ICT-dienstverlener Stepco is een van de Nederlandse bedrijven die probeert een compensatieorder voor de JSF te krijgen. CEO Ton Bongers schat de kans dat zijn bedrijf de order binnensleept in als “nihil”. Dit is het gevolg van een beslissing van het ministerie van Economische Zaken.
Op 1 juli besloot minister Van der Hoeven dat bedrijven die een order van JSF-fabrikant Lockheed Martin krijgen 10,3 procent van hun verdiensten moeten afdragen aan het ministerie. In 2002 was een percentage van 3,4 afgesproken.
Stepco ontwikkelt een virtueel klaslokaal om in te zetten bij de opleiding van monteurs voor de JSF-toestellen. Zij hoeven dan niet te oefenen op de toestellen zelf maar kunnen virtueel allerlei technische problemen oplossen. Een vergelijkbaar product voor de F16 dat Stepco verkocht aan defensie leverde het Limburgse bedrijf geld op om te investeren in het JSF-project.
Stepco is een van de zeven overgebleven bedrijven in een tender. De kans dat deze tender gewonnen kan worden schat Bongers inmiddels in als "nihil". "Er doen ook Amerikaanse bedrijven mee. Onder meer door de lage koers van de dollar hadden wij al een achterstand op hen. Nu het ministerie het afdrachtspercentage verhoogd heeft zullen wij onze offerte naar boven moeten bijstellen. Dat geld moeten we tenslotte ergens vandaan halen."
Hans van der Vlies, woordvoerder van het ministerie van Economische Zaken, noemt het verhogen van het afdrachtspercentage voor de compensatieorders "part of the deal". "In 2002 hebben we het afdrachtspercentage vastgesteld op 3,4 procent. Toen is afgesproken dat het percentage deze zomer opnieuw berekend zou worden. Onder meer door de lagere dollarkoers is de herberekening op 10,3 procent uitgekomen."
De 84 bedrijven die kans maken op compensatieorders, verenigd in de Nifarp, gaan niet akkoord met het percentage. Tot 15 september overleggen zij met het ministerie. Mochten de partijen er niet samen uitkomen dan wordt een arbitragecommissie ingesteld.
