De afgelopen weken is de nota De Digitale Delta van verschillende zijden belicht. Goedkeuring en loftuitingen geflankeerd door afkeuring en kritiek moeten de ICT-branche verder helpen bij het vormen van een afgewogen mening. In deze laatste aflevering ventileert Hans Wijers, de ex-minister van Economische Zaken, zijn visie. De medebedenker van plannen voor de 'elektronische snelweg' vindt dat “ICT een van de drijvende krachten is achter de veranderingen van de economie”. Bovendien constateert hij “een grote continuïteit in 'zijn' beleid”, hetgeen overigens in een wel bijzonder licht komt te staan naast zijn opmerking dat “Paars I het belang van Internet te laat heeft ingezien”.
Hans Wijers heeft als minister van Economische Zaken in het eerste Paarse kabinet (1994-1998) een belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van ICT in Nederland. Hij stelde onder meer het Actieprogramma Elektronische Snelwegen op en startte het project Twinning, ter ondersteuning van startende ICT-bedrijven. Ook in zijn huidige werk als organisatiedeskundige bij The Boston Consulting Group houdt Wijers zich bezig met ICT. Zo adviseert hij bedrijven over de te volgen strategie op het gebied van elektronische handel. Ook zit de voormalig minister in de Raad van advies van technologiecentrum Media Plaza.
De Digitale Delta In een serie interviews met kopstukken in de ICT-wereld besteedt Computable aandacht aan diverse aspecten van het overheidsbeleid. De kabinetsnota De Digitale Delta moet Nederland een vooraanstaande positie bezorgen in de elektronische samenleving. |
Al deze activiteiten komen voort uit de persoonlijke belangstelling die Wijers koestert voor de informatie- en communicatietechnologie. “Het is een terrein dat mij mateloos interesseert. Ik heb altijd gezegd, niet alleen als minister maar ook daarvoor, dat ICT een van de drijvende krachten is achter de veranderingen van de economie. Het is fascinerend om hiernaar te kijken, om te zien hoe inzichten en beelden veranderen. En deze interesse houdt zeker niet op als ik naar huis ga.”
Feest der herkenning
De kabinetsnota Digitale Delta, die zijn opvolger op Economische Zaken Annemarie Jorritsma eerder dit jaar presenteerde, was voor Wijers een feest der herkenning. Het beleidsstuk is immers een vervolg op ‘zijn’ snelweg-plannen uit 1994. “Ja, er is sprake van grote continuïteit in het beleid. Dat vind ik fantastisch.” De oud-minister laat zich volgens goede Haagse gewoonte niet verleiden tot politieke uitspraken over het werk van zijn opvolger. Wel reageert hij op de kritiek, verwoord in NRC Handelsblad, dat Jorritsma te weinig vaart zet achter het IT-beleid en geen inhoudelijke discussie voert. “Mevrouw Jorritsma heeft als nadeel dat zij ook in het vorige kabinet zat. Op het gebied van ICT hebben wij veel samengewerkt. Zij zet het beleid voort dat wij met elkaar in Paars I hebben ontwikkeld. Ik vind dit erg goed. Ik zie weinig licht tussen datgene wat zij hierover de afgelopen maanden heeft gezegd en mijn eigen uitspraken. Ik snap al die kritiek niet zo goed.”
Terugkijkend op zijn eigen ICT-beleid zegt Wijers hierover ‘een goed gevoel’ te hebben. “Wij hebben met Economische Zaken veel zaken in beweging gezet. Maar ja, het is natuurlijk nooit genoeg. Wij hebben bijvoorbeeld het belang van Internet te laat ingezien. Als wij hiermee op tijd waren geweest, hadden wij misschien meer van de grond kunnen krijgen. Aan de andere kant is dit de realiteit van het Haagse bestaan. Ik maakte de mensen op het departement soms al hartstikke gek.” En dan lachend: “Mijn troost is dat Bill Gates er ook jaren over heeft gedaan om dit belang te onderkennen.” Het goede gevoel houdt Wijers vooral over door de opzet van Twinning en Gigaport. “Met Twinning zijn wij er toch in geslaagd een netwerk te creëren met starters en mensen uit Silicon Valley en Israël. En met Gigaport bouwt Nederland een voorsprong op met Internet-II.”
Geknevelde overheid
Twinning en Gigaport zijn volgens Wijers twee voorbeelden van overzienbare overheidsinvesteringen die een stimulerende werking hebben op private investeringen. En dat is een van de rollen die het Rijk moet spelen in de ontwikkeling van ICT; stimuleren, faciliteren en geld stoppen in ontwikkelingen die de markt niet oppikt, zoals Twinning en Gigaport. “Ik ben niet van de school die zegt dat er zonder meer overheidsgeld bij moet. Tijdens mijn bewind riepen mensen als Eckhard Wintzen, Roel Pieper en Maurice de Hond dat er een paar miljard van de overheid nodig is voor de aanleg van infrastructuur. Ik antwoordde dan dat het bedrijfsleven zich rot investeert. Ik geloof niet dat de ontwikkeling van ICT-infrastructuur sneller was gegaan met meer geld van de overheid. Het handelingsvermogen van het Rijk is beperkt. Alles gaat traag. Een wetswijziging kan zo al twee jaar in beslag nemen. Daarom moet de overheid bescheiden zijn in het kiezen van gebieden waarop ze een rol kan spelen.”
