Er moet een wet komen die verplicht dat verkeersgegevens van telefonie en internet één jaar worden bewaard. Dat stellen onderzoekers van de Rotterdamse Erasmus Universiteit in hun rapport 'Wie bewaart heeft wat'.
Minister Donner van Justitie bood het rapport deze week aan de Tweede Kamer aan. Bij het bewaren van die gegevens gaat het om informatie over wie contact heeft gehad met wie, wanneer dit plaatsvond en hoe lang het contact duurde. Het gaat daarbij uitdrukkelijk niet om de inhoud van het contact. Door het bewaren van deze gegevens moet het voor opsporingsambtenaren makkelijker en efficiënter worden om bewijsmateriaal te verzamelen en criminele netwerken in kaart te brengen.
Door de historische verkeersgegevens te betrekken in een opsporingsonderzoek kan in kaart worden gebracht met wie een verdachte contact heeft gezocht voorafgaand en na het delict. De onderzoekers pleiten voor een wettelijke bewaarplicht van één jaar, omdat het voorkomt dat er gedurende een onderzoek nieuwe verdachten in beeld komen waarvan de verkeersgegevens opgevraagd moeten kunnen worden. Met name in grote onderzoeken, bij zware delicten en in onderzoeken met een internationaal karakter blijkt de reguliere termijn van drie maanden onvoldoende.
