De Westerse industrielanden hebben binnen de Oeso afgesproken de elektronische handel te vergemakkelijken.
De Oeso wil voorkomen dat nationale regeringen deze ontwikkeling vertragen met regels die ongelukkig uitvallen. Onbekendheid met het verschijnsel kan leiden tot dwaze wetgeving, waarbij in het ergste geval elk land op eigen houtje maatregelen neemt. Internationale samenwerking en coördinatie is daarom noodzakelijk.
De 29 Oeso-landen die in het Finse Turku een conferentie hielden over de Internet-handel, toonden hun goede wil. Dat leverde echter niet veel resultaten op. Vertegenwoordigers van het bedrijfsleven zijn teleurgesteld over het uitblijven van concrete vorderingen. Wel kwamen de landen na afloop van de driedaagse ontmoeting met een gezamenlijke verklaring waarin ze aankondigen dat ‘electronic commerce’ ruim baan krijgt. In oktober 1998 wijden de industrielanden in het Canadese Ottawa wederom een ministerconferentie aan e-handel. Het bedrijfsleven, dat in Turku goed vertegenwoordigd was, hoopt dan op concretere resultaten.
Vrije markt
In principe zal zoveel mogelijk overgelaten worden aan het bedrijfsleven zelf. Het ‘vrije markt’-principe kan echter niet alles oplossen. Als dat niet lukt en sprake is van een algemeen belang, zullen overheden in nauwe samenwerking met het bedrijfsleven oplossingen zoeken.
Donald Johnston, secretaris-generaal van de Oeso, gaf in zijn openingsspeech toe dat zijn organisatie moeite heeft de betekenis en het potentieel van cyberspace te doorgronden. Hij zegt tegenstander te zijn van een belasting op bits. Overheden profiteren al van de toename van winstgevende handelsactiviteiten waartoe e-handel kan leiden. Johnston roept het bedrijfsleven op aan de discussies deel te nemen. Centraal staan de weg te nemen hindernissen. Ook moet worden aangegeven welke regels nodig zijn om eerlijke concurrentie te garanderen.
Eén van de sprekers tijdens de conferentie, Ken Lyon van ‘pakjesvervoerder’ UPS, sprak zijn zorg uit over de geringe kennis van zaken van de Oeso-vertegenwoordigers. Hij twijfelt niet aan hun goede bedoelingen, maar spijkers met koppen kunnen ze niet slaan. Vooral het ontbreken van een wettelijk raamwerk voor de cyberspace is Lyon een doorn in het oog.