Apothekers krijgen naar eigen zeggen onvoldoende toegang tot patiëntinformatie. Ze hebben meestal geen toegang tot gegevens zoals laboratoriumuitslagen en de reden van voorschrijven van medicatie, terwijl die data belangrijk is voor veilig medicijngebruik. Volgens de apothekers komt dat onder meer doordat zorgverleners nog maar zeer beperkt elektronisch patiëntgegevens delen met apothekers. Ook de gewoonte om te faxen staat gegevensoverdracht in de weg.
Dat blijkt uit onderzoek van expertisecentrum voor zorg en ict Nictiz, dat is uitgevoerd in samenwerking met de KNMP (Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie).
Daaruit komt naar voren dat apothekers actief apotheekgegevens delen met andere zorgverleners via het Landelijk Schakelpunt (LSP): 80 procent van de patiënten heeft daar bij de apotheek toestemming voor gegeven. De onderzoekers: ‘Artsen en ziekenhuizen delen nog slechts summier hun patiëntgegevens met andere zorgverleners. Apothekers hebben daardoor nauwelijks toegang tot voor hen relevante informatie zoals de nierfunctie van de patiënt, contra-indicaties en de reden van voorschrijven.’
De apothekers benadrukken dat complete en actuele patiëntgegevens van belang zijn voor een goed medicatiegebruik. ‘Het ontbreken daarvan verhoogt de kans op medicatiefouten. Van de apothekers gebruikt 99 procent noodgedwongen nog een fax, omdat ziekenhuizen medicatieoverzichten faxen en meestal niet zijn aangesloten op het LSP of andere systemen voor elektronische informatieoverdracht.’
Algemeen directeur Léon Tinke van de KNMP vertelt aan de NOS dat slechts 10 tot 20 procent van de informatie van ziekenhuizen via de computer bij apothekers komt. Bovendien zetten artsen in de faxberichten niet alle informatie die een apotheker nodig heeft. Het gaat bijvoorbeeld om de nierfunctie van een patiënt of de reden van een recept. In het LSP zouden apothekers dat wel kunnen opzoeken Volgens Tinke verhoogt het gebrek aan informatie de kans op medicatiefouten. ‘Bij bepaalde geneesmiddelen is het gewoon essentieel om te weten waarom een arts een middel voorschrijft. Bij de ene aandoening moet je een hoge dosering gebruiken en bij de andere juist niet. Daarom moet iedereen met het digitale uitwisselingssysteem werken.’
Inzage door patiënten
Van de apothekers vindt 91 procent dat patiënten inzage moeten hebben in hun elektronische gegevens. Bij artsen bedraagt dit 40 procent. 60 procent van de apothekers biedt patiënten nu al de mogelijkheid om online inzage te hebben in hun medicatieoverzicht. Apothekers noemen als argumenten voor inzage door de patiënt: het is het recht van de patiënt, het geeft de patiënt een rol in beheer van zijn dossier, het versterkt regie en zelfmanagement en het bevordert de correctheid van medicatiegebruik en therapietrouw.
Bij elektronische communicatie tussen de apotheek en de patiënt is er vooral sprake van zogenoemde gemaksdiensten zoals het online aanvragen van herhaalrecepten, het online stellen van vragen en het online informeren over wanneer de medicatie klaarligt. Bijna alle openbare apotheken geven aan dat patiënten bij hen via internet vragen kunnen stellen (94 procent) en herhaalrecepten kunnen aanvragen (86 procent).
eHealth Week
Nictiz presenteert de cijfers in Amsterdam, waar van 8 tot en met 10 juni de eHealth Week plaatsvindt. Nederland is in 2016 gastheer van dat internationale evenement.
Het eerste onderzoek van Nictiz naar de stand van zaken rondom eHealth in de farmacie is gedaan met medewerking van de KNMP en de NVZA. 122 openbaar apothekers en zeventien poliklinische apothekers vulden een uitgebreide vragenlijst in. Het kwalitatieve onderzoek kwam tot stand door deelname van een focusgroep van vijf apothekers. In totaal zijn vier thema’s onderzocht: de elektronische communicatie tussen apotheek en patiënt, elektronische informatie-uitwisseling met zorgverleners, online inzage door de patiënt en de toekomst.
