BRUSSEL – Hoge kosten, lage budgetten en gebrek aan expertise zijn de belangrijkste barrières om over te stappen naar de client/server-architectuur. Bovendien is slechts 45 procent van de gebruikers ervan overtuigd dat de huidige tools alle faciliteiten bieden, die nodig zijn om te komen tot bedrijfsbrede applicaties.
Deze conclusies staan in het rapport Developing second generation client/server applications van Computer Technology Research (CTR). Ondanks de problemen die de voor dit rapport ondervraagde IT-managers verwachten, identificeren zij online transactieverwerking als één van de meest voor de hand liggende toepassingen van client/server. Verder werden genoemd: bedrijfskritische applicaties, beslissingsondersteuning, databases, event-driven en tot slot, experimentele toepassingen.
Gevraagd naar wie er eigenlijk gebruik maken van client/server-software, blijken vrijwel alle afdelingen van organisaties genoemd te worden: boekhouding, produktie, logistiek, verkoop en marketing, personeelszaken en het management. "Met name de laatste categorie is zelden direct betrokken bij de technologie. Het kan dan ook een moeilijke taak zijn budget te reserveren voor client/server-projecten."
Tekortkomingen
Huidige hulpmiddelen voor het ontwikkelen van client/server-systemen worden volgens de ondervraagden gekenmerkt door vier tekortkomingen: gebrek aan compatibiliteit met bestaande hardware-platforms; gebrek aan ‘robuustheid’ en gelimiteerde mogelijkheden om te komen tot complexe applicaties; de gebruikersinterface; en de technische ondersteuning is in het algemeen onacceptabel.
Wat zou er aan de huidige tools moeten verbeteren om ze geschikt te maken voor een professionele organisatie, vroeg CTR vervolgens. De top-zes antwoorden waren, in volgorde van belangrijkheid: gebruiksgemak, compatibiliteit, lagere kosten, betere ondersteuning, betere performance en heldere documentatie.
CTR signaleert de opkomst van een tweede generatie van client/server-ontwikkeltools. De eerste generatie – Powerbuilder, Visual Basic, SQL Windows – werd en wordt geplaagd door de genoemde tekortkomingen; de tweede generatie biedt nieuwe mogelijkheden als object-oriëntatie (modules en het hergebruik daarvan), betere gebruikersinterfaces, een complete ontwikkelomgeving die iedere fase in de levenscyclus van een applicatie ondersteunt en, veelal, een koppeling met tools voor business process reengineering.
Eenduidige architectuur
Vooral om de beheerskosten zoveel mogelijk in de hand te kunnen houden pleit het Amerikaanse adviesbureau CTR voor het definiëren van een eenduidige client/server-architectuur voor de gehele organisatie. In het rapport wordt een stappenplan gegeven, waarmee tot zo’n architectuur te komen is.
Een opvallend getal uit het rapport is dat maar liefst 94 procent van de ondervraagden verwacht dat de toegang tot gegevens, opgeslagen in proprietary mainframes en minicomputers, ook op lange termijn belangrijk blijft. "Slechts weinige organisaties kunnen zich veroorloven de investeringen in traditionele systemen eenvoudigweg overboord te zetten."
Hoewel veel bedrijven client/server inzetten voor online transactieverwerking (oltp), blijkt dit relatief gezien één van de duurste toepassingen te zijn. Volgens cijfers van IDC kost één oltp-werkplek in een client/server-omgeving 900 dollar per maand; in een gecentraliseerde omgeving hoeft dezelfde plek maar 400 dollar per maand te kosten. Voor decision support blijken beide omgevingen ongeveer even duur te zijn: zo rond de 600 à 700 dollar per maand met een licht voordeel voor gecentraliseerde omgevingen.
Systemen voor het verhogen van de persoonlijke produktiviteit van medewerkers kunnen net iets beter in een client/server-omgeving gerealiseerd worden: 550 dollar versus 600 dollar per werkplek in gecentraliseerde verwerking. MU
Rapporten
Het rapport ‘Developing second generation client/server applications’ van Computer Technology Research gaat in op veel aspecten waarmee organisaties te maken krijgen als ze client/server-technologie gaan inzetten. Het geeft een globaal inzicht in de te verwachten voor- en nadelen en biedt stappenplannen voor een verantwoorde implementatie. Meer informatie over het rapport is te verkrijgen via e-mail 75213.3152@compuserve.com.
Binnenkort verschijnt van Bloor Research een rapport waarin twintig ’tweede generatie’ client/server-tools worden geëvalueerd en onderling vergeleken. Informatie over dit rapport is te verkrijgen bij VNU Business Publications via e-mail 102212.534@compuserve.com of faxnummer 020-4875726.
