Veel ondernemingen hebben het verbruid bij beleggers en financieel journalisten door onduidelijke of te late rapportage van financiële prestaties. Soms moedwillig, meestal door gebrek aan accurate it-systemen, niet zelden met desastreuze gevolgen. Beter gebruik van technologische mogelijkheden kan dat verhelpen, vindt Vincent Harmsen.
Noem Enron en er doemen visioenen op van malverserende managers en creatief boekhoudende accountants. Ook dichter bij huis zijn er legio voorbeelden. Met een tot ongekende diepte ingeklapte beurskoers kreeg Versatel het afgelopen jaar het lid op de neus voor een ondoorzichtige boekhouding. Bij de halfjaarcijfers presenteerde het bedrijf een verlies van 20 miljoen euro. Bij een nadere analyse bleek dat het hier echter niet om het echte verlies ging, maar om het adjusted ebitda-verlies. Het daadwerkelijke verlies bedroeg honderd miljoen. Het telecombedrijf is slechts één voorbeeld van een rijtje ondernemingen dat de laatste tijd onder vuur is komen te liggen vanwege een ondoorzichtige wijze van rapportage van financiële gegevens. De kritiek richt zich dan met name op het later dan aangekondigd bekendmaken van cijfers of het moeten corrigeren van eerder gepubliceerde cijfers en verwachtingen. Denk aan Fortis, ING en Vredesteyn.
Onbehagen slaat onder invloed van spraakmakende affaires om in wantrouwen. In economisch minder florissante tijden is dat iets dat ondernemingen kunnen missen als kiespijn. Door de methode van presenteren van de cijfers kan verhuld worden hoe het daadwerkelijk met het bedrijf gaat. Analisten zijn na enig speurwerk zeker in staat om uit te vinden hoe de vork in de steel zit, maar voor particuliere beleggers wordt dit al een stuk moeilijker. Met alle negatieve gevolgen voor hun beleggingsbeleid. Doordat men zich richtte op de interne informatievoorziening en de externe component hiervan vergat, zag een aanzienlijk aantal beursgenoteerde bedrijven hun beurskoers ondanks goede resultaten onnodig dalen. De afbreukschade gaat bovendien verder. In de financiële media is veel minder vaak expertise voorhanden om financiële communicatie te ‘decoderen’. Dit resulteert niet zelden in feitelijk onjuiste berichtgeving, of dat media met correcties moeten terugkomen op eerdere berichtgeving.
De affaires van de laatste tijd zijn in twee categorieën in te delen: de moedwillige ‘creatieve’ boekhouders en de bedrijven die door een achterhaalde it-infrastructuur niet in staat zijn om tijdig en correct te informeren. In de eerste categorie bevinden zich bedrijven als Global Crossing en Enron. Deze zijn inmiddels definitief afgestrafd door de belegger, met desastreuze gevolgen voor alle betrokkenen. De tweede categorie betreft beursondernemingen die om technische redenen niet in staat blijken te zijn tegemoet te komen aan de dwingende eisen om sneller en vollediger cijfers te produceren. Tot voor enkele jaren geleden konden Nederlandse beursgenoteerde ondernemingen binnen de ruime bepalingen van de beursautoriteit voor een groot deel zelf bepalen wanneer zij met welke informatie naar buiten wensten te komen. Halfjaar- en kwartaalcijfers werden relatief weinig gepubliceerd. Internationalisering en toenemende bewustwording bij institutionele en kleinere beleggers hebben hierin radicaal verandering gebracht. Wie niet in staat is ieder kwartaal zijn prestaties te presenteren en duidelijke verwachtingen te formuleren voor de toekomst, wordt als fonds niet serieus genomen. Dat heeft een enorme druk gelegd op de interne rapportagemethodieken. Zeker bij bedrijven met een geschiedenis van fusies en overnames en de daarmee gepaard gaande versnippering van informatiesystemen (en welke grote onderneming heeft dat niet?).
Vergelijking met erp en crm
Bovenstaande constatering is geen pleidooi om op grote schaal allerlei ict-projecten te starten of automatiseringsgereedschappen uit de kast te trekken. Integendeel. Voorspellingen en winststuring zijn nieuwe uitdagingen die mogelijk worden gemaakt met behulp van geavanceerde it-toepassingen. Dat dit onvoldoende gebeurt, is het topmanagement aan te wrijven. Want veelal bezitten zij reeds de gereedschappen. Bij een goed gebruik hiervan kan, zonder veel meerkosten, aanzienlijk meer daadwerkelijke informatie worden gegenereerd uit de bestaande data. In zoverre is deze situatie vergelijkbaar met de positie van erp- en crm-toepassingen in dezelfde bedrijven. Ook hier wordt in veel gevallen bij lange na niet het beoogde rendement uit de investeringen gehaald omdat men zich beperkt tot beschrijvende procesondersteunende omgevingen. Werkelijke waarde wordt pas gerealiseerd door toevoeging van analysesoftwaresystemen die alle voorhanden data omzetten in business-informatie.