Louis, “mijn EPD” bestaat niet. Artsen sturen elkaar meestal alleen samenvattingen. Een huisarts heeft maar een deel van je medische informatie en kan dus niet alle info aan jou doorgeven. Als je bijvoorbeeld een second opinion wilt, dan zul je wellicht de medische informatie over jou bij elkaar moeten sprokkelen.
Veel informatie mag/kan niet via het LSP gedeeld worden, bijv. door de regio-opzet of omdat die informatie niet gedigitaliseerd is. Daarom wordt er noodgedwongen heel veel medische informatie per email of via de fax of de post verstuurd.
De materie is complex; de actiegroep achter ikgeentoestemming.nl geeft ook geen ingevulde oplossingen aan, alleen maar mooie uitgangspunten.
@Jaap Ah, er is dus niet 1 EPD waarin al jouw gegevens staan, het is de optelsom van data die her en der verspreidt staat als ik het goed begrijp. Wel heb ik gezien dat na een bezoek aan het ziekenhuis daarover gegevens bij de huisarts verschijnen. Zou dat via dat LSP verlopen? Maar ik heb ook gezien dat gegevens over een bezoek aan het ene ziekenhuis niet automatisch beschikbaar zijn bij een ander ziekenhuis.
Ik moest denken aan de oude vertrouwde verwijsbrief. Maar het stemt goed om te horen dat email, fax of post er nog steeds toe doen. Ook dat patient data her en der is terug te vinden. Hoe meer zand in de motor hoe beter. Die computer is wel leuk en aardig maar de poging om alles te vangen in een computersysteem is en niet eenvoudig een geeft maar vragen dan antwoorden. Om nog maar te zwijgen van onverlaten die toegang hebben tot die data maar daar niets te zoeken hebben.
Terug naar het artikel, lijkt me geen goed idee als apothekers beschikking krijgen over meer patientinformatie.
Louis, ik krijg/hou de controle liever in eigen hand, dan het gegevensbeheer aan een huisarts over te laten. Die heeft heel andere primaire bezigheden dan het beheren van medische (meta)informatie.
@Jaap Duidelijk, ik kijk er iets anders tegenaan. Er is data waarvan je op mag vertrouwen dat het niet naar buiten komt. Of dat bij in zorg is, of bij de overheid, of bij je bank bv. Zij zijn de waakhond van jouw gegevens die in je in vertrouwen afgeeft. Geen grappenmakerij met die gegevens.
In de oude situatie was dat het dossier in handen van de huisarts waarbij je er vanuit gaat dat dat niet zomaar naar buiten gaat. De vraag die je nu stelt, controle in eigen hand, is ook ingegeven dat er technische mogelijkheden kunnen zijn om dat te doen. Al is de uitvoering vers twee.
Maar als ik je andere reacties lees is het weer geen bezwaar als andere partijen (in dit geval de apotheek) beschikking krijgen over een gedeelte van jouw medische data. Dat vindik nu veel zorgelijker. Hoe lang ik erover nadenken vind ik het wel goed om dossiers zoveel mogelijk lokaal te houden waar ze horen, bij artsen en ziekenhuizen. Geen verzekeraars, apothekers of wie dan ook die daar de beschikking over krijgen. En ook niet via een achterdeur dat alsnog proberen te doen.
Louis, de werkelijkheid is toch een beetje anders dan je denkt. Velen in de ketens zijn alles behalve waakhonden van jouw gegevens. Je wilt niet weten wie allemaal jouw informatie te zien kan krijgen bij vaak slecht georganiseerde digitaliseringprojecten. Wat dacht je van laboratoria die uitslagen van onderzoeken via de fax of post langere tijd structureel naar verkeerde adressen verzenden en daarbij zeer laks op fouten reageren en de gedupeerden hiervan niet op de hoogte stellen.
