Scandinavië lijkt een interessant wingebied te worden. In korte tijd hebben vier grote IT-dienstverleners – Sema Group, IBM, CSC en Getronics – overeenkomsten gesloten met noordse bedrijven.
De Engels/Franse Sema Group neemt bijvoorbeeld het Noorse bedrijf Business Continuity Norway over. Dit is een specialist in het herstellen van gecrashte computersystemen. Bovendien opent Sema in Stockholm een nieuw uitwijkcentrum voor mainframes. De nieuwe activiteiten betekenen voor deze dienstverlener een versterking van zijn recovery-dienstverlening. Het wil deze tak in Noord-Europa verder versterken.
Collega-grootheid IBM won naar eigen zeggen onlangs het grootste IT-uitbestedingscontract in Noord-Europa. Het draagt de komende tien jaar zorg voor alle IT-management- en infrastructurele activiteiten van de noordse spaar- en verzekeringsbedrijven Skandia, Storebrand en If Property & Casualty Insurance, alsmede van de detailhandelgroep ICA AB. Alleen systeemontwikkeling blijft in portefeuille bij de uitbestedende partijen. Zo’n vierhonderd medewerkers stappen over naar Big Blue.
Ook concurrent CSC deed goede zaken. Het sloot begin mei een uitbestedingscontract met het Zweedse Saab voor zo’n 300 miljoen dollar. Daarbij is de verkoop van Combitech Network, de IT-dochter van Saab inbegrepen.
Typisch
Getronics, dat al vanaf begin jaren negentig actief is in Scandinavië, nam eind april een belang van 11 procent in het Noorse bedrijf Merkantildata, met uitzicht op een extra belang van 9 procent. In ruil daarvoor verkocht de Nederlandse automatiseerder zijn Scandinavische activiteiten, inclusief de 1600 medewerkers, aan het bedrijf uit Oslo.
Doel was – al klinkt het wat vreemd – toegang te krijgen tot de Zweedse markt. Getronics bezat een marginale positie in Zweden, in tegenstelling tot Merkantildata. Door de strategische samenwerking verwacht het bedrijf meer Zweedse potten te kunnen breken.
Peter van Voorst, directeur Getronics Nederland en lid van de Raad van Bestuur, gelooft niet dat Scandinavië plotseling een erg aantrekkelijke markt vormt. "Niet meer dan andere markten, in ieder geval. Wel wijkt het in vergelijking met een aantal andere Europese gebieden enigszins af. Er zijn weinig multinationals en er bestaat veel samenhang tussen de lokale markten van Denemarken, Noorwegen, Zweden en Finland."
Kleiner
De markten in de vier afzonderlijke landen zijn stukken kleiner dan de Nederlandse IT-markt. Noorwegen bijvoorbeeld kent slechts twee type grote klanten: de olie-industrie en de overheid. "De Noorse IT-opdrachten bleven in 1998-1999 achter op de rest, omdat Noorwegen last had van de dip in de olie-industrie", vertelt Van Voorst. "Desalniettemin lopen de Scandinaviërs in Europa vaak voorop met het gebruik van IT. Waar in andere landen veel nagedacht en vergaderd wordt over Amerikaanse ontwikkelingen, voegen ze in het Noorden snel de daad bij het woord". Van Voorst wijst als voorbeeld op het groeiend aantal uitbestedingsopdrachten in het middensegment. "Hoewel de aandacht altijd uitgaat naar de grote megacontracten verwacht ik dat de komende jaren op het Europese uitbestedingsvlak de grootste groei in dit deel van de markt te zien zal zijn."