De overname van Cordys in 2013 was een technologiegedreven aankoop en niet zozeer bedoeld om marktaandeel op de business process management (bpm)-markt te winnen. Onder de vlag van Opentext zal het als strategisch cloudplatform internationaal worden ingezet. Bovendien vormt de software de procesorchestrator achter de enterprise information management (eim)-oplossingen van Opentext. Dat zegt Lubor Ptacek, vice president Product Marketing Enterprise & BPM van Opentext.
Lubor Ptacek was een paar weken geleden present op de Opentext-gebruikersdag in het Evoluon in Eindhoven. Hij gaf daar in een interview tekst en uitleg over onder de andere de plannen voor de business process management (bpm)-software van Cordys. Opentext kocht dit tweede softwarebedrijf van Jan Baan in augustus 2013 voor zo’n 33 miljoen dollar.
Wat is de toegevoegde waarde van het Cordys-platform?
Ptacek: De aankoop van Cordys is vooral gedaan om de technologie; niet zozeer om marktaandeel te winnen. Want internationaal gezien is Cordys nog een kleine bpm-speler. Maar de software kent de meest geavanceerde procesmotor die wij kennen en die ook nog eens van scratch af aan is ontworpen. Bovendien is het een cloudgebaseerde oplossing. Veel van onze klanten willen de stap naar de cloud maken en de Cordys-software kan daarbij als een orchestratielaag fungeren die procesapplicaties in de cloud via webservices aanstuurt. Voor ons is Cordys dan ook een strategisch platform.
Hoe wordt Cordys gepositioneerd binnen het portfolio van Opentext?
Cordys is opgenomen in de business unit BPM. Daarbinnen vallen nog andere producten van eerdere overnames, zoals de zaaksysteemsoftware van Global 360, de analysetool van Metastorm en het business process applicatie-framework van Iccm. Uiteindelijk zullen we de producten samenbrengen in een proces-suite met Cordys als engine en een bibliotheek met servicecomponenten die eenvoudig kunnen worden hergebruikt in bpm-implementaties. In dit proces zullen we bekijken of de bibliotheek kan worden gevuld met meer ‘prepackaging’: grotere blokken aan functionaliteit voor het sneller modelleren van business processen.
We werken ook aan een nieuwe, eenduidige gebruikersinterface. Op de lange termijn zullen alle afzonderlijke productnamen verdwijnen, ook die van Cordys. Anders ontstaat er verwarring door al die verschillende merken.
Bij uitstek
Opentext staat bekend als specialist in software voor informatiemanagement en documentenbeheer, zeker na de overnames van Hummingbird en Streamserve. Waarom zetten jullie nog een bpm-poot op?
Opentext is van oudsher goed in eim: enterprise information management. Daar hebben we talloze oplossingen voor in huis. Het belang van informatiebeheer neemt echter hand over hand toe door de voortschrijdende digitalisering en online dienstverlening. Klanten vragen om geïntegreerde producten, bijvoorbeeld zakendossiers die organisatiebreed kunnen worden gevuld en geraadpleegd.
Om dat in goede banen te leiden heb je niet alleen recordmanagementsoftware nodig maar ook tools die achter de eim-producten processen kunnen modelleren en aansturen. Dat is bij uitstek het terrein van business process management. Dat is een mengvorm van it en bedrijfskunde en daar hadden we nog te weinig expertise en producten voor in huis.
Dus Opentext concurreert tegenwoordig met bpm-partijen als Software AG, Tibco en Pegasystems?
Soms, maar dat zijn partijen die zich puur focussen op bpm. Daar heb je er veel van. Daarnaast zijn er de grote concerns als IBM en Oracle die bpm-oplossingen aanbieden. Opentext biedt bpm echter aan in combinatie met oplossingen voor informatiemanagement. Dat is onze heilige graal; daar geloven we in.
Hoge mate van complexiteit
Cordys heeft sinds zijn oprichting alleen maar verlies gedraaid. Is het wel slim om zo’n partij over te nemen?
