De Schotten krijgen na bijna driehonderd jaar weer een eigen parlement. Er wordt druk vergaderd over de vraag hoe moderne technologie kan worden ingezet om de Schotse parlementariërs dichter bij de bevolking te krijgen. Wordt het de computer of de televisie?
Het Britse parlement mag dan de reputatie hebben de moeder aller parlementen te zijn, zijn leeftijd heeft ook gezorgd voor een ouderwetse stijl. Het opnieuw in te stellen Schotse parlement wil dat corrigeren. Deze volksvertegenwoordiging wil de modernste vergadering van de wereld worden. En de elektronica moet daarbij helpen. Het land van Silicon Glen wil koploper zijn in electronic democracy.
Eind vorig jaar stemde Schotland in een referendum met grote meerderheid voor herinstelling van het Schotse parlement. In 1707 werd dit orgaan bij the Union of the Parliaments verenigd met het Engelse. Maar de Schotten hadden het gevoel dat ze bij Engeland waren ingelijfd. Het feit dat het parlement van het Verenigd Koninkrijk in de zaal van het oude Engelse parlement vergaderde, bevestigde dit. Vooral in de afgelopen decennia zorgde dit voor een opleving van het Schotse nationalisme, dat nu dan een eigen parlement heeft opgeleverd.
Eén van de dingen die nu in Schotland worden benadrukt, is dat het parlement open en toegankelijk moet zijn, in tegenstelling tot de geslotenheid van Westminster. Toepassing van computertechniek moet ervoor zorgen dat iedereen kennis kan nemen van wat er gebeurt. "Het is het parlement van de gepensioneerde. Het is het parlement van het gehandicapte kind. Het is het parlement van de zakenman", sprak George Robertson, die in 1995 Labour-schaduwminister van Schotland was.
Toepassing van elektronica in het parlement heeft al geleid tot allerlei luchtfietserij. Zo zouden er openbare stemmachines moeten komen in kroegen, supermarkten en bibliotheken dwars door het hele land. Ook videoconferenties met parlementsleden behoorden tot de ideeën. Om de wilde gedachten wat te stroomlijnen, stelde het Schotse ministerie een bezinningsgroep in van veertien leden uit de industriële, academische en ambtelijke wereld.
De conclusies van de groep waren dat het "Schotse parlement vanaf het begin een unieke gelegenheid heeft om voorop te lopen in de informatie- en communicatietechnologie" en dat het parlement "zo toegankelijk als mogelijk" moet zijn. Erg veel concreets leverde dit dus nog niet op.
Het Advisory Committee on Telematics for the Scottish Parliament kwam met meer omlijnde voorstellen. Het eerste is het opzetten van een moderne parlementaire website. Deze moet het belangrijkste scharnier worden in de communicatie met het publiek. Verder denkt men aan het instellen van een digitaal tv-kanaal waarmee direct met parlementsleden kan worden gecommuniceerd. Dit kanaal moet dan ook faciliteiten hebben om gemakkelijk de mening van de bevolking te kunnen peilen zonder een elektronische elite te creëren.
Basis
Robert Beattie, voorzitter van het adviescomité, wil eenvoudig beginnen en probeert zo weinig mogelijk luchtkastelen te bouwen. "In de eerste fase introduceren we gewoon de standaard-toepassingen. Parlementsleden hebben een laptop en hun medewerkers een gewone PC. Die apparatuur wordt uitgerust met een normale tekstverwerker en spreadsheet. Daarmee zetten we een netwerk op binnen het parlement zelf."
Als deze basis er eenmaal is, wil Beattie pas een stapje verder gaan. Hij ziet kans om enorm op reiskosten te besparen. "Een parlementslid uit Stornoway op de Westelijke Eilanden kan een video-opname met zijn bijdrage naar Edinburgh sturen. Eigenlijk hebben we helemaal geen parlementsgebouw nodig. Dat gebouw komt er natuurlijk wel, maar nu dingen als elektronisch stemmen betrekkelijk veilig zijn, zijn we een enorme stap vooruit. De elektronische uitstraling van het parlementaire proces die je vandaag ziet, was vijf jaar geleden nog niet mogelijk."
Beattie ziet het grote voordeel van de elektronica in de politieke participatie van het publiek. "Als je naar het democratische proces kijkt, zie je dat de stem van het publiek steeds zwakker en zwakker wordt. De mensen denken dat ze toch niets kunnen veranderen. Met elektronica kunnen we veel scherper bepalen wat het publiek denkt. Op deze manier kunnen we ook veel makkelijker een publiek debat opzetten en het levert altijd iets op. Met videoconferenties, elektronisch stemmen en tv-debatten kan het Schotse parlement een enorme bijdrage leveren aan de elektronische democratie."
Koploper
Dick McFarlane, één van de leden van het adviescomité, vindt dat het parlement zijn uitgangspunt niet moet nemen in de mogelijkheden van computers, maar in die van het publiek. Dat betekent dat hij meer heil ziet in het gebruiken van tv-techniek dan van computers. "Laten we eerlijk zijn, het is nog steeds een beperkt deel van het publiek dat toegang heeft tot een computer. Terwijl het voor een parlement dat zijn publieke acceptatie wil vergroten, zo belangrijk is niemand achter te stellen."
McFarlane is ervan overtuigd dat het Schotse parlement een wereldwijde voorbeeldfunctie kan krijgen. "Wij gebruiken ervaringen die over de hele wereld zijn opgedaan. Er is geen twijfel over dat wij koploper kunnen zijn."
Evert van Vlastuin, freelance medewerker