Informatieomgevingen van bedrijven worden vaak grafisch voorgesteld als een informatiepiramide In de onderste laag bevindt zich de infrastructuur, de systemen die de basis vormen van de automatiseringsprocessen in een organisatie. Boven op die laag zijn erp- en crm-pakketten terug te vinden waarin data over de back-office of over de klantenkant wordt verzameld. De laag daarboven (analytische systemen) is bij veel bedrijven minder goed ingevuld. Met als gevolg onvoldoende zicht op de financiële situatie in de nabije en minder nabije toekomst. Een belangrijke trend die hierin kan worden gesignaleerd, is de behoefte aan standaardisering. Zoals de infrastructuren en systemen vaak draaien op bekende systemen als Microsoft en Oracle, zo draaien de transactieverwerkende systemen op SAP, Baan of andere. De volgende logische stap is naar de informatielaag waar de diverse databronnen kunnen worden gekoppeld en verrijkt ten behoeve van alle facetten van de bedrijfsvoering. Ook hier is standaardisatie meer en meer waar te nemen, waarmee het mogelijk wordt uit diverse (standaard-) bronsystemen informatie te halen en toegankelijk te maken voor beslissers.
Standaard waarderingsmethoden
Al sinds enige tijd maken International Accounting Standards (IAS) en het uit de VS overgewaaide gaap (general accepted accounting principles) een stormachtige opmars door in Nederland. deze krijgen gezelschap van ‘eva'(economic value added). De affaire Versatel maakte duidelijk dat de termen winst en omzet multi-interpretabel zijn. Winsten staan immers niet per definitie garant voor waardecreatie. eva is een prestatiemaatstaf waarmee ondernemingen hun waardecreatie kunnen volgen en inzichtelijk maken. Er zijn duidelijke signalen dat een meer uniforme waarderings- en rapportagemethodiek in opmars is. Ruim 60 procent van de Nederlandse fundamenteel analisten maakt reeds gebruik van de eva-analyse om de werkelijke waarde van beursgenoteerde bedrijven vast te kunnen stellen, zo blijkt uit een inventarisatie die Hyperion onlangs heeft uitgevoerd. Amerikaanse analisten maken zelfs in bijna 80 procent van de gevallen gebruik van eva-analyses. Het blijkt dat zij de eva-analyses inzetten naast de standaardwaarderingsmethoden zoals de beoordeling van omzet- en winstcijfers. eva en andere modellen zijn reeds vertaald in ict-gereedschap, dat onmiddellijk kan worden geïmplementeerd en direct kan bijdragen aan een verheldering van de situatie. Standaardisering in technologie maakt ook standaardisering in rapportage mogelijk. En omgekeerd. Analyse van bovenstaande problematiek leert dan ook dat de oplossing voor een substantieel deel schuilt in informatie- en communicatietechnologie. Dat is niet alleen een hoopvolle constatering voor de betreffende ondernemingen, maar ook voor de ict-branche zelf. De laatste tijd is deze overspoeld met kritische rapporten waarin de vloer wordt aangeveegd met de stelling dat ict bijdraagt aan efficiencyverbetering en kostenbesparing. Het tegendeel lijkt eerder waar te zijn, volgens sommigen. De validiteit van deze onderzoeken en de rechtvaardigheid van de teneur van berichtgeving zijn wellicht discutabel, maar de schade aan de sector is zeer reëel. En ziet, hier ligt een maatschappelijk en zakelijk zeer relevant thema.
Ict-dienstverleners doen er goed aan om hun preoccupatie met zaken als virtuele kantoren en frontoffice-integratie op een lager pitje te zetten en zich te concentreren op de minder ‘spannende’ maar veel noodzakelijker operaties als het stroomlijnen van financiële structuren binnen complexe organisaties. De resultaten hiervan zijn direct zichtbaar, de kosten overzichtelijk en al met al kan de branche wederom duidelijk haar waarde illustreren. Vergeet de hypes, concentreer op de daadwerkelijke behoeften en problemen van de klant en los deze op. Daar is niet alleen de opdrachtgever bij gebaat, maar ook de ict-sector zelf.
Vincent Harmsen directeur Hyperion Solutions Nederland