Helaas heeft men ook niet altijd de vrijheid om de patiënt alle privacy te bieden. Bijvoorbeeld specialisten/ziekenhuizen moeten diagnosecodes en behandelcodes gebruiken om te kunnen declareren en soms zelfs om de behandeling te starten. Daarmee krijgen de verzekeraars vaak veel meer informatie dan de huisartsen van de specialisten krijgen. Een verzekeringsarts heeft op die manier meer informatie dan een waarnemend behandelend arts.
Deze problematiek krijgt natuurlijk “de aandacht” van betrokken partijen, maar wordt niet opgelost. En de patiënt krijgt geen mogelijkheid om te controleren. Het is juist de mogelijkheid van controle door de patiënt waar de medische zorgpartijen nog het meeste moeite mee hebben.
Louis, de werkelijkheid is toch een beetje anders dan je denkt. Velen in de ketens zijn alles behalve waakhonden van jouw gegevens. Je wilt niet weten wie allemaal jouw informatie te zien kan krijgen bij vaak slecht georganiseerde digitaliseringprojecten. Wat dacht je van laboratoria die uitslagen van onderzoeken via de fax of post langere tijd structureel naar verkeerde adressen verzenden en daarbij zeer laks op fouten reageren en de gedupeerden hiervan niet op de hoogte stellen.
Helaas heeft men ook niet altijd de vrijheid om de patiënt alle privacy te bieden. Bijvoorbeeld specialisten/ziekenhuizen moeten diagnosecodes en behandelcodes gebruiken om te kunnen declareren en soms zelfs om de behandeling te starten. Daarmee krijgen de verzekeraars vaak veel meer informatie dan de huisartsen van de specialisten krijgen. Een verzekeringsarts heeft op die manier meer informatie dan een waarnemend behandelend arts.
Deze problematiek krijgt natuurlijk “de aandacht” van betrokken partijen, maar wordt niet opgelost. En de patiënt krijgt geen mogelijkheid om te controleren. Het is juist de mogelijkheid van controle door de patiënt waar de medische zorgpartijen nog het meeste moeite mee hebben.
Louis, de werkelijkheid is toch een beetje anders dan je denkt. Velen in de ketens zijn alles behalve waakhonden van jouw gegevens. Je wilt niet weten wie allemaal jouw informatie te zien kan krijgen bij vaak slecht georganiseerde digitaliseringprojecten. Wat dacht je van laboratoria die uitslagen van onderzoeken via de fax of post langere tijd structureel naar verkeerde adressen verzenden en daarbij zeer laks op fouten reageren en de gedupeerden hiervan niet op de hoogte stellen.
Helaas heeft men ook niet altijd de vrijheid om de patiënt alle privacy te bieden. Bijvoorbeeld specialisten/ziekenhuizen moeten diagnosecodes en behandelcodes gebruiken om te kunnen declareren en soms zelfs om de behandeling te starten. Daarmee krijgen de verzekeraars vaak veel meer informatie dan de huisartsen van de specialisten krijgen. Een verzekeringsarts heeft op die manier meer informatie dan een waarnemend behandelend arts.
Deze problematiek krijgt natuurlijk “de aandacht” van betrokken partijen, maar wordt niet opgelost. En de patiënt krijgt geen mogelijkheid om te controleren. Het is juist de mogelijkheid van controle door de patiënt waar de medische zorgpartijen nog het meeste moeite mee hebben.
Jaap, de werkelijkheid zal zeker anders zijn, Ben wel op de hoogte van de DBC gegevens die bij de verzekeraar terecht komen en uiteindelijk (gepseudonimiseerd) van alle verzekeraars bij elkaar gebracht worden. Hoewel het wel een indicatie kan geven over de aandoening van patienten zou ik het niet meer informatie noemen. Het is eerder andere informatie en gaat over de administratieve kant van de zorg. De inhoudelijke dossiers liggen nog gewoon bij de huisartsen, ziekenhuizen en andere zorgverleners.