Wat ik er van weet is dat het een mooie deal is geweest. Er is de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in Cordys en in de ip van het bedrijf. Het gaat om software die bedoeld is voor de hele wereld. Dat maakte een overname voor ons aantrekkelijk. Cordys is een bekende speler op de Nederlandse markt en een bescheiden partij op de Europese markt. Onder de vleugels van Opentext, dat over een veel groter en internationaler verkoop- en partnerapparaat beschikt, kan Cordys verder groeien in Europa en voet aan de grond krijgen op de Amerikaanse markt. We richten ons daarbij op sectoren die op procesniveau worden gekenmerkt door een hoge mate van complexiteit. Vaak heeft dat met wet- en regelgeving te maken. Denk aan de overheid, banken en verzekeraars, de zorg, de juridische sector, het nutswezen en de mijnbouw.
Wat is de positie van Opentext in de Benelux?
Opentext heeft nu honderdvijftig mensen in de Benelux werkzaam, met in Putten de ontwikkelafdeling van Cordys. Dat is een stevige basis voor verdere groei. We zoeken nog naar lokale partners die onze oplossingen breder in de markt kunnen zetten. De overheid bijvoorbeeld: denk aan zaakdossiers of vergunningbeheer. Een combinatie van een recordmanagementsysteem, een content repository en bpm-tool voor de procesafhandeling kan hiervoor een interessante oplossing zijn.
Lubor Ptacek kwam in 2008 in dienst bij Opentext. Daarvoor bekleedde hij diverse rollen in marketing, product marketing en product management bij EMC, Documentum, Vignette en Novell.
Cordys: Veelbelovend maar niet meer op eigen benen
Jan Baan werkte sinds 2001 in alle stilte aan de start van zijn tweede softwarebedrijf na Baan Company. In 2004 kwam de business process management (bpm)-suite van Cordys, zoals het nieuwe bedrijf heette, op de markt. Het bedrijf ging voor de verdere ontwikkeling en groei op zoek naar investeerders en vond in 2007 het Amerikaanse Argonaut Ventures, dat vijftig miljoen euro investeerde in ruil voor een belang van 25 procent. De Vanenburg Group van Jan Baan bleef de andere aandeelhouder.
Cordys bouwde daarna een klantengroep op, met aansprekende namen als Fortis en KPN en later College Voor Zorgverzekeringen(CVZ), Stichting Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ), RDW, het ministerie van Defensie, Tata Steel, Siemens en FNV Bondgenoten. Ook sloot het softwarebedrijf samenwerkingen met it-partners als CSC, Atos, Nccw en Fujitsu. Tegenvallers waren er ook, zoals de mislukte invoering van een studentinformatiesysteem bij de Hanzehogeschool Groningen. Cordys wilde dit project gebruiken om met gebruikmaking van de expertise van de hogeschool op het gebied van onderwijsprocessen en -techniek een oplossing voor de gehele onderwijsmarkt in de markt te kunnen zetten. Het systeem kwam er nooit en de rechter moest er aan te pas komen om Cordys te dwingen de school schadeloos te stellen.
Hoewel er aansprekende namen als klanten werden binnengehaald, lukte het Cordys nooit om winstgevend te worden. Ook de omzetgroei stokte De Amerikaanse industrieveteraan Art Landro werd begin 2012 aangesteld als nieuwe chief executive officer. Hij richtte zich vooral op het opbouwen van een sterke naamsbekendheid van Cordys buiten Europa, het uitbouwen van het partnerprogramma en het versterken van het verkoopteam. Landro liet de buitenwacht ook weten open te staan voor een overname.
In 2012 zag Cordys de omzet verder teruglopen van 26,7 miljoen euro (2011) naar 25,3 miljoen euro. Van de omzet kwam ruim 16,3 miljoen uit Europa, 4,5 miljoen uit Amerika en nog eens 4,4 miljoen uit Azië. Het verlies liep op van 14 miljoen naar 17,3 miljoen euro. Het bedrijf, met 429 werknemers (waarvan 335 in het buitenland, onder andere India) besloot de activiteiten in Israël eind 2012 te sluiten.
Positief nieuws in 2013 was het opnieuw binnenhalen van een subsidie van 411.000 euro in het kader van de fiscale stimuleringsregeling voor speur- en ontwikkelingswerk Wbso. Minder positief was dat ook in 2013 er sprake was van een negatief werkkapitaal. Aanvullende financiering werd noodzakelijk. Cordys besloot zelf actief te zoeken naar een strategische overnamepartij. Dat is uiteindelijk Opentext geworden, de Canadese leverancier van software voor informatiemanagement. Ceo Art Landro verliet het bedrijf kort na de acquisitie; zijn taak om Cordys een structurele toekomst te bieden, zat er op.