Zowel de Nederlandse Mededingingsautoriteit als de Europese Unie ziet nog geen reden om in het verweer te komen tegen elektronische marktplaatsen. Ook IT-leveranciers maken zich niet druk over de Amerikaanse zorg voor kartelvorming.
De Amerikaanse handelscommissie FTC en het ministerie van Justitie hebben het rapport Antitrust Guidelines for Collaborations among Competitors opgesteld over kartel-bedreigingen die kleven aan nieuwe samenwerkingsvormen tussen concurrenten. Analisten beschouwen het document vooral als een signaal dat de Amerikaanse overheid de als paddestoelen uit de grond schietende elektronische marktplaatsen scherper in de gaten wil houden. Via deze online-handelsportalen kunnen bedrijven hun inkoopbehoeften bundelen en leveranciers laten inschrijven op aanbestedingen voor grote volumecontracten. Het gevaar van zo’n inkoopconsortium is dat het door de kracht ervan – denk bijvoorbeeld aan twintig multinationals die gezamenlijk hun PC’s van één leverancier afnemen – de concurrentie uitschakelt en zelf de prijsstelling bepaalt. Er kan sprake zijn van omgekeerde kartelvorming: niet de leveranciers, maar de kopers sluiten zich aan een om de markt te beheersen.
Inkoopsite
Tot nu toe heeft de alliantie van een aantal grote autofabrikanten, waaronder General Motors, Ford en Daimler Chrysler, om een inkoopsite (gebouwd door Commerce One en Oracle) te beginnen, de meeste aandacht getrokken. Maar ook in andere sectoren, zoals de vliegtuigindustrie, de olie- en chemiesector, de detailhandel en de energiemarkt, zijn soortgelijke initiatieven zichtbaar. De Verenigde Staten maken zich vooralsnog als enige zorgen over de concurrentie-ondermijnende effecten van zulke marktplaatsen. "In Nederland loopt geen onderzoek naar eventuele kartelvorming, zegt een woordvoerster van de Nederlandse Mededingingsautoriteit. "Het is voor ons ook niet aan de orde. Het bundelen van inkoopkracht is onder de huidige mededingingswet niet verboden, tenzij de inkoopmacht zo gebundeld is dat er voor de verkopende partij geen mededinging bestaat en hij maar met één partij zaken kan doen. Maar dat is een extreem geval."
Volgens de woordvoerster speelt tevens mee in hoeverre een marktplaats op internet puur Nederlands of grensoverschrijdend van karakter is. In het laatste geval moet Brussel een uitspraak doen. Zegsman Tschirny van het mededingingsbeleid van de Europese Unie meldt dat het nog teveel om plannen gaat. "Pas als de projecten concreet genoeg zijn, zullen we er serieus naar kijken. Voorlopig kunnen we echter met onze bestaande regels goed uit de voeten."
Wakker
Om zo’n virtuele marktplaats te laten bouwen, doen bedrijven een beroep op IT-partners als EDS, IBM, Andersen Consulting en Oracle, die al dan niet samenwerken met softwareleveranciers als Ariba, Commerce One, GE Information Systems en Harbinger. De automatiseerders lijken niet wakker te liggen van de richtlijnen van de FTC. Volgens Jeff Baron van AT Kearney, de adviestak van IT-dienstverlener EDS, blijft zijn bedrijf samen met softwarepartner Ariba rustig doorgaan met het bouwen van elektronische marktplaatsen. "Wij zijn ons niet bewust dat er zo’n discussie over kartelvorming plaatsvindt", laat hij weten. Ook Arjen Konings van Ariba Nederland gelooft niet dat kartelvorming een gevaar zou kunnen vormen voor het handeldrijven via inkoopportalen. "Daarvoor bestaat zo’n marktplaats uit teveel partijen. Daarbij trekt iedere marktplaats weer andere marktplaatsen aan. Pas als er vaste prijsafspraken worden gemaakt, gaat het mis. Maar dat geldt voor alle marktplaatsen." Erik van Munster van Commerce One, dat in Nederland door het softwarebedrijf Tie wordt vertegenwoordigd, maakt zich nu nog niet druk over het onderwerp, maar verwacht dat het op den duur met het oog op misbruik belangrijke gespreksstof zal worden.