Financiële instellingen hebben geen duizenden it’ers meer rondlopen; ze besteden hun software-ontwikkeling uit aan kundige codekloppers in lagelonenlanden. Wipro spint daar garen bij, glimlacht ceo Azim Hasham Premji.
Toen Premji de zaak in India overnam, nadat zijn vader was overleden, kwam er bakolie van de lopende band. Inmiddels verlaat ook veel software de fabriekspoort, voor klanten als Cisco, Microsoft, Intel, Nokia en Ericsson. Vooral de fabrikanten van telecommunicatie-apparatuur, waaronder Alcatel, laten hun toestellen besturen door programmatuur uit Indiase keuken. Daar is Wipro groot mee geworden (in 2001 zo’n negenhonderd miljoen dollar omzet). De bedrijvigheid richt zich nu ook op het complete beheer van informatiestructuren en systeemintegratie. "Wij concurreren op dat vlak met EDS, Accenture en IBM Global Services", zegt Premji.
"Wij geloven dat Wipro grote projecten voor systeemintegratie en beheer van infrastructuren kan uitvoeren", schrijft Deutsche Bank oktober vorig jaar in een rapport over it-dienstverlening in India.
Oorspronkelijke concurrenten zijn Infosys en TCS, beide eveneens uit het Gemenebest-land. TCS hoort bij een conglomeraat van bedrijven die van alles maken, van vrachtwagens tot software. Ook zij hebben hun dienstverlening uitgebreid.
Fouttoleranties
Volgens onderzoek van Merrill Lynch van oktober 2001 onder vijftig cio’s van Amerikaanse Fortune 1000 bedrijven die al zaken doen met de bedrijven uit de Indiase Bangelore-vallei willen die informatiemanagers dit jaar in geld drie keer zoveel it-dienstverlening uitbesteden aan India als in 2001. Daarbij gaat het om taken als programmatuurmaatwerk (72 procent), onderhoud aan legacy systemen (46 procent), integratie tussen softwarepakketten (22 procent), oplossingen voor e-handel (16 procent) en advisering, systeemintegratie en infrastructuurbeheer (4-8 procent).
Op dit laatste onderdeel zijn Wipro en Infosys nieuwkomers die zich tussen EDS, IBM Global Services, Logica en Cap Gemini Ernst & Young proberen te wurmen. Merrill Lynch: "De laatste kwartalen heeft Wipro zijn aandacht gericht op verwerving van contracten voor systeemintegratie. In het eerste kwartaal van 2001 is het eerste grote contract gewonnen (met Lattice, een Brits nutsbedrijf, ter waarde van zeventig miljoen dollar, red.). Daarmee geeft het een aanzet tot toename van uitbesteding van systeemintegratie naar India."
Premji is in Europa voor onder meer besprekingen met klant ABN Amro en een andere handelsbank. Vier keer per jaar gaat hij de aardbol rond om (mogelijke) klanten te ontmoeten. India’s succes in het algemeen verklaart hij uit de lage lonen en geschoold en gemotiveerd personeel. Dat van zijn bedrijf in het bijzonder is volgens hem te danken aan ‘kwaliteit en nog eens kwaliteit’. Wipro was de eerste software-onderneming in de wereld die erin slaagde niveau 5 van het Capability Maturity Model (cmm) te behalen. Wereldwijd zitten slechts enkele bedrijven op dit hoogste niveau. Cmm beschrijft proceskwaliteitsniveaus van softwareproductie.
Vorig jaar haalde Wipro als eerste Pcmm niveau 5, de cmm-module die te maken heeft met personeelsbeheer, en het is bezig met het Six Sigma-certificaat. Dit door Motorola ontwikkelde systeem beschrijft fouttoleranties in industriële processen (hoeveel fouten per hoeveel regels code mag iemand met een bepaalde opleiding maken) en levert meetinformatie die bijdraagt aan kwaliteitsverbetering. Premji: "We investeren in dergelijke kwaliteitsprocessen enkele tientallen procenten van de omzet. Het voordeel is dat onze klanten inzicht krijgen in onze processen; ze krijgen een overzicht van alle meetgegevens, voor zover het om hun projecten gaat."
Lokale teams
Wipro’s kracht is volgens Premji dat het snel een team kan formeren. Gemiddeld zijn per contract groepen van twintig tot dertig it’ers een jaar bezig. Zo’n overeenkomst is gemiddeld twee miljoen dollar waard.
Klanten eisen steeds vaker dat lokale mensen deel uitmaken van dergelijke teams. "Vooral uit Duitsland en Frankrijk komt de eis dat teamleden de landstaal spreken. Tegelijk hebben we niet meer alleen goede ingenieurs nodig, maar ook mensen die weet hebben van de bedrijfsprocessen. Voor Nike bijvoorbeeld zijn we bezig met de herontdekking van hun datapakhuis. Dat kan alleen als je weet aan welke gegevens de onderneming behoefte heeft."
Lagelonenlanden zijn er in overvloed, maar India heeft als enige naam gemaakt met uitbesteding van ict-activiteiten. Mexico en de Filippijnen hebben deze markt inmiddels schoorvoetend betreden, en velen verwachten dat China een belangrijke rol gaat spelen. Premji denkt dat dit wel meevalt. "Zeker de eerste vijf jaar is China niet van belang. Ze spreken geen Engels, hebben geen kwaliteitsprocessen en kunnen nog niet grote, complexe projecten leiden." In Europa komt hij nog wel eens concurrenten tegen uit Polen en Rusland, maar dat mag volgens hem geen naam hebben.
Terwijl hij er nu op is gebrand contracten voor systeemintegratie en infrastructuurbeheer binnen te halen, spelen in zijn achterhoofd al nieuwe bedrijfsactiviteiten als bpo (business process outsourcing, uitbesteding van bedrijfsprocessen) en medische dienstverlening. "In het Westen is er een tekort aan mensen die röntgenfoto’s kunnen lezen, terwijl in India veel radiologen rondlopen. Stuur de beelden via internet ter analyse, en laat ze van commentaar voorzien terugsturen." Een nieuwe loot aan de Wipro-stam lijkt geboren, en waarom ook niet, bij een bedrijf dat nog steeds bakolie produceert en tegelijkertijd regels code de wereld instuurt.
