De universiteit van Leiden gaat volgende week studenten met ondernemerstalent aantrekken. De geselecteerde academici moeten veelbelovende onderzoeksresultaten op het gebied van informatica uitwerken tot commerciële producten.
De universiteit moet al jaren lijdzaam toezien dat wetenschappelijke onderzoeken in de praktijk zelden worden uitgevoerd. Hoewel de onderzoekers vaak met interessante resultaten komen, blijft de verspreiding hiervan meestal beperkt tot een vaste kring van collega’s. "De onderzoekers hebben meestal geen tijd en geen zin om hun werk verder uit te werken", legt manager IT-opleidingen Ed de Bruin van de Leidse universiteit uit. "Ze richten zich liever op onderzoek." De universiteit neemt zelf het heft in handen om de banden met de buitenwereld te versterken. Het project is een initiatief van professor H. Wijshoff van de vakgroep Informatica. "Ik heb in de Verenigde Staten gewerkt. Het klimaat voor startende ondernemers is daar gunstig. Het is in Amerika de normaalste zaak ter wereld een bedrijf te beginnen. Ik vraag me af waarom dit in Nederland zo moeizaam gaat", licht hij toe. Wijshoff heeft wel een verklaring voor het geringe aantal universitaire onderzoekers dat het onderzoek commercieel exploiteert. "In de vakgroep Informatica bestaat voldoende belangstelling om iets te ondernemen. De onderzoekers hebben echter veel mogelijkheden om elders te werken en ze voelen zich niet gebonden aan een instituut. Ze nemen nooit de stap om twee jaar achter elkaar aan een product te werken."
Onderwijs op maat
In totaal zijn er twintig beurzen beschikbaar. Het benodigde geld komt van Europese subsidies en de universiteit zelf. "We hebben contact met meer geldschieters, waaronder de overheid. Dit heeft echter nog geen concrete resultaten opgeleverd", aldus De Bruin. De geselecteerde studenten starten met een algemene ICT-opleiding van drie maanden. Daarna levert de universiteit onderwijs op maat. Dit onderdeel van de educatie hangt af van de achtergrond van de toekomstig ondernemer en het product dat hij op de markt gaat brengen. De universiteit verwacht dat dit onderwijs-naar-vraag in de toekomst belangrijk wordt, aangezien steeds meer informatici hun leven lang moeten leren. Het project biedt de Leidse universiteit dan ook de mogelijkheid om ervaring op te doen met deze vorm van educatie. Het is de bedoeling dat de studenten zowel informatica-kennis als inzicht in de bedrijfskunde vergaren. De initiatiefnemers verwachten niet alleen aanmeldingen van informatica-studenten. "Ik reken op ondernemers zonder IT-expertise en automatiseerders die onder een baas werken en voor zichzelf wil beginnen. Uiteraard verwacht ik ook aanmeldingen van de reguliere student informatica", aldus Wijshoff.
Fonds
De deelnemers ontvangen een minimuminkomen. De ondernemer kan tijdens de startperiode van zijn bedrijf eveneens rekenen op financiële steun. "We willen daarvoor een fonds creëren", zegt De Bruin. "Maar ja, we kunnen de risico’s natuurlijk niet volledig wegnemen. IT-producten vormen geen garantie tot succes", voegt Wijshoff toe. De onderzoeken die voor exploitatie in aanmerking komen liggen al op de plank. "We wachten niet op de spaarzame onderzoekers die hun eigen resultaten zo interessant vinden dat ze die gaan commercialiseren", aldus De Bruin. Een marktonderzoeksbureau onderzoekt vooraf of de beoogde toepassing zich inderdaad leent voor exploitatie. Dit project is volgens de initiatiefnemers een succes als voldoende marktrijpe IT-producten en draaiende ondernemingen ontstaan. De universiteit verwacht de komende jaren de beurzen te blijven verlenen. De Bruin: "We beginnen met informatica, maar ik sluit niet uit dat ook andere vakgebieden een dergelijk project starten."
