Het terabit-netwerk van datatransporteur Level 3 is nog net niet af. Toch is de beschikbare bandbreedte al zo goed als toebedeeld. Van wachtlijsten is nog nèt geen sprake. De afname door bedrijven van de beschikbare data-ruimte gaat "veel harder dan verwacht", aldus de managing director in Amsterdam, Floris van den Broek.
De glasvezelkabels van Level 3 zijn in Europa uitverkocht en ook de beschikbare bandbreedte in Amsterdam slibt al bijna dicht. Van den Broek is verbaasd over het tempo waarmee klanten bij zijn bedrijf ruimte opkopen of huren in het netwerk.
Hij blijft er ogenschijnlijk kalm onder. Het bedrijf beschikt over voldoende lege ruimte in de buizen — ‘ducts‘ genoemd door het data-vrachtbedrijf — om nieuwe klanten te bedienen. Iedere duct bevat twaalf subducts, die ruimte bieden aan kabels met elk 432 glasvezelkabels. Het netwerk van Level 3 maakt nog maar gebruik van één hiervan. "Hebben we meer nodig, dan blazen we er zo een nieuwe kabel bij."
De levertijd van de glasvezelkabels vormen nu de grootste bottleneck. Negen maanden kan het volgens Van den Broek duren, voor nieuw bestelde fibers geleverd worden. "Het is zaak de vraag naar capaciteit goed te plannen en vrienden te blijven met de fabrikant."
Grootste kabel
Donderdag een week geleden nam Level 3 de nieuwe transatlantische kabel in gebruik. Met een capaciteit van 1,3 terabit per seconde is dat volgens Van den Broek de grootste kabel tot nog toe. "Gangbaar was tot nog toe veertig gigabit, 0,04 terabit." De aansluiting van het Amerikaanse netwerk op het Europese is binnen anderhalf jaar gelegd: nóg een record. Het bedrijf had geluk; voldoende glasfibers waren beschikbaar en de kabelboot was nèt vrij.
De breedbandleverancier hoopt de transatlantische vraag met gemak aan te kunnen. Hoopt. Want van deze reuzenkabel is driekwart alweer verkocht. Is het dichtslibben van het netwerk in Europa een maatstaf, dan doet het bedrijf er verstandig aan een kabelboot te reserveren.
Kabelbreuk
Het netwerk van Level 3 is dubbel uitgevoerd. Niet alleen het netwerk, maar ook de aansluitingen van klanten worden tweemaal gelegd. Het netwerk vormt een ring: breekt ergens in de ring de kabel, dan valt de verbinding toch niet weg.
Kabelbreuk is een risico waar het bedrijf terdege rekening mee moet houden. Afgelopen najaar braken in de Noordzee twee gehuurde kabels achter elkaar. De daders, schepen die met hun ankerketting de kabel stuktrekken, zijn spoorloos. "Vergelijk het met doorrijden na een aanrijding." Om herhaling van zo’n calamiteit te voorkomen, is een van de nieuwe kabels nu aangelegd in de Kanaaltunnel.
Verkeer over het netwerk maakt alleen gebruik van het IP-protocol. Dat maakt het beheer van dit netwerk goedkoper dan van een aanbieder als KPN. Die moet automatiseerders in dienst hebben met verstand van verschillende netwerk-protocollen en alle bijhorende switches, netwerkversterkers en al deze apparaten zien te onderhouden.
Bijkomend voordeel voor Level 3 is dat ethernet-switches heel goedkoop zijn. Het inhuren van een glasfiber is daardoor slimmer dan het leasen van een telefoonlijn van 2 Mbit. "Verbind twee LAN’s van 100Mbit maar eens met een 2Mbit koperdraadverbinding. Dat is meteen ellende."
Noordzeekabels in ‘straten’
Om ruimte te besparen moeten telecom-kabels en andere leidingen in de Noordzee worden gebundeld in ‘straten’. Bedrijven worden daarnaast verplicht om ongebruikte kabels weer te verwijderen. Dit schrijft het Financieele Dagblad op 31 oktober. Het conceptrapport beschrijft hoe de groei van het dataverkeer op Internet en de toename van mobiele telefonie ertoe leidt dat steeds meer kabels worden gelegd op het Nederlands deel van de Noordzeebodem.
Aan beide zijden van zo’n kabel wordt minimaal vijfhonderd meter vrijgehouden. Iedere strekkende kilometer kabel betekent dan ook dat één vierkante kilometer zeebodem in beslag wordt genomen. Wordt aan deze groei geen halt toegeroepen, dan is volgens het ministerie binnen enkele tientallen jaren de zeebodem bedekt met kabels.
De krant wist de hand te leggen op een exemplaar van het concept van de Vijfde Nota Ruimtelijke Ordening van het ministerie voor Ruimtelijke Ordening. Het rapport was naar andere ministeries was gestuurd zodat deze erop konden reageren. De nota verschijnt officieel pas eind dit jaar. Een woordvoerder van het ministerie wilde niet ingaan op het krantenbericht.
