"Roland Vermeylen heeft een schitterende schrijfstijl: zeer emotioneel en toch ter zake, zeer rechtstreeks, ongemeen boeiend. Hij brengt een bijzonder knappe synthese tot stand tussen de concepten en de praktijk. Hier zit research achter, levenservaring, beleving, theoretische scholing, trainingservaring".
De lof is niet gering. Hij komt van professor Marc Buelens, van de Vlerick Leuven Management School. Lof die een mooie plaats vindt op de achterflap van Salto Humano, over samenwerken, leidinggeven en veranderen van Roland Vermeylen. Voorwaar, een aanbeveling die tot lezen noopt.
Daar gaat-ie: ‘Ziekte bestrijdt je met leven. Met vreugde dus, blijdschap, levensenergie. Precies wat een clown te bieden heeft. De clown werkt vooral hier-en-nu. Hij probeert het magisch moment te vatten, om zo met de kinderen en de anderen plezier te maken, te feesten. En dan komen de energie en de vrede wel vanzelf.
De directheid van het pure van de clownerie, en van het circus in het algemeen, zijn juist heel machtig. Dat is waar wij goed in zijn, daar zit onze intelligentie, dat kunnen we anderen misschien leren. Als ze dat eenmaal aanvaarden, halen ze nieuwe, onvermoede kracht uit hun werk.’
‘Een goede clown is voortdurend bezig met zijn eigen levenskeuzen. Wie ben ik? Waar leef ik voor? Dat zijn volgens Christensens cruciale vragen, ook in je werk.’
‘Via de clownerie vond ik mezelf. Een clown wil thuiskomen. Eerst ontdekte ik hoe de circuspiste mijn thuis werd. In het ziekenhuis vond ik mijn tweede thuis. Clownerie is mijn levensdoel. Mezelf toelaten en opdragen om levensvreugde op mijn eigen wijze over te brengen en ze zo zelf te beleven.
Om dat te kunnen beseffen heb ik eerst de pijn, het verdriet van mijn eigen leven moeten leren accepteren. Ik ontdekte dat ik mezelf alleen kon helen door mijn pijn toe te laten, onder ogen te zien. Toen mijn broer aan kanker stierf, besefte ik hoe ik mijn leven zelf moest verdienen. Toen besliste ik dat ik in mijn leven anderen wilde dienen, dat ik mezelf er onvoorwaardelijk toe verbond om samen met anderen levensvreugde op te bouwen en te delen.’
‘Als ik mezelf zo hoor praten, dan vind ik dat terzelfder tijd machtig en groot, maar ook beangstigend. Waar gaat dit naartoe? Waar ga ik zelf naartoe?
Ik voel me medeverantwoordelijk voor deze ziekenhuisclown-beweging. Wat zal onze volgende stap en richting zijn? Ik sta er open voor, ik omarm elke nieuwe poging. De beweging blijft groeien. We hebben ondertussen professioneel een hoog niveau bereikt. Wellicht is het nu tijd om een instituut op te richten om deze nieuwe professie, die ‘cliniclownerie’, verder uit te werken en te onderbouwen met degelijke training, met publicaties waarin we verwoorden wat we nu precies doen, wie we eigenlijk zijn en welke richting(en) we uitgaan.’
‘Ik heb zo langzamerhand minder tijd over voor het dagelijkse werk als clown. Ik ben nu ook manager. Ik voel me soms gebonden aan wel 24 creatieve paarden die elk een andere richting uit willen.
Maar ja, als manager probeer ik vooral te luisteren, de verschillende boodschappen preciezer te laten uitkristalliseren. Volgens mij helpt de manager medewerkers zowel dingen te doen als via samenspel zichzelf te ontdekken. Ikzelf kreeg veel hulp van de vele psychotherapeuten om mezelf te vinden en mijn levenspijn te helen. Dáár heb ik veel over management geleerd en die ontdekkingen wil ik doorgeven. Want om in leven te blijven moeten we veranderen en onszelf en de anderen ontdekken en omarmen.’
‘Je passie ontdekken en realiseren vraagt veel moed. Moed is het alternatief van wanhoop en helpt mij om de existentiële vragen bij mezelf onder ogen te zien en te managen. Moed helpt me mijn vitaliteit om te zetten in zelfgekozen doelgerichtheid.
Moed genereren is een proces bij mezelf dat zich samen met anderen voltrekt. Ik leef immers zowel apart als in gemeenschap. Hoe meer ik mezelf ontdek, verwoord en van mezelf bewust word, hoe meer ik in staat ben om participatief met anderen om te gaan. En in deze wederzijdse ontdekkingstochten creëer ik steeds meer moed om mezelf te zijn en om mezelf te beamen, ook in mijn eigen "crazyness" en demonische diepten. Om het met de woorden van de Canadees-Iraanse chirurg-psychoanalist Davanloo te zeggen: ‘Ik leer om te gaan met mijn "murderous rage". Mijn eigen moordende waanzin, de diepe vernietigingsdrang die in elke mens schuilt.’
‘Om mijn diepste ik te ontmoeten en gaandeweg mijn moed verder te ontwikkelen dien ik veel zekerheden en afhankelijkheden los te laten. Peter Block spreekt daarbij van ‘kortzichtelijke afhankelijkheden’, die bijvoorbeeld uitstekend passen bij het bureaucratisch denken. In vele organisaties leiden meegaandheid, patriarchale loyaliteit en manipulatieve spelletjes zo op langere termijn tot verminderen van persoonlijke zelfwaarde en levensenergie. Wie echter in samenspraak met zijn omgeving op zoek gaat naar zijn diepste ik, zal steeds meer authenticiteit en autonomie creëren.’
En zo gaat het nog honderdvierenzestig pagina’s lang door.
René Rippen Redacteur
Roland Vermeylen – Salto Humano; Over samenwerken, leidinggeven en veranderen. 164 pagina’s. Lannoo Scriptum. ISBN 90-209-3985-8. Prijs fl. 45,00.