Valerie Frissen, onderzoekster bij het TNO, zegt dat de digitale kloof in Nederland niet bestaat. Zij zei dit op het W9-congres in de RAI deze week.
Frissen deed in opdracht van onderwijsminister Rick van der Ploeg onderzoek naar een mogelijke digitale kloof in de Nederlandse samenleving. Deze digitale kloof zou ontstaan doordat een grote groep mensen in de samenleving geen toegang tot Internet heeft.
De digitale kloof is volgens haar op zijn hoogst een mythe, gecreëerd door politici. Politiek correct gedrag als het opkomen voor de zwakkeren in de samenleving is een rite van politici om hun eigen plannen in de politiek er door te drukken. Door een mythe te scheppen, een beeld te schetsen van een ongewenste situatie, zijn politici in staat hun eigen plannen en maatregelen op sociaal gebied door te voeren.
De mensen die nog niet op Internet zitten, hebben daar zo hun redenen voor volgens Frissen. Uit onderzoek blijkt dat iedereen in Nederland, arm of rijk, van Nederlandse origine of niet, eenzelfde bedrag besteedt aan ICT-technologie. Of het nu gaat om een PC, een digitale televisie of een gameconsole, iedereen legt gemiddeld evenveel guldens neer voor dit soort apparaten. Mensen met een hoger of een middeninkomen besteden dit geld eerder aan een computer om daarmee Internet op te gaan. Allochtonen steken hun geld liever in een schotelantenne. Mensen met een lager inkomen kopen eerder een dure breedbeeldtelevisie. Zijn deze groepen echt wel slechter af?
Mensen die nu niet op Internet zitten, zijn geen mensen die onvrijwillig de boot gemist hebben. Er is simpelweg gewoon niets te beleven voor hen in cyberspace, aldus Frissen. Als ISP’s en contentaanbieders meer aandacht besteden aan de interesses en behoeften van deze mensen, dan krijgt deze groep vanzelf voldoende impulsen om Internet op te gaan. De groep die nu nog niet online is, is zo groot dat organisaties en bedrijven er commercieel belang bij hebben ze over de streep te halen op wat voor manier dan ook. De zogenaamde kloof, als die er al is, zal dus op termijn verdwijnen, is Frissens stellige overtuiging.