Als econoom is Wijers geïnteresseerd in de gevolgen van ICT voor de economie en de consequenties voor bedrijfsleven en overheid. Door de doorbraak van Internet moeten bedrijven hun modellen loslaten. “De zakenwereld wordt op zijn kop gezet. Er is sprake van enorme productiviteitsstijgingen en opgeblazen waardeketens. Verder veranderen de marges en prijzen. Ineens spelen partijen die er nooit eerder waren een rol in de sector. De essentie van de Internet-economie is dat een majeure verandering optreedt die veel meer macht aan de klant geeft. Als een bedrijf vroeger een klant wilde bereiken had het twee opties. De eerste was het sturen van een verkoper. Dit is een dure vorm van contact maar wel rijk van inhoud. Het bedrijf kon ook een direct-mail sturen. Hiermee werd een brede groep bereikt, maar de inhoud van de boodschap was beperkt. Internet biedt mogelijkheden voor goedkope, maar inhoudelijk rijke contacten. Markten worden zo transparanter. Dit is de essentie van wat de mensen de nieuwe economie noemen. Het gaat verder dan ICT en zal de zakelijke en consumentenmarkt ingrijpend veranderen.”
De nieuwe economie
Het thema ‘nieuwe economie’ heeft inmiddels ook politiek Den Haag bereikt. De discussie is aangezwengeld door Thom de Graaf, fractievoorzitter van D66. Deze partijgenoot van Wijers pleit kort gezegd voor extra bestedingen van de overheid nu de economie als een lier draait. ICT vormt volgens hem de motor van een langdurige economische groei, waardoor recessies tot het verleden kunnen behoren. Minister Jorritsma reageerde door te stellen dat de droom van de nieuwe economie bedrog is. Wijers vindt de discussie interessant, maar meent dat de politiek er een verkeerde wending aangeeft. “Het is goed dat De Graaf de discussie is aangegaan. Ik vond de discussie over het economisch beleid de laatste tijd een beetje vlak. Het is jammer dat de argumentatie de verkeerde kant op gaat. Het werd al snel een typisch Haagse discussie over de vraag of de overheid meer geld moet uitgeven en de huidige begrotingsdiscipline moet loslaten. Dit is jammer, want voor de essentie van de nieuwe economie is het helemaal niet van belang of de overheid een half miljard meer of minder uitgeeft. Maar dit past in de Haagse microkosmos.”
De theorie van de nieuwe economie brengt voor de overheid een aantal belangrijke vragen met zich mee. Zo is het volgens Wijers moeilijk aan te geven welke invloed de ontwikkelingen nu precies hebben op de economie. Het adagium ‘meten is weten’ geldt niet meer en dit maakt het opstellen van beleid erg lastig. “De grote economen in Amerika, en in Nederland Luc Soete, zeggen allemaal dat wij eigenlijk niet alles wat zich afspeelt goed kunnen duiden. We hebben het gevoel dat wij de verschijnselen niet goed in onze cijfers vangen. Het hele vraagstuk van de productiviteitsontwikkeling in de dienstensector is bijvoorbeeld ontzettend belangrijk. Net zo goed als we het hebben over inflatie. Meten we eigenlijk wel die inflatie? Dat is heel fundamenteel als je nadenkt hoe we momenteel discussie voeren over macro-economisch beleid. We denken dat we meten en daarom weten, maar misschien meten wij het helemaal niet met onze bestaande methoden. Dit betekent niet dat je alles in de prullenbak moet gooien. Maar laten we het debat echt eens in gang zetten.”
Onderwijs en zorgsector
Bovendien vindt Wijers het van belang dat de overheid prioriteiten stelt bij het inspelen op de ontwikkelingen. Hoe past het kabinet het onderwijs aan en waarin investeert zij? “De komst van de nieuwe economie kan niet betekenen dat Nederland de budgetdiscipline loslaat. Maar als die nieuwe economie echte waarheid is, kan de Nederlandse economie voor een langere periode op een hoger groeipad komen. Dit hoeft niet te betekenen dat minister Jorritsma in de ICT-sector gaat investeren. Dat zou potsierlijk zijn. De sector verdient zelf geld genoeg.”
Als er door de economische groei extra geld vrijkomt, dan zou Wijers dit besteden aan salarissen van leraren, de zorg, herinrichting van overheidsprocessen met behulp van ICT (‘re-inventing government’) en ICT in het onderwijs. “Laten wij er dan voor zorgen dat er één computer per vijf tot tien leerlingen op de scholen staat. En dat de scholen elke vier jaar over nieuwe apparatuur beschikken en dat de prestaties van het netwerk verbeteren. Want de prioriteit ligt naar mijn mening in kennis. En Nederland investeert hierin te weinig.”
De aanloop, drie politici over de nota:
- Digitale Delta: Waar ligt prioriteit? (Wim van Velzen)
- Digitale Delta: Overheid moet meer doen (Marja Wagenaar)
- Digitale Delta: Tussensprint noodzakelijk (Hella Voûte-Droste)
Voorbeschouwing:
Interviews met kopstukken:
- Minister Jorritsma ziet zichzelf als aanjager
- Roel Pieper waarschuwt voor afwachtende houding
- Professor Van Vught: ‘Nota Digitale Delta ondermaats’
- VNO-NCW wil de ‘herendiscussie’ in het kader van ICT plaatsen
- Bodo Douqué: Investeer in IT-gerelateerde infrastructuur
- IBM-directeur Lundqvist noemt organisatiegraad branche slecht
- Fenit en Vereniging ICT Nederland kondigen krachtige lobby in Den Haag aan
- Hans Wijers: Overheid moet een stimulerende en faciliterende rol spelen