AMSTERDAM – Cincom heeft het derde en laatste onderdeel voltooid van Total Framework, een object-georiënteerde software-architectuur voor applicatie-ontwikkeling en werkstroom-automatisering. Hoewel de twee andere onderdelen van het raamwerk al langer verkrijgbaar zijn, heeft Cincom het totaalconcept nu pas officieel geïntroduceerd.
Het sleutelbegrip voor Cincom is: cross functional. Hiermee worden applicaties bedoeld die niet zijn afgestemd op een specifieke afdeling, maar op bedrijfsprocessen die dwars door verschillende afdelingen heen lopen. Er blijkt een stijgende behoefte aan dit soort applicaties en volgens Cincom schieten de traditionele ontwikkelomgevingen hier tekort.
Men benadrukt echter dat Total Framework geen revolutie betekent, maar dat bedrijven gefaseerd kunnen overstappen. Waar nodig kunnen de bestaande applicaties in de nieuwe omgeving worden ingepast.
Volgens Cees Jansen, verkoopleider van de Nederlandse vestiging, heeft Cincom in Nederland onder de bestaande klanten inmiddels zo’n vijfentwintig gebruikers van Total Framework. Met de software heeft het ook al enkele nieuwe klanten weten binnen te halen. De eerste gebruikers zijn organisaties die sterke veranderingen ondergaan, zoals bedrijven in de financiële dienstverlening.
Weerstand bij IT’ers
Jansen erkent dat het object-georiënteerde karakter van Total Framework bij traditionele automatiseringsafdelingen op weerstand zal stuiten. Hij wil niet om deze afdelingen heen, maar denkt toch dat vooral de lijnmanagers de IT’ers op de voordelen moeten wijzen.
Het is volgens Jansen nu zonder meer mogelijk om object-oriëntatie te gebruiken voor zakelijke applicaties, zoals facturering en orderafhandeling. Cincom beweert dat er met de nieuwe software aanzienlijke besparingen haalbaar zijn. Jansen noemt een gemiddelde tijdwinst van 50 procent met een budget dat 30 procent lager ligt.
Hij denkt dat Cincom een voorsprong heeft van twee tot drie jaar op de concurrentie. Hij baseert dit op de kwaliteit van de object-georiënteerde relationele database. Deze zou niet de nadelen hebben van relationele databases met object-faciliteiten die daar later aan zijn toegevoegd. De object-georiënteerde ontwikkelomgeving en hulpmiddelen sluiten hier op aan.
Drie onderdelen
Total Framework is een software-architectuur die wordt gevormd door Persistence Framework, Assembly Framework en Workflow Framework. Persistence Framework is de basis en bestaat uit drie componenten: een object-georiënteerd rdbms (Total Ordb), het Supra rdbms en de Persistence Automation Server. Deze server is een taal-onafhankelijke interface voor de Ordb op basis van Ole en maakt het mogelijk om Ole-desktop-applicaties te laten samenwerken met de Total Ordb. Met het tweede onderdeel, Assembly Framework, kunnen cross functional applicaties worden samengesteld op basis van objecten. Assembly Framework is tien maanden op de markt en er zijn volgens Cincom reeds enkele honderden gebruikers. Dit onderdeel bevat onder andere ontwikkelomgevingen voor Smalltalk, C++ en Object Cobol, evenals het eigen AD/Advantage ontwikkelsysteem.
Het laatste onderdeel is het Workflow Framework. Dit bestaat uit een hulpmiddel voor procesmodellering, een engine voor werkstroomautomatisering en beheersystemen voor documentatie en afbeeldingen.
De client-software draait onder de verschillende Windows-versies en OS/2. De server-software draait onder Windows NT en diverse Unix-accenten. Corr.