IBM helpt Cern met datagrid

IBM heeft van de Europese Organisatie voor Nuclear Onderzoek (Cern) de opdracht gekregen een datagrid te implementeren. De uiteindelijke opslagcapaciteit van 1 petabyte moet tegen 2005 worden bereikt. Het systeem is bestemd voor de nieuwe deeltjesversneller LHC die in 2007 operationeel moet zijn.

De LHC bestaat uit vier reusachtige detectoren die elk jaar meer dan 10 petabyte (10 miljoen gigabyte) aan data over deeltjesbotsingen genereren. Het Cern moet hiervoor de rekenkracht die het momenteel ter beschikking heeft verduizendvoudigen. De data wordt voor analyse ter beschikking gesteld aan bijna 10.000 wetenschappers, wereldwijd verspreid over honderden universiteiten.

De LHC (Large Hadron Collider) is een nieuwe deeltjesversneller voor het Cern. Hiervoor is in 2000 begonnen met de ontmanteling van de tot op heden grootste deeltjesvernseller LEP (Large Electron Positron), met een tunnellengte van 27 kilometer. De LHC zal twee protonenstralen versnellen in diezelfde tunnel.
Dit Cern-project is onderdeel van het zesde EU Research Framework-programma, dat ook fundamenteel natuurkundig onderzoek omvat. De implementatie, van 2003 tot 2006, van dit EU-programma kost in totaal 17,5 miljard euro. De Europese Investeringsbank (EIB) leent dan ook een bedrag van 300 miljoen euro voor de laatste fase van de bouw van de LHC. Dit omvat ook de meet- en analyse-apparatuur voor de deeltjesversneller. De LHC zelf kost 1,8 miljard euro aan materialen.
Het Cern had deze lening al opgenomen in de plannen toen het de bouw van de LHC goedkeurde in 1996. Het budget werd toen geraamd op 2,6 miljard Zwitserse frank (ongeveer 1,6 miljard euro), waarvan 210 miljoen (ongeveer 130 miljoen euro) aan LHC-experimenten voor rekening van het Cern. Die bedragen zijn inmiddels meerdere malen bijgesteld en bedragen naar schatting nu respectievelijk 2 miljard en 160 miljoen euro. De bijstellingen komen onder meer voort uit de benodigde computerinfrastructuur om de gigantische datastroom, ruim 10 petabyte per jaar, van de LHC op te slaan en te verwerken.

Storage Tank

IBM heeft nu een contract met een looptijd van drie jaar voor de levering van zijn gloednieuwe, nog onbeproefde Storage Tank-technologie voor opslagvirtualisatie, een eerste opslag-installatie van 20 terabyte, een cluster van zes Intel-servers met Linux en diverse andere producten en diensten. Al deze systemen en componenten tesamen moeten het complete computersysteem voor de LHC vormen.
Cern wil Storage Tank gebruiken voor het opslaan, terugvinden en gebruiken van data op verschillende, fysiek verspreide systemen en platformen. Die data, afkomstig van de deeltjesversneller, is dan voor onderzoekers toegankelijk via het te implementeren Datagrid. Dit Cern-project, met een kostenplaatje van dertig miljoen dollar, wordt gefinancierd door de Europese Unie.
Verder is IBM nu ook toegetreden tot het Cern Openlab, een groep ict-leveranciers gevormd rond het Datagrid-project en de toepassing daarvan. Intel, Hewlett-Packard en Enterasys Networks zijn reeds lid. Het bankroet gegane KPNQwest was lid. Deze sponsoren schenken hardware en software aan Cern. De verwachting is dat er flinke contracten in het verschiet liggen zodra de LHC is opgeleverd.
 
Cern LHC: lhc-new-homepage.web.cern.ch/lhc-new-homepage/
Cern Openlab: http://www.cern.ch/openlab