Volgens een Brits onderzoeksrapport zorgt standaardisatie voor economische groei. De onderzoekers stellen dat standaarden innovatie belemmeren, maar tegelijkertijd de verspreiding van kennis verbeteren.
Experts hameren al jaren op het belang van standaarden voor de prestaties van technologieondernemingen. Onlangs publiceerde het Britse DTI (department of Trade and Industry) de resultaten van wetenschappelijk onderzoek naar het verband tussen standaarden en economische groei. De resultaten zijn interessant (zie: The Empirical Economics of Standards, http://www.tinyurl.com/d9d2f). De onderzoekers hebben de effecten van Britse standaarden op het bbp (bruto binnenlands product) en de arbeidsproductiviteit geanalyseerd. Ze concluderen dat ongeveer 13 procent van de productiviteitsverbeteringen en circa 10 procent van de groei van het bbp sinds de Tweede Wereldoorlog toe te schrijven zijn aan de effecten van standaarden.
Dat is indrukwekkend, vooral als je je realiseert dat de analyse alleen rekening houdt met het effect van standaarden uit de catalogus van het BSI (British Standards Institute). Veel standaarden ontbreken in die catalogus, waaronder die van het 3GPP (Third Generation Partnership Project), dat standaarden regelt voor gsm- en 3g-mobiele telefonie, en van de ITU (Internationale Telecommunicatie Unie). Omdat een groot deel van de economie voor zijn voortbestaan afhankelijk is van telecommunicatiestandaarden, zouden de cijfers vermoedelijk nog indrukwekkender zijn als cijfermateriaal voor deze additionele specificaties in de analyse zou zijn meegenomen.
Verstikken
The Empirical Economics of Standards bevat onder andere een studie die concludeert dat standaarden in het algemeen de innovatie verstikken en tegelijkertijd de verspreiding van kennis verbeteren. Dat standaarden helpen kennis te verspreiden is aannemelijk, maar de stelling dat ze innovatie verstikken verdient nadere beschouwing.
Als in een bepaalde bedrijfstak een succesvolle standaard bestaat, in het bijzonder in de it- of telecomindustrie, is het belachelijk die standaard uit de producten van alledag weg te houden. Dan zouden aanbieders innovatie opofferen om een grotere markt te kunnen aanboren. Aan de andere kant zou innovatie wel eens aangemoedigd kunnen worden door de vurige wens je eigen producten attractiever te maken dan die van de concurrentie. Aanbieders weten dat ze vaak meer klandizie kunnen krijgen door extra functionaliteit toe te voegen, ook als dat ten koste gaat van de uitwisselbaarheid met producten die wel volledig voldoen aan de standaarden.
De producten die de wlan-specificatie 802.11g voor draadloos lan op een niet-standaard manier uitbreiden zijn een fraai voorbeeld van hoe innovatie te bouwen is boven op een gewone standaard.
Wedloop
Het effect van standaarden op innovatie is mede afhankelijk van de timing. Als participanten in het proces van het vervaardigen van standaarden weten dat bepaalde technologie beschikbaar is, maar nog alleen in het laboratorium, schiet de innovatie vooruit. Er ontstaat dan een wedloop om eigen intellectueel eigendom opgenomen te krijgen in de finale specificatie van de standaard. Er zijn tal van voorbeelden hiervan, waaronder de ontwikkeling van het V.34-modem. De bedoeling was om te komen tot een verbetering van de bestaande maximumsnelheid van 14,4 kbps. Na de stortvloed aan onderzoek die volgde bleek de snelheid meer dan verdubbeld te zijn tot 33,6 kbps.
Het jongste rapport van het DTI is daarom zeer welkom. Hopelijk overtuigt het bedrijven ervan dat het uitgeven van geld aan standaarden heilzaam voor ze is op zowel korte als langere termijn.
vertaling: René Rippen