Het lijkt erop dat verzekeraars (en wie eigenlijk niet?) zoveel mogelijk data proberen binnen te slepen. Of dat door het combineren van databronnen is of zoals in de geval extra informatie af te dwingen bij aanvragen van medicijnen.
Wil je de controle van al die gegevens bij de patient dan staat dat haaks op de manier van van werken en lijkt me dat nog een klus op dat af te dwingen. Hoe zie je dat in de praktijk voor je? Toegang tot alles, van administratie tot inhoud. Ik zou het houden bij een benadering die aansluit bij hoe het was, ook met nieuwe technieken, informatie die bij de zorgverleners ligt en waar je het aan toevertrouwt. Ik ben bang als je dit wilt forceren met ICT dat je juist nog meer mogelijkheden biedt tot toegang voor mensen die er niets te zoeken hebben.
Eens dat in de praktijk digitale data toegankelijk is voor mensen die er niets te zoeken hebben. Aan de voorkant en de achterkant. Om te beginnen met onze eigen beroepsgroep, de ICT’er. Iedereen zal het meegemaakt hebben als beheerder of programmeur dat je bij allerhande data kan komen waar men in principe niets te zoeken heeft. Vreemd eigenlijk, we lezen zoveel over de data, maar over dit onderdeel, het op een nette manier met data omgaan door uitvoerenden in de ICT daar lees je niets over. Geen gegrut in data waar je niets te zoeken hebt. Noem het beroepsethiek. Ook dat punt zijn we zeker al gepasseerd. Dus ja eens, dat is de werkelijkheid.
Er zijn genoeg kaders voor het privacybeschermend ontwikkelen van ICT. Dat is het punt niet.
Punt is dat het onderwerp en de kaders niet voldoende geborgd zijn binnen de Governance & Compliance, welke een RvB/RvC verantwoordelijkheid is.
We zien zelden een Privacy-paragraaf in een jaarverslag, zelden in een wetsvoorstel, zelden in een Business-case, een PID of Functioneel Ontwerp. Bij Lean-ontwikkelen zal het privacy-aspect helemaal ver te zoeken zijn.
Het is niet voor niets dat allerlei management – privaat of publiek – nerveus wordt van de komende Europese privacy-regelgeving. Onnodig indien men zijn zaakjes op orde had, daar had men 20 jaar de tijd voor.
Privacy is ‘slechts’ een onderdeel van beveiliging, en van Governance & Compliance.
Dat dit bij management – privaat of publiek – niet hoog op de agenda staat is bekend.
Dat ethisch handelen bij hetzelfde management – privaat of publiek – óók niet hoog op hun agenda staat blijkt opnieuw uit een onderzoek van het Bureau Integriteitsbevordering Openbare Sector (BIOS) [ http://www.binnenlandsbestuur.nl/ambtenaar-en-carriere/nieuws/ambtelijke-top-moet-zichtbaar-integer-zijn.9540151.lynkx ].
Waarom ethisch handelen als je anderen de schuld kunt geven, en de kosten af kunt wentelen op klant/burger? De (overheids-)organisatie als ‘Monkey Tree’?
Het is niet ingewikkeld, het wordt ingewikkeld gemáákt.
Om deze discussie voor 2016 netjes af te sluiten even een verwijzing naar de ontwikkelingen bij de Autoriteit Persoonsgegevens.
De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) publiceerde 19 december 2016 nieuwe regels waarmee zorgverzekeraars medische gegevens mogen opvragen om te beoordelen of ze een behandeling zullen vergoeden.
ZIe verder :
* https://autoriteitpersoonsgegevens.nl/nl/nieuws/ap-publiceert-beleidsregels-verwerking-persoonsgegevens-machtigingsvereiste
* https://www.privacybarometer.nl/nieuws/3897/Meer_medische_gegevens_naar_zorgverzekeraars)
Dat is dus een versterking van de door mij hierboven genoemde ‘Single Point of Control’ rol.
Wellicht helpt dit het begrip bij @Louis Kossen.