DEN HAAG – Nederland loopt volgens minister Wijers niet achter bij de ontwikkeling van de elektronische snelweg. De bewindsman van Economische Zaken is vrij tevreden over de wijze waarop ons bedrijfsleven inspeelt op Internet/intranet. "Dit staat hoog op iedere agenda," zei Wijers vorige week donderdag tijdens de begrotingsbehandeling van Economische Zaken.
Twee jaar geleden toen het kabinet met het Aktieprogramma Elektronische Snelweg kwam, was dat absoluut niet zo, aldus de minister. Hij betoonde zich ook weinig onder de indruk van kritiek uit de Tweede Kamer als zou het programma stagneren.
De markt voor informatie- en communicatie-technologie groeit hier een procentpunt sneller dan het Europese gemiddelde. De penetratiegraad voor PC’s is in Nederland zeer hoog. Vrijwel nergens in Europa staan zoveel computers opgesteld. De liberalisering van de telecommunicatiewetgeving vordert. De kabelmaatschappijen maken hun infrastructuur geschikt voor tweewegverkeer. Binnen twee jaar zullen enkele miljoenen huishoudens hierop zijn aangesloten. Dit zal een enorme impuls geven aan het gebruik van Internet. Kabelmodems maken de toegang tot Internet aanzienlijk sneller. De minister wees verder op de acht voorbeeldprojecten waarmee de overheid het gebruik van de digitale snelweg wil stimuleren. Hij noemde de ontwikkelingen bij het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), de Belastingdienst en het Overheidsloket voor Voorlichting en Informatie ‘state of the art’.
Deltaplan
Van het ‘digitaal deltaplan’ waarmee de VVD-fractie in de Tweede Kamer de ontwikkelingen wil versnellen, bleek tijdens het debat niet zo veel te zijn overgebleven. Moties om hier fors meer geld voor uit te trekken bleven achterwege. Het bleef bij een gezamenlijk voorstel van PvdA, VVD en D66 om besparingen bij de inning van de kijk- en luistergelden te bestemmen voor de stimulering van de elektronische snelweg. Het PvdA-kamerlid Rick van der Ploeg denkt dat het goedkoper is de inning door de kabelmaatschappijen te laten doen samen met de kabelabonnementen.
De minister ging wel in op de wens van het VVD-kamerlid Hella Vo�te de overheid meer te laten optreden als ‘launching customer’. Als de overheid bij haar aanbestedingen de nieuwste technologieën aanschaft dan stimuleert dat de markt. Een gecoördineerd aanschafbeleid kan ook de komst van een standaard bevorderen. Minister Wijers beloofde de Kamer dit met zijn ambtsgenoot van Binnenlandse Zaken aan te kaarten. Volgens Vo�te kunnen de aanbestedingen van grote IT-besteders als Binnenlandse Zaken (600 miljoen gulden) en Defensie (400 miljoen gulden) beter worden gecoördineerd. De overheid kan zo een stimulerende rol spelen als ‘launching customer’.
Enorme bureaucratie
Minister Wijers voelt echter niets voor centralisatie van het IT-beleid. Hij zou het betreuren wanneer bijvoorbeeld Binnenlandse Zaken het centrale ministerie wordt. Dat leidt tot een enorme bureaucratie, zo vreest hij. Volgens hem is het belangrijk een goed evenwicht te vinden tussen het centraal definiëren van een standaard en de besluitvorming bij de ‘business units’ in het veld. Maar de bewindsman wil wel proberen standaarden af te dwingen. Ook wil hij versnippering voorkomen bij de aanleg van de infrastructuur. Corr.