Dat de gemeente Heerenveen de kantoorsoftware Open Office niet goed werkend kreeg, kwam door een combinatie van verschillende factoren, zoals onderschatting van de projectcomplexiteit en slechte medewerking van sommige leveranciers. Dat stelt het programmabureau Nederland Open in Verbinding (NOiV) na gesprekken met betrokkenen bij de gemeente. De gemeente zette onlangs na twee jaar het project stop.
‘De onderschatting van de complexiteit van het project is de belangrijkste oorzaak is geweest’, zegt opensource-ambassadeur Frans Nauta. Hij voerde samen met Michiel Leenaars en Cor Nouws het onderzoek bij Heerenveen uit. Nauta: ‘Dit had ook bij een project met gesloten software kunnen gebeuren. Het implementeren van nieuwe software is een ingewikkelde puzzel.’
Het NOiV publiceerde het onderzoek naar de situatie bij de gemeente Heerenveen op zijn website. Het programmabureau hoopt dat andere overheidsinstellingen van de casus leren.
De technische problemen werden na twee jaar opgelost. Het probleem met de koppelingen van leveranciers bleef echter bestaan. Het lukte de gemeente niet om Open Office te koppelen aan software van andere leveranciers, bijvoorbeeld Centric. ‘Afgesproken was dat dit bedrijf ondersteuning voor OpenOffice.org zou leveren, maar in de praktijk kwam dat neer op ondersteuning voor een verouderde versie. Als reactie hierop heeft de gemeente Heerenveen zelf koppelingen laten maken’, schrijven de onderzoekers. Centric wilde alleen een koppeling leveren voor een versie van Open Office die vijf jaar oud was, aldus Nauta.
Zuur
Nauta vindt het zuur dat een middelgrote gemeente blijkbaar een leverancier niet in beweging kan krijgen om een koppeling met open source software te maken. ‘Dat leidt tot een nationale vraag. We hebben een nationale bibliotheek met koppelingen nodig.’
Het is volgens Nauta overigens niet aan de overheid om softwareleveranciers door wetten of andere regelgeving te dwingen hun software te koppelen aan open source software. ‘Een overheid moet door het kopen van spullen een leverancier dwingen om te koppelen aan open source software. Dat kun je doen door inkoopregels te maken. Natuurlijk is de inkoopkracht van het rijk groter dan die van gemeenten. Gemeenten zouden de vraag kunnen bundelen om leveranciers om die manier te dwingen.’