Beleggers zijn niet kansloos als ze een schadeclaim indienen tegen World Online en de topvrouw van dat bedrijf, Nina Brink. Dat meldt de Groningse hoogleraar effectenrecht Michael den Boogert in een interview in het Algemeen Dagblad.
Den Boogert zegt zich wel iets te kunnen voorstellen bij het idee om schadeclaims in te dienen tegen World Online en Brink. In feite is er volgens hem een koopovereenkomst tussen het bedrijf en de beleggers. Daarbij rust op de verkoper een ‘zware informatieplicht’: hij moet inlichtingen geven over kansen, risico’s en verdere omstandigheden die van belang zijn. Als de koper op het verkeerde been is gezet, kan hij zijn geld terug eisen. Den Boogert meent dat het voor beleggers van belang was geweest te weten dat Brink in december tweederde van haar belang in World Online had verkocht voor zes dollar per aandeel. Hij noemt het ‘niet uit te leggen’ dat het aandeel eind maart voor 43 Euro op de beurs werd geïntroduceerd. "De leiding van zo’n bedrijf vraagt vertrouwen. Als dan diezelfde leiding wegloopt op een koers die een fractie is van de introductiekoers, wringt dat fundamenteel."
Tegen de banken die de beursgang van het Internet-bedrijf hebben begeleid, ABN Amro en Goldman Sachs, komen mogelijk eveneens claims. De Vereniging van Effectenbezitters (VEB) acht het ‘niet onwaarschijnlijk’ dat ze namens kleine beleggers ook naar de rechter stapt. Een besluit hangt af van een onderzoek naar de vraag of het prospectus bij de introductie van World Online juist en volledig is geweest. Bij de VEB hebben zich honderden beleggers gemeld die willen meedoen aan eventuele juridische acties.
Een procedure tegen de banken die de beursgang hebben begeleid ligt volgens Den Boogaart hem veel lastiger. Het is mogelijk dat zij zelf ook op het verkeerde been zijn gezet. Hoe dan ook noemt Den Boogert de grondslag voor een procedure tegen de begeleiders van de beursintroductie ‘heel anders’ dan bij een proces tegen World Online.