gemakkelijk om personeel aan te trekken. In Emmen zorgt een speciaal voor dat doel in het leven geroepen Callcenter Platform ervoor dat de snel groeiende bedrijfstak op alle fronten aan haar trekken komt.
In dat zelfde Emmen bevindt zich trouwens ook de meest succesvolle webshop uit het Noorden. Meest verkochte product van http://www.lusttoys.nl is Black Tarzan, een hi-tech roterende vibrator waarvan we de verdere details maar even voor ons houden. Alles wat de erotische fantasie kan prikkelen, is op de site te bestellen. Initiatiefnemer E. de Vries had aanvankelijk vooral zijn eigen provinciegenoten op het oog met deze service. Voor hen is de drempel om een echte seksshop binnen te gaan nog altijd zeer hoog, wist hij. Echter, vanuit Emmen gaan inmiddels de opblaaspoppen, SM-zwepen en ‘genotstaven’ de hele wereld over. Dat had zelfs de Digitale Denktank niet kunnen verzinnen.
Surf wijzer
http://www.drenthe-net.nl
http://www.astron.nl
http://www.bysky.nl
http://www.lusttoys.nl
http://www.a37.nl