Het gebruik van software voor monitoring van medewerkers neemt gaandeweg toe. 43 procent van de ondervraagde werknemers zegt dat hun werkgever momenteel tools hiervoor gebruikt. In november 2020 lag dit percentage nog op 37.
Dit blijkt uit onderzoek van Capterra, een software-adviesbedrijf dat valt onder Gartner. 910 werknemers (inclusief leidinggevenden) en 126 eigenaren en executive managers uit het Nederlandse mkb (met 2 t/m 250 medewerkers) werden online geïnterviewd. Bijna 2,5 jaar geleden deed Capterra een soortgelijk onderzoek.
Sinds de Covid-pandemie uitbrak, is het gebruik van dit soort software toegenomen. De meest genoemde vorm van ‘employee monitoring’ is tijdsmanagement (32 procent) zoals het meten van de totale tijd die medewerkers besteden aan individuele taken. Daarna komt software voor het meten van aanwezigheid (31 procent). Denk aan het controleren van de inlog- en uitlogtijd, actieve en inactieve tijd, aanwezigheid en ziektedagen.
Ook in opmars is werkdrukmanagement (26 procent), zoals actielijsten, werkdruk-schema’s en kpi’s. Ten slotte is er software (26 procent) die internettoegang bijhoudt, uren registreert en browsegedrag meet.
De weerstand tegen dit soort software is nog altijd even groot. Ruim de helft van de respondenten die worden gemonitord, houdt hier niet van. Bijna de helft meent dat deze software hen ook niet gemotiveerder maakt. Liefst 36 procent zegt zelfs minder gemotiveerd te zijn.
22 procent van de ondervraagde werknemers die gemonitord worden, is niet geïnformeerd over hun rechten met betrekking tot employee monitoring.