De Amsterdamse Effectenbeurs scoorde dinsdag met pijn en moeite 0,4 procent hoger op 668,3 punten. Te wijten aan het naijleffect van slechte Nasdaq maandag.
Het aandeel van het elektronicaconcern Philips wist weliswaar een deel van het forse verlies van maandag goed te maken, maar slaagde er met een winst van 1,8 procent niet in het eerdere verlies teniet te doen. Ook Asml moest genoegen nemen met een geringe winst van 0,6 procent. De chipmachine-fabrikant sloot uiteindelijk op een winst van 23,91 euro.
KPN won weliswaar fors terrein met een plus van 5 procent op 16,79 euro, maar het telecommunicatieconcern koerst daarmee nog steeds onder de uitgifteprijs van de emissie die op 17 euro is vastgesteld.
Voor kabelaar UPC was het wederom een beursdag met zorgen. Nadat het aandeel op maandag al een kwart van zijn waarde verloor, belandde UPC gedurende de dag op 8,65 euro, bijna één euro onder de introductieprijs waarmee het kabelbedrijf vorig jaar naar de beurs ging. Die koersval werd onder andere veroorzaakt door een negatieve waardering van HSBC. Bovendien bestaan er twijfels over de kredietwaardigheid van het kabelbedrijf. Uiteindelijk wist UPC dankzij een inderhaast afgelegde verklaring, waarin het ontkende dat de kredietverstrekking UPC parten speelt, de schade toch nog te beperken. Het aandeel sloot uiteindelijk op 10,50